Acteur Pol Goossen: “De grote troef van West-Vlaanderen? Dat het zo plat is!”

Pol Goossen in het -platte- landschap rond Diksmuide © Fotomontage VRT/iStockphoto
Frederic Vansteenkiste
Frederic Vansteenkiste Medewerker KW

Nergens beter dan thuis, maar in West-Vlaanderen is het ook niet slecht. Dat weet acteur Pol Goossen, vooral bekend als Frank Bomans, natuurlijk ook. En ook al komt hij uit Antwerpen, toch mag ook hij zijn licht even laten schijnen op de kustprovincie.

Je komt uit de provincie Antwerpen, maar zijn er ook ergens West-Vlaamse wortels aan de familiestamboom?

“Jawel, die zijn er. Mijn grootvader, Henri Goossen, is van Veurne afkomstig. Hij is daar geboren en opgegroeid, maar daarna door omstandigheden naar Antwerpen verhuisd. De provincie Antwerpen hé, Lier om precies te zijn. Daar ben ik ook geboren en getogen. Maar mijn grootvader heeft dus wel school gelopen en ging later vaak op vakantie naar Koksijde. Als kind ben ik daar ook veel geweest.”

Zijn er eigenschappen of talenten die jou opvallen bij de West-Vlamingen die je kent?

“Neen, eigenlijk niet echt. Naar mijn idee heb je in elke provincie mensen van allerlei slag. Je hebt in West-Vlaanderen rustige & introverte mensen en extraverte & uitbundige, net zoals je die hebt in Limburg of de Kempen. Stille werkers en ondernemers? Dat kan, maar je hebt net zo goed noeste werkers op de heide en in Limburg. Ik denk niet dat een bepaalde karaktertrek exclusief aan de inwoners van een stad of provincie is voorbehouden.”

Koksijde maakt deel uit van je kindertijd, heb je nog favoriete plekken in West-Vlaanderen?

“Diksmuide en omstreken vind ik ook een aangename plek. Het leuke aan West-Vlaanderen is dat alles er platter dan plat is. Dat maakt het er aangenaam om te wandelen. Je kan daar om lachen, maar vroeger gingen wij vaak op reis naar Tirol in Oostenrijk. Bergop, bergaf, je kent het wel. Zeer aangenaam, maar ook lastig. En als je bijna 70 bent, dan is dat dus niet meer zo evident. En dan is een vlak landschap wel aangenaam ja.”

“Ik heb in West-Vlaanderen ook heel wat theaters en culturele centra bezocht natuurlijk. Brugge, Tielt, Wevelgem, Waregem,… Of er bijzonder mooie zalen tussen zaten die me zijn bijgebleven? De stadsschouwburg in Brugge hé, da’s echt de Bourlaschouwburg in ‘t klein. En pas op, ik bedoel daar niets negatiefs mee hoor. Maar ze delen nu eenmaal dezelfde bouwstijl.”