Als ik de liefde niet heb
De Tieltse schrijfster Ann De Craemer geeft elke week een inkijk in haar leven.
Het begin van dit jaar verloopt zo ongeveer als anders: we zeggen en schrijven wel tien keer per dag ‘gelukkig nieuwjaar’. Toch is mekaar het beste wensen nog steeds anders: door corona knuffelen en kussen we minder. Ik mis dat, want we zijn bijna vergeten hoe deugddoend zo’n knuffel is. Op de sociale media ging een fragment van de Nederlandse televisie viraal. Een reporter ging op bezoek bij een vrouw in een woonzorgcentrum die door corona en natuurlijk door de lockdown in Nederland heel weinig mensen zag. Op het einde van de reportage gaf hij haar, bijna automatisch, een knuffel. De vrouw begon te huilen van geluk en ontroering en toen de man haar losliet, vroeg hij haar of ze nog een knuffel mocht – de tranen liepen intussen over mijn wangen. Ze knuffelden opnieuw en lachend zei de vrouw door haar tranen heen: ‘Ik denk dat ik je nooit meer wil loslaten, jongen.’
Laat dat het eerste zijn wat ik u, trouwe lezers, wil toewensen: warm menselijk contact. Baby’s die niet aangeraakt worden, zo bleek uit een wetenschappelijk experiment een paar eeuwen geleden, worden zwaar ziek. Zo is het ook een beetje met mensen: we hebben elkaars warmte nodig om mens te zijn. Natuurlijk wil ik in de eerste plaats dat corona verdwijnt omdat we dan niet ziek kunnen worden, maar in de tweede plek omdat we mekaar dan weer kunnen aanraken. Ik ben niet gelovig, maar deze woorden uit het katholieke Hooglied zijn me heilig: ‘Als ik de liefde niet heb, ben ik niets’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier