Brugse hondenclub heeft omwille van het coronavirus extra nieuwe leden

Ginger met haar hondje Chanel, met trainster Maura. (foto Bjorn Van Ryckeghem)
Stefan Vankerkhoven

De coronacrisis teistert ook het verenigingsleven. “Er hebben leden afgehaakt, maar dat is ruimschoots gecompenseerd door mensen die door corona een hond gekocht hebben en komen trainen”, zegt Linda Ackaert van De Jonge Gezelschapshond.

Linda Ackaert (61) uit Sint-Michiels heeft al bijna heel haar leven honden, maar ze ging vroeger nooit naar een hondenschool. Tot zij zeven jaar geleden de stap zette en met haar boxer Filibert naar de Koninklijke hondenschool De Jonge Gezelschapshond in de Robrecht Van Vlaanderenlaan in Sint-Andries stapte.

Familiale sfeer

“Ik had nooit gedacht dat ik in die club zou blijven”, bekent Linda Ackaert. “Maar de familiale sfeer bekoorde mij. Erevoorzitter Gilbert Dendooven heeft hier zijn gouden huwelijksjubileum gevierd. Vier jaar geleden hebben ze mij tot voorzitter gebombardeerd. Het gevolg is dat mijn man Dominiek Van Ryckeghem nu met onze twee boxers Filibert en Baziel traint, terwijl ik manusje-van-alles ben in de club: papierwerk, mails beantwoorden, drinkbakken vullen, onderhandelen met de stad voor de huur van ons terrein. En bij een bestuurswissel de nieuwe statuten in het Staatsblad laten publiceren. Je hoort mij niet klagen, ik doe het graag. Ik heb tijd, ik heb geen job. Als ‘achterkomertje’ heb ik altijd voor mijn ouders gezorgd.”

“De sfeer hier is ongedwongen, iedereen kent iedereen. Het is niet de bedoeling om de honden per se klaar te stomen voor een brevet, de overgang naar een hogere klas gebeurt met kleine tests, niet met officiële proeven. En wie toch een brevet wil halen, moet dat examen in een andere club afleggen. Goed gedrag belonen, met een snoepje of met een klikker, is de regel. We zijn al lang afgestapt van de harde militaire methode, waarbij fout gedrag bestraft wordt. Kettingen zijn hier niet toegelaten.”

Voorzitter Linda Ackaert. (foto Bjorn Van Ryckeghem)
Voorzitter Linda Ackaert. (foto Bjorn Van Ryckeghem)

“Alle rassen zijn welkom. Het ene ras is makkelijker te trainen dan het andere, maar als een hond iets fout doet, is het meestal de schuld van het baasje. We hebben vijf trainers en er zijn nog vier anderen in opleiding. Er mogen er gerust nog bij. De passie van onze trainers, allemaal vrijwilligers, is groot. De vroegere voorzitster Roos Mack is nog altijd trainster en moet voor elke training de bus nemen vanuit Eeklo. En nu in coronatijd met een masker”, zegt Linda Ackaert.

Coronaproof

Ook De Jonge Gezelschapshond diende zich aan te passen aan het virus. “We moesten twee maanden sluiten. Vanaf mei hebben wij onze trainingen langzamerhand herstart, in twee kleine groepen van tien personen op donderdag en twee op zondag. Enkele leden hebben door corona afgehaakt, maar hun vertrek is gecompenseerd door nieuwe leden. Nogal wat mensen hebben tijdens de pandemie een hond aangeschaft en komen trainen. Ze zochten een hobby die coronaproof is. Wat is er gezonder dan met je hond wandelen?”

“Uiteraard hanteren we alle veiligheidsmaatregelen. Onze gedisciplineerde leden arriveren met mondmasker en houden op het veld voldoende afstand. Tijdens de trainingen mag het mondmasker af. De toestellen worden enkel door de trainer verplaatst en ontsmet. En niemand mag onze kantine binnen, de drank wordt buiten op het terras geserveerd.”