De bouwer van sociaal Kortrijk: technisch directeur OCMW Rik Lambert gaat met pensioen

Rik Lambert zal na zijn pensioen meer kunnen voetballen met zijn kleinkinderen.
Annelies Nollet
Annelies Nollet medewerker KW Kortrijk-Menen

Rik Lambert (63), de technisch directeur van OCMW Kortrijk gaat vanaf 1 mei met pensioen. Dertig jaar beheerde hij het patrimonium van het OCMW, was hij de onofficiële huisbaas voor honderden mensen, zag hij miljoenen door zijn handen gaan en introduceerde hij duurzaam bouwen in Kortrijk. “Maar nu is het genoeg geweest, ik wil tijd maken voor mijn kleinkinderen nu het nog kan.”

“Bij het OCMW heb ik mijn jongensdroom kunnen waarmaken”, weet Rik. “Ik studeerde voor ingenieur in de bouwkunde en besliste al vrij snel om geregeld van job te veranderen. Ik wilde elk aspect van het werk leren kennen: ruwbouw, ontwikkeling, techniek, noem maar op. Zo werkte ik een tijdje bij een aannemer waar ik verantwoordelijk was voor de beveiliging van de gevangenis van Antwerpen. Maar bij het OCMW kon ik al die dingen combineren.”

In die 30 jaar overzag Rik zowat elk groot bouwproject. Het ziekenhuis aan de Reepkaai met zijn kenmerkende gevel, de nieuwe rusthuizen in Bissegem en Aalbeke, kinderopvang De Puzzel aan De Nieuwe Lente en sociaal restaurant Vork, hij had overal de vinger aan de pols. Daarnaast was hij ook verantwoordelijk voor elke aankoop die het OCMW deed, van incontinentiemateriaal tot nieuwe bureaustoelen en voor het onderhoud van onder andere 5 rusthuizen, 200 huizen, 100 sociale flats, 120 serviceflats, het Begijnhof en het klooster in de Budastraat.

Digitalisering

In die 30 jaar zag Rik veel veranderen. “Toen ik nog op school zat heb ik eens een computer gezien. Die nam toen nog een half huis in beslag. De docent die beweerde dat er een dag zou komen dat iedereen er eentje in huis zou hebben, werd weggelachen. Tien jaar later werd het departement IT toegevoegd aan mijn verantwoordelijkheden. Toen ging dat nog over een fax versturen, maar op de duur werd dat zo allesomvattend dat die afdeling nu op zichzelf staat, met een eigen directeur.”

Maar ook het bouwen zelf kende een enorme evolutie. “Twintig jaar gelden zorgden we met een team van 3 mensen dat alles vlot verliep bij een nieuwbouw. Ik kon toen ook nog een compleet overzicht van het hele project behouden. De dag van vandaag is dat een team van zeker 10 mensen geworden. Domotica, isolatie, verwarming, alles heeft zijn eigen specialist. En dat overzicht is al lang verleden tijd.”

Rik ging een tijdje deeltijds als zelfstandig ondernemer aan de slag. Hij runde een erg succesvol studiebureau. “Aan het ziekenhuis aan de Reepkaai had ik echt dag en nacht gewerkt. Eens dat af was, viel ik in een zwart gat”, vertelt hij daarover. “Na 3 jaar was de combinatie van die twee jobs echt niet meer houdbaar en moest ik kiezen. Ofwel deed ik ze beiden slecht, ofwel eentje goed. Ik heb gekozen voor het OCMW en heb nooit meer achterom gekeken.”

Al moeten we dat niet te letterlijk nemen. “Ik moet toegeven dat ik de projecten waar ik aan gewerkt heb nooit als perfect beschouw, hoeveel complimenten ik ook krijg”, vertrouwt hij ons toe. “Die gevel van het ziekenhuis aan de Reepkaai bijvoorbeeld? Die had wat donkerder moeten zijn, niemand ziet dat natuurlijk, maar als ik er voorbij kom, schiet dat toch altijd even door mijn hoofd. Ze zeggen altijd dat de fouten van dokters onder de grond liggen en die van ingenieurs erboven en dat is waar (lacht).”

Fotografie

Afscheid nemen van zijn collega’s deed Rik al. “Omdat ik nog wat vakantie moest opnemen, ben ik officieus al een aantal weken met pensioen”, verduidelijkt hij. Zijn vrouw Brigitte (61) moet wel nog zeker 2 jaar werken. Zal hij zich dan niet vervelen? “Nee hoor, zoals bij alles heb ik mij goed voorbereid. Ik heb een cursus fotografie gevolgd en ben ondertussen lid van twee fotoclubs. Ik tennis ook, ben lid van een wandelclub en ga heel graag fietsen met mijn elektrische fiets. Mijn vrouw en ik reizen ook dolgraag, dit jaar gaan we nog naar Griekenland en Jordanië. Maar bovenal wil ik tijd maken voor mijn 4 kleinkinderen nu ze nog iets aan mij hebben. De oudste, Daan (6) doet binnenkort zijn communie en we doen niets liever dan samen voetballen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier