Adoptievader maakt boek over de moeders die achterblijven

Pieter Gaudesaboos met Klein verhaal met een hart, zijn prentenboek dat werd uitgegeven bij Lannoo. © Davy Coghe

Geboren Bruggeling Pieter Gaudesaboos is adoptievader van twee meisjes. Als eerbetoon aan zijn dochters en hun geboortemoeders, maakte hij het prentenboek Klein verhaal met een hart. “Veel mensen kunnen het zich niet voorstellen dat een moeder haar bloedeigen kind afstaat voor adoptie. Maar vaak is dat voor hen de enige keuze.”

Pieter Gaudesaboos (41) is afkomstig uit Brugge, maar woont en werkt ondertussen al enkele jaren in Gentbrugge. Samen met zijn partner Tomas adopteerde hij twee meisjes. Allebei waren ze twee maanden jong toen ze in het warme nest van Pieter en Tomas terechtkwamen. Ondertussen zijn ze zes en drie, Leah en Suzie.

Hun moeder koos voor adoptie en dat is de insteek van Pieters nieuwste prentenboek Klein verhaal met een hart. “Het is een erg persoonlijk boek geworden. Het verhaal gaat over een moeder met een hart, die een keuze moet maken die eigenlijk geen keuze is”, begint Pieter.

Het verhaal wordt verteld vanuit het standpunt van de geboortemoeder. “Het is geen boek waarin je leest over adoptie of de lange adoptieprocedure. Het verhaal gaat over het standpunt van de geboortemoeder, want voor haar is dikwijls weinig begrip. Mensen kunnen zich moeilijk voorstellen waarom iemand zijn bloedeigen kind afstaat. Ik hoor het genoeg van mensen die zeggen ‘ik kan me zelfs niet voorstellen dat ik zoiets zou doen’. Goedbedoeld hoor, maar wij zijn zo geprivilegieerd dat we niet beseffen dat sommige mensen geen opties hebben. Als er iets met Tomas en mij gebeurt, kunnen onze kinderen bij tien mensen terecht. Maar niet iedereen heeft een netwerk om op terug te vallen.”

Net door zijn eigen dochters, een geboortemoeder te ontmoeten en door de verhalen van de adoptiediensten, weet Pieter dat het veel complexer is. “Dikwijls blijkt dat voor de geboortemoeders het afstaan van hun kind voor adoptie de enige keuze is. Vrouwen die eigenlijk niets liever willen dan hun kind houden, maar ze zien het loslaten als het enige wat ze kunnen doen voor hun kind. Als de grootste daad van liefde om het kind alle kansen te bieden die het verdient.”

Mier laat eitje achter

Pieter schrijft vooral voor kinderen die de leeftijd hebben van zijn dochters, maar nu niet. “Voor jonge kinderen moet je de zaken sterk vereenvoudigen. Die verhalen eindigen bovendien (bijna) altijd met een happy end. Je moet letterlijk vertellen waarom een kindje niet bij zijn moeder kan blijven. Maar de werkelijkheid is veel complexer en dus heb ik het boek geschreven voor iedereen tussen 9 en 99 jaar.”

De mama wordt voorgesteld als een mier. “De rode mier laat een eitje achter aan de deur van een zwarte mier. Door het op die manier te vertellen, is het verhaal minder zwaar. Wie het prentenboek leest, krijgt het gevoel dat hij door het sleutelgat meekijkt”, vervolgt Pieter die het verhaal schreef voor iedereen, ook voor mensen die niet met adoptie te maken hebben. “Het is belangrijk om moeders die hun kind afstaan niet te veroordelen. Ik zie het boek als een eerbetoon aan mijn dochters, hun moeders en alle andere geboortemoeders.”

Hij schrijft en illustreert zijn boeken normaal zelf, maar deed nu een beroep op schrijver Elvis Peeters. “Normaal gezien zijn mijn tekeningen veel kleurrijker, maar hier ben ik sober gebleven. Het verhaal had ik als een film in mijn hoofd. Maar ik wou het zeer uitgepuurd en sober brengen, met een zin per tekening. Maar een zin per illustratie waarbij het verhaal moet lezen als een doorlopende tekst, is gigantisch moeilijk. Daarom heb ik een beroep gedaan op het schrijversduo Elvis Peeters. Zij wilden het proberen en het is gelukt. Ik ben ongelooflijk tevreden met het resultaat.”

In de prijzen

Ook de jury van de Boekenpauw 2020 vond het resultaat meer dan geslaagd, want het eindigde zo pas tweede in de prijs voor mooist geïllustreerde kinder- en jeugdboek in het Nederlandse taalgebied. “Ik was zeer aangenaam verrast, want het boek was net door het fragiele verhaal en de sobere tekeningen toch een beetje een buitenbeentje in de shortlist.”