10 jaar asielcentrum in Poelkapelle: zegen of schande?

Sofie Desseyn en Caroline Ameloot tussen enkele bewoners van het asielcentrum. © JCR
Redactie KW

Deze maand is het tien jaar geleden dat de eerste asielzoekers aankwamen in de oude legerkazerne in Poelkapelle, vlakbij de Vijfwegen. Tien jaar later verblijven er nog steeds mensen die op zoek zijn naar een beter leven én wordt het asielcentrum zelfs tijdelijk uitgebreid. Maar is het nu een zegen of een schande dat dit asielcentrum er na tien jaar nog altijd is?

Het regent dat het giet als we ons rond de middag aanmelden aan het onthaal van het Fedasil-opvangcentrum in de Stadensteenweg. Gelukkig is iedereen welgezind en schijnt de zon dus figuurlijk. Dat voelen we ook als we centrumdirecteur Sofie Desseyn, die er al vanaf het begin in september 2010 bij is, ontmoeten in haar bureau. “Ik ben psychologe van opleiding. Ik heb eerst zes maanden voor Carrefour gewerkt en daarna werkte ik acht jaar als adjunct-directeur in het gesloten opvangcentrum in Brugge (DVZ)“, schetst ze haar eigen carrière. “Ik was er verantwoordelijk voor de operationele leiding en kwam dus dagelijks in contact met uitgeprocedeerde asielzoekers en illegalen. Aangezien de doelgroep en de werking veel overeenkomsten hadden met mijn huidige job, was dat een heel goede voorbereiding om hier in Poelkapelle een nieuw opvangcentrum op te starten.”

“De kazerne stond al leeg sinds 2002 en alles wat een beetje los zat, was weg” – centrumdirecteur Sofie Desseyn

“Het ziet er nu allemaal heel verzorgd uit, maar toen we hier begonnen, was dat absoluut niet het geval. De legerkazerne stond immers al leeg sinds 2002 en alles wat ook maar een beetje los zat, was verdwenen. In het begin werd er gekookt vanuit een caravan, maar na vier jaar hebben we, in samenwerking met de Regie der Gebouwen, van de vroegere kantine de huidige keuken gemaakt. Ook het linkergebouw en sanitair is ondertussen helemaal gerenoveerd. Toen we startten, zaten hier zes gezinnen met in totaal 36 bewoners. Ze kwamen vooral uit Afghanistan, Iran en Irak.”

Uitbreiding

Op vandaag is er wat de herkomst van de asielzoekers betreft niet bijster veel veranderd, vertelt Sofie Desseyn. “Al zien we de laatste tijd wel een grote toestroom vanuit Palestina en Syrië. Maar de grootste verandering is de capaciteit van het centrum. Vandaag verblijven hier 229 bewoners en er is een tijdelijke uitbreiding met 72 extra plaatsen. De plaatselijke overheid heeft de bouwvergunning echter nog niet goedgekeurd, dus kunnen de extra containers slechts voor vier maanden blijven staan. Momenteel worden die bewoners opgevangen in mobiele units (legertenten, red.), maar weldra zal er een containergebouw geplaatst worden waardoor we tijdelijk 301 personen kwalitatief kunnen opvangen.”

In het schepencollege van Langemark-Poelkapelle stond men aanvankelijk niet te springen voor die uitbreiding. N-VA was zelfs ronduit tegen en en liet dat ook luidkeels merken. Uiteindelijk sloot burgemeester Lieven Vanbelleghem (CD&V) een compromis met Fedasil voor de opvang van 72 extra asielzoekers in plaats van de vooropgestelde 132. “Die uitbreiding ziet ons schepencollege liever niet, maar als privépersoon zal ik nooit iemand in de kou laten staan“, vertelt de burgemeester. “De centrumdirecteur weet dat men een bouwovertreding begaat als ze fundering laten gieten voor die extra containers. Laat dit duidelijk zijn: bestaande bouwreglementeringen gelden ook voor tijdelijke bewoners.”

10 jaar asielcentrum in Poelkapelle: zegen of schande?
© JCR

Schepen Dominique Cool (N-VA) heeft zich altijd een groot tegenstander van die tijdelijke uitbreiding getoond. “Onze gemeente doet meer dan zijn deel in de vluchtelingenproblematiek”, reageert hij. “Op vandaag zitten we met een georganiseerde opvang op ons grondgebied van 229 vluchtelingen. Wij zien dan ook absoluut geen enkele reden waarom wij nog meer moeten doen met tenten of containers, terwijl andere gemeenten in Vlaanderen of Europa zich afzijdig houden of zelfs helemaal geen inspanningen op dit vlak leveren. Wij komen op voor een groot deel van de bevolking dat ook meent dat het genoeg is. Tot diepe treurnis van velen wordt met dat inzicht geen rekening gehouden door Fedasil, hogere overheden en lokale enkelingen die lijden aan een soort kwaaltje van pedante arrogantie. Nu de dorpspastoor zijn invloed en gezag wat ziet minderen, menen zij die rol te moeten overnemen om alles netjes te verbloemen onder de noemer van het politiek correcte denken alsof andersdenkenden noch humaan, noch gastvrij zouden zijn. Met zulke hypocrisie hebben wij het moeilijk.”

“Onze gemeente doet al meer dan zijn deel in de vluchtelingenproblematiek” – schepen Dominique Cool (N-VA)

Of er dan veel zaken zijn die beter kunnen, vragen we aan de burgemeester. “Vroeger gaf men bonnetjes aan de asielzoekers en daarmee konden ze in het opvangcentrum producten kopen. Nu krijgen ze geld en gaan ze allemaal in groep naar bepaalde warenhuizen. Dat verloopt niet altijd even vlot en ook op de bus of aan haltes kan het soms tot overlast zorgen, omdat ze meestal in groep zijn. Het gehucht Vijfwegen, waar het opvangcentrum aan grenst, is dunbevolkt (zo’n 600 inwoners, red.) en dus kun je niet ontkennen dat 70 bewoners extra wel een impact kan hebben op de buurt. Bijvoorbeeld op administratief vlak betekent dit extra werk voor ons gemeentepersoneel. Tot nu toe kan ik wel zeggen dat het aantal klachten relatief beperkt is. We hopen dan ook dat dit zo blijft en hebben gelukkig een goede verstandhouding met de centrumdirecteur, waarmee we in 2019 een viertal keer rond de tafel gezeten hebben rond concrete vragen.”

Animatie en buurtwerk

In het asielcentrum ontmoeten we ook Caroline Ameloot en Lien Van der Wulst. Zij staan in voor de animatie en het buurtwerk van het opvangcentrum. “De animatie is heel verscheiden en kan zowel voetballen, kaarten, gitaarles of huiswerkklas… zijn. We hebben ook heel wat samenwerkingsakkoorden met plaatselijke verenigingen zoals de Chiro en de voetbalclubs van Langemark en Westrozebeke. Uiteraard proberen we ook maximaal in te zetten op het leren van Nederlands, de sleutel tot integratie. We hebben daarvoor een goede samenwerking met het CVO en Open School. Daarnaast geven de vrijwilligers op vaste instapmomenten Nederlandse les aan wie nog geen les kan volgen in het volwassenenonderwijs. We geven onze bewoners ook de kans om in het centrum jobs te doen, waarvoor ze een zakcentje verdienen. Zo’n 1,90 euro per uur. Sommigen poetsen hier of knappen een klusje op zoals schilderen of tuinonderhoud. Zo beschikken we over een technisch team van zeker twintig handige harry’s. De eerste vier maanden mogen ze immers niet officieel werken. Wie daarna over een ‘oranje kaart’ beschikt, kan dat wel. We hebben heel wat bewoners die aan het werk zijn bij bedrijven in de omgeving. Daarnaast zijn er bewoners die vrijwilligerswerk willen doen. Zo zijn er mensen die werken in de Vleugels in Klerken, waarmee we een samenwerkingsovereenkomst hebben.”

Onwetendheid

Naast het animatiewerk zijn Caroline en Lien ook verantwoordelijk voor het buurtwerk. “Uiteraard hebben we in het begin moeten sensibiliseren, want de komst van zo’n opvangcentrum is zeker niet vanzelfsprekend. Toch mogen we nu zeggen dat we een goede verstandhouding hebben met de buurtbewoners. Sommigen die hier ooit met negatieve vooroordelen op bezoek kwamen, zijn ondertussen buddy of vrijwilliger geworden of brengen regelmatig kledij of schoenen binnen als gift voor onze bewoners. We hebben een dertigtal vaste vrijwilligers, waarvan de helft al van in het begin. Daarnaast hebben we ook een 25-tal buddy’s. Dat zijn mensen die met een of meerdere asielzoekers minimum één keer per maand een activiteit doen. We zijn nog steeds op zoek naar buddy’s. Wie interesse heeft of info wenst, mag steeds contact opnemen. Naast de opendeurdagen doen we ook rondleidingen voor scholen en verenigingen, waar we info meegeven over onze werking. Dat neemt veel onwetendheid weg, want op sociale media doet er nogal wat fake news de ronde. Die rondleidingen openen de ogen en laten de mensen kennismaken met de realiteit van een opvangcentrum.”

10 jaar asielcentrum in Poelkapelle: zegen of schande?
© JCR

De 48 vaste medewerkers in het opvangcentrum zijn dag en nacht aanspreekbaar, 7 dagen op 7, 24 op 24. Sofie Desseyn: “Dat moet ook wel, want 300 ‘vreemde’ mensen in een kleine vaste gemeenschap onderbrengen vergt een aanpassing van iedereen. We leren onze bewoners dan ook al het mogelijke dat ze moeten weten over onze gewoontes op vlak van omgang, koken, hygiëne… Dat varieert van hoe je tanden te poetsen of het huis schoonmaken tot het gebruik van de bus.”

Hoeveel asielzoekers er ondertussen in Poelkapelle over de vloer kwamen, kan niet exact weergegeven worden. “Dat komt doordat men hier geregistreerd wordt per familie en al die gezinsleden krijgen hetzelfde badgenummer. Het moeten er in de afgelopen tien jaar toch wel zeker zo’n 6.000 geweest zijn. Elk individu heeft een schrijnend verhaal, zeker als het gaat over kinderen. Naast de kinderen in gezinsverband hebben we ook nog plaats voor 48 niet-begeleide minderjarigen, de zogenaamde AMA’s. Zij komen hier toe zonder ouders. Momenteel hebben we 36 jongens – bijna allemaal uit Afghanistan – en 9 meisjes. Sommigen zijn onderweg gescheiden van hun familie of hebben die onderweg verloren. Soms zijn de ouders, broers of zusjes onderweg gestorven. Het Rode Kruis heeft een dienst ‘tracing’, die helpt om de familieleden terug bij elkaar te brengen. Maar dat is een héél moeilijke opdracht. Ik kan me voorlopig maar één succesvolle hereniging herinneren. Maar we hebben ook gezinsuitbreidingen. Dat zijn mooie momenten die terug hoop geven. In het afgelopen jaar zijn er zeker tien kindjes geboren.”

Terugkeerplaatsen

Wanneer we willen weten hoelang iemand gemiddeld in het opvangcentrum verblijft, komen we op delicaat terrein. “Vroeger kon iemand na vier maanden een aanvraag indienen om te kunnen verhuizen naar een lokaal opvanginitiatief (LOI), waar ze zelfstandig kunnen wonen. Ondertussen is die wetgeving veranderd. Een bewoner moet eerst een positieve beslissing hebben, alvorens ze een aanvraag tot LOI kunnen indienen. Dat maakt dat de doorstroom veel langer duurt. Sommigen zitten hier voor een heel lange periode. Dat kan in uitzonderlijke gevallen zelfs oplopen tot drie tot vier jaar. Als de bewoners een negatieve beslissing ontvangen, stromen ze door naar een open terugkeerplaats (OTP). Tijdens dat traject wordt de bewoner intensief voorbereid op zijn of haar vrijwillige terugkeer. In Poelkapelle hebben we 40 OTP-plaatsen en momenteel verblijven er een 30-tal bewoners in dit traject.” (DS/pco)

De Lijn wil bushalte recht voor de deur schrappen

Recht tegenover het asielcentrum ligt nu een bushalte van De Lijn. In het verleden waren daar echter regelmatig problemen met wachtende vluchtelingen die uit verveling eigendom van omwonenden beschadigden. Volgens burgemeester Lieven Vanbelleghem heeft De Lijn plannen om die halte weg te nemen. “Dat zou kaderen in hun nieuwe vervoerregio die waarschijnlijk vanaf 2021 van kracht wordt. Onbegrijpelijk”, reageert de burgemeester. “De asielzoekers, die voor hun verplaatsingen naar de Nederlandse les of hun werk nagenoeg allemaal aangewezen zijn op het openbaar vervoer, zullen dus nog 500 meter verder moeten tjolen.”

“Na twee jaar in Poelkapelle heb ik hier een thuisgevoel”

10 jaar asielcentrum in Poelkapelle: zegen of schande?
© DS

Constance Yage Gimandze, haar zoontje Jesse (2,5 jaar) en jongste spruit Judith (9 maand) kwamen drie jaar geleden in België aan. “Ondertussen verblijven we al bijna twee jaar in Poelkapelle. Ik kan voorlopig niet terug naar Kameroen omwille van de politieke situatie. De eerste nacht had ik het hier moeilijk, maar nu heb ik hier een thuisgevoel. Ik heb Engels gestudeerd en wilde journalist worden, maar dat was moeilijk omdat ik geen opvang vond voor mijn kinderen. Ik volg nu Nederlandse les en zou graag werken als maatschappelijk werker om zo ook mensen verder te helpen. Of misschien kan ik als vertaler-tolk aan de slag nadat ik mijn Frans bijgeschaafd heb. Kameroen is immers tweetalig Engels-Frans.”

“Ik moest mijn vrouw, zoon en dochter achterlaten in Togo”

10 jaar asielcentrum in Poelkapelle: zegen of schande?
© DS

Messiga Yawovi Serge is op zijn eentje gevlucht uit Togo. Zijn vrouw, zoontje en dochtertje moest hij in zijn thuisland achterlaten. “Ik werkte in Togo als fotograaf voor het weekblad La Croix du Sud, dat in 2018 stopgezet werd omdat de zaakvoerder overleden was. Ik ben vier maanden geleden met het vliegtuig in België aangekomen. Gelukkig heb ik dagelijks contact met mijn vrouw en kinderen. Van zodra mijn papieren in orde zijn, hoop ik dat ons gezin herenigd kan worden. ‘s Morgens ga ik naar de Nederlandse les in Ieper. Daarna houd ik me hier bezig met klusjes. Het eten is hier misschien anders, maar ik lust het wel. Zeker de frietjes. Ik zou graag als beenhouwer werken en wil daarvoor zeker een opleiding volgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier