“Aïsja Moskee is mijn tweede thuis geworden”

© Hannes Hosten
Redactie KW

“Wij leven in een individualistische cultuur. De oosterse culturen zijn veel collectiever, warmer, socialer.” Dat vindt Oostendenaar Anthony Brouwers (27), die zich tot de islam bekeerde, islamleraar is geworden en ook de rondleidingen verzorgt in de Aïsja Moskee, waar hij tot het bestuur behoort. “Ik denk dat een overlegplatform voor alle moskeeën van West-Vlaanderen een goede zaak zou zijn.”

Deze reportage maakt deel uit van ons dossier ‘Islam in West-Vlaanderen’.

We zijn een beetje verrast als we in de Aïsja Moskee worden ontvangen door een echte Oostendenaar. Eén die ook nog eens overtuigd moslim blijkt te zijn. Zes jaar geleden bekeerde Anthony zich tot de islam. “Ik groeide in Oostende op en kreeg een katholieke opvoeding. Ik deed mijn plechtige communie, maar was niet zo diepgelovig. Op mijn 18de verliet ik de school zonder diploma. Ik was dan een jaar bij het leger, maar moest stoppen wegens blessures. Daarna werkte ik een jaar in het casino, aan de slotsmachines. Dan was er mijn bekering. Ik die niet graag studeerde en niet graag boeken las, was plots gemotiveerd om te studeren en mezelf te ontwikkelen. Ik vond een houvast in het leven.”

“Twee jaar voor mijn bekering was ik op reis in Egypte”, vertelt Anthony. “Ik las er een boek van Rudi Vranckx over de gevolgen van 11 september. Dat was een openbaring voor mij. Ik kwam in contact met de islam en wou er meer over weten. Ik ging zoeken op internet en trok vanuit het hotel vaak naar de woestijn, waar ik contact had met Bedoeïenenstammen. Ik was onder de indruk van hun hartelijkheid. Toen begon ik te lezen over het leven van de profeet. Ik voelde me nog meer aangetrokken tot de islam. Toen ging ik de koran lezen en werd ik echt verliefd op die tekst.”

Radicale fase

“Mijn verdere spirituele zoektocht op het internet bracht mij ook in een radicale fase. Als ik iets nieuws begin, dan ga ik er volle bak voor. Dat is nu eenmaal mijn karakter. Als je niet de juiste begeleiding krijgt, kom je bij predikers terecht die een heel letterlijke, radicale interpretatie van de teksten voorstaan. Ik liep een tijd in islamitische klederdracht rond. Let wel: ik was nooit gewelddadig en keurde nooit aanslagen goed. En door me nog verder in de leer te verdiepen, kwam ik tot het inzicht dat onze ideeën zich moeten aanpassen aan het hedendaagse leven en niet omgekeerd.”

“Ik liep een tijdje in islamitische kleren rond”

“Ik volgde de opleiding tot islamleerkracht aan het Centrum voor Islamitische Educatie en Toekomst (CIET) in Gent. In 2014 ging ik in drie Oostendse basisscholen als islamleerkracht aan de slag: De Zonnebloem, de Conscienceschool en de Kroonlaan. Vorig schooljaar werkte ik mee aan een project tegen radicalisering bij het CIET, maar sinds dit schooljaar ben ik weer leerkracht in dezelfde basisscholen. Daarnaast volg ik een bacheloropleiding toegepaste pedagogische psychologie aan de hogeschool Vives, maar via afstandsonderwijs.”

Zoontje Adam

“Bij mijn vader heb ik het niet in één keer op tafel gelegd, maar wel beetje bij beetje verteld over wat ik allemaal leerde over de islam. Pas na twee, drie maanden zei ik hem dat ik me graag zou bekeren. Hij zag ook wel dat mijn gedrag verbeterde en dat ik hem meer gehoorzaamde. Want ik moet toegeven dat ik voordien niet de makkelijkste was. Maar respect voor je ouders staat ook in de koran. Onder mijn vrienden waren er redelijk wat moslims, voor wie mijn keuze niet zo verrassend was. Mijn Belgische vrienden hadden wel veel vragen, maar negatieve reacties kreeg ik niet.”

“Twee jaar na mij bekering ben ik getrouwd met een meisje uit Vilvoorde. Zij werd hier geboren, maar is van Marokkaanse afkomst. Een jaar en zeven maanden terug werd ons zoontje Adam geboren. Het is een naam uit de islamitische traditie, maar die hier ook past. Adam Brouwers, klinkt goed en hij zal makkelijk werk vinden (lacht). De naam past bij de middenweg waar ik achter sta. De Aïsja Moskee is intussen mijn tweede thuis geworden. Het is de eerste moskee waar ik binnenkwam. Ik leerde hier veel nieuwe mensen kennen en voelde veel steun en broederschap.”

Overlegplatform

“Vandaag behoor ik tot het informele bestuur van de moskee. Wij zijn al enkele jaren bezig met onze erkenning, maar het is zo moeilijk om een imam te vinden die de kennis heeft, betrouwbaar is, de middenweg volgt, de context en de taal kent en hier voltijds actief kan zijn. Daarom krijgen we geen antwoord op onze vraag om erkend te worden. De Albanese moskee in Oostende is van dezelfde strekking als de onze, maar de Romestraat leunt meer aan bij de Ahmadiyya-beweging. Daar hebben wij niets op tegen en iedereen is hier welkom, maar zij hangen toch een andere geloofsleer aan, veel meer gericht op bekeren ook. Een echte samenwerking tussen moskeeën bestaat niet. Zelf geloof ik wel in een overlegplatform tussen moskeeën op provinciaal niveau. Over bepaalde thema’s, zoals het offerfeest, zouden we tot meer overeenstemming kunnen komen.”

Moskee of cultureel centrum?

Een bijzondere situatie is die van de Albanese moskee in de Torhoutsesteenweg 211, officieel het ‘Albanees Cultureel Centrum Xhamia Shqiptare’. Op Google vind je de ‘Albanese moskee’ terug en zo zien ook de vertegenwoordigers van de andere Oostendse moskeeën het. Maar volgens bestuurslid Sulejmani Beadim is het geen moskee, maar een cultureel centrum. “Maar we willen wel proberen een moskee te worden”, legt hij uit.

Zowel Ali Aftab van de moskee in de Romestraat als Anthony Brouwers van de Aïsja Moskee spreken van drie moskeeën in Oostende: naast de hunne is er ook nog de Albanese moskee in de Torhoutsesteenweg, die je ook terugvindt als je even gaat googelen. “Met de Albanese moskee hebben wij weinig contact en dat heeft met het taalprobleem te maken”, zegt Ali Aftab. Anthony Brouwers weet dan weer dat de Albanese moskee ‘van dezelfde strekking is’ als de Aïsja Moskee en vertelt dat hij er regelmatig over de vloer komt.

Alleen: volgens bestuurslid Sulejmani Beadim is de Albanese moskee geen moskee. “Wij zijn een cultureel centrum. Je kan bij ons komen om de taal te leren, samen te zijn en thee te drinken. Onze bezoekers zijn vooral Oostendenaars uit Macedonië, Albanië en Kosovo. We zijn met een 20-tal mensen. Er zijn ook mensen die bij ons bidden of boeken lezen, maar wij zijn geen moskee. We bestaan een jaar of vier en hebben een bestuur met een viertal leden.”

“Moskee worden”

“Misschien zullen we in de toekomst wel een moskee worden. Want meer en meer mensen, ook van andere nationaliteiten, komen naar hier om te bidden. De dagelijkse gebeden en ook het vrijdaggebed worden hier gedaan”, zegt Sulejmani. “Wij zullen contact zoeken met de stad Oostende om een andere locatie te vinden, zodat we meer ruimte hebben en er ook vrouwen kunnen komen bidden. Maar op dit moment zijn wij nog een cultureel centrum, trouwens niet alleen voor moslims, maar ook voor christenen en anderen.”

Moskee of cultureel centrum?

Een bijzondere situatie is die van de Albanese moskee in de Torhoutsesteenweg 211, officieel het ‘Albanees Cultureel Centrum Xhamia Shqiptare’. Op Google vind je de ‘Albanese moskee’ terug en zo zien ook de vertegenwoordigers van de andere Oostendse moskeeën het. Maar volgens bestuurslid Sulejmani Beadim is het geen moskee, maar een cultureel centrum. “Maar we willen wel proberen een moskee te worden”, legt hij uit.

Zowel Ali Aftab van de moskee in de Romestraat als Anthony Brouwers van de Aïsja Moskee spreken van drie moskeeën in Oostende: naast de hunne is er ook nog de Albanese moskee in de Torhoutsesteenweg, die je ook terugvindt als je even gaat googelen. “Met de Albanese moskee hebben wij weinig contact en dat heeft met het taalprobleem te maken”, zegt Ali Aftab. Anthony Brouwers weet dan weer dat de Albanese moskee ‘van dezelfde strekking is’ als de Aïsja Moskee en vertelt dat hij er regelmatig over de vloer komt.

Alleen: volgens bestuurslid Sulejmani Beadim is de Albanese moskee geen moskee. “Wij zijn een cultureel centrum. Je kan bij ons komen om de taal te leren, samen te zijn en thee te drinken. Onze bezoekers zijn vooral Oostendenaars uit Macedonië, Albanië en Kosovo. We zijn met een 20-tal mensen. Er zijn ook mensen die bij ons bidden of boeken lezen, maar wij zijn geen moskee. We bestaan een jaar of vier en hebben een bestuur met een viertal leden.”

“Moskee worden”

“Misschien zullen we in de toekomst wel een moskee worden. Want meer en meer mensen, ook van andere nationaliteiten, komen naar hier om te bidden. De dagelijkse gebeden en ook het vrijdaggebed worden hier gedaan”, zegt Sulejmani. “Wij zullen contact zoeken met de stad Oostende om een andere locatie te vinden, zodat we meer ruimte hebben en er ook vrouwen kunnen komen bidden. Maar op dit moment zijn wij nog een cultureel centrum, trouwens niet alleen voor moslims, maar ook voor christenen en anderen.”