Berlaen: “Dranouter is een van de relaxste festivals die er is”

Thomas Dubois
Thomas Dubois Editieredacteur De Weekbode Roeselare – Izegem – Tielt

Twee jaar geleden stond Berlaen ook al op Dranouter Festival. Toen mocht hij een van de kleinere tenten afsluiten en duurde zijn set uiteindelijk twee uur. “Puur door de improvisatie en interactie met het publiek. Het zijn die optredens die je altijd zullen bijblijven”, aldus Wouter.

Wouter Berlaen woont tegenwoordig in Mariakerke, maar praten doet hij nog vooral in het sappig Zults. Het dialect ook waarin hij zijn liedjes schrijft en zingt. Geen sinecure. “Op zich zijn er maar 14.000 mensen in Vlaanderen, die van Zulte, die mij begrijpen. Dat betekent dat de mensen die naar mij komen kijken sowieso moeite doen om mij te begrijpen. Dan vind ik het ook maar normaal dat ik moeite doe voor hen”, aldus Wouter.

Vrijdagavond speelt hij om 20.30 uur in De Voute. Het is al de tweede keer dat hij met zijn soloproject op het festival staat, maar als bassist stond hij hier al met tal van andere groepen. “Zowat om de twee jaar, wat een mooie gemiddelde is. Ieder jaar zou nog mooier zijn natuurlijk, maar te veel is ook niet goed. Af en toe wat honger kweken kan geen kwaad”, klinkt het lachend. “Het is al een drukke zomer geweest met in totaal een tiental festivals. Die vormen een onderdeel van mijn ‘Van m’n erf-tour’, tevens de naam van het derde album. Dat is het grootste aantal tot nu toe, zonder grote machine.”

Ongedwongen

“Dranouter is voor mij een erg relax festival, zo’n festival waar je uren kunt rondlopen en de ene na de andere bekende tegen het lijf loopt en op den duur speel je al je vrienden kwijt. Maar altijd plezant en vooral heel ongedwongen. De sfeer is heel gemoedelijk, zomers”, gaat hij verder. “Dat vind ik tof, ook om op te treden.”

“Je hebt hier het publiek ook snel mee. Ons vorig optreden hier op Dranouter is daar het beste voorbeeld van. We stonden normaal in de tent geprogrammeerd. Als allerlaatste in een van de kleinere tenten. Dus hadden we alle ruimte om uit te breiden. Op den duur was er zodanig veel improvisatie en interactie dat we uiteindelijk bijna twee uur op het podium stonden. Dat zijn de optredens die je altijd bij zullen blijven.”

“Dranouter is de plaats om je vrienden kwijt te spelen”

“Sowieso ben ik iemand die ruimte voor improvisatie laat. Ik heb een setlist waarmee ik op het podium kom, maar dat is niet meer dan een leidraad. Sowieso bekijk ik altijd het publiek en beslis ik op basis daarvan hoe ik de set verder opbouw. We staan maar met drie op het podium, dus die flexibiliteit hebben we wel. Als bassist bij een andere artiest heb ik er niets op tegen, maar zelf heb ik het liefst wat vrijheid. Geen strakke, afgelijnde show, op routine dus.”

Berlaen:

“Mijn derde album ‘Van m’n erf’ is een stuk serieuzer, ook naar teksten toe. Daarbij komen tal van zwaardere onderwerpen aan bod en ik merk wel dat de mensen mee zijn, zichzelf erin herkennen en dat was ook de bedoeling. Het is veel meer dan de alledaagse zaken waar ik vroeger over zong, denken we maar aan ‘Ge zij were zat’. Ook herkenbaar, maar vooral wel heel alledaags.”

Genieten

“Na de festivals trekken we richting clubs, theaters, cafés of zelfs huiskamers”, aldus Wouter nog. “Tot in april en daarna misschien nog enkele festivals in de zomer. Normaal zouden we dat niet doen, maar de vraag is er wel. Ik geniet ondertussen van de derde plaat en het spelen. Ik heb nog geen enkel nummer voor een vierde geschreven, het is allemaal erg relax!”

(TD)