Vooruit-voorzitter Melissa Depraetere (31) na de meest hectische week van haar leven: “Ik voelde wel een kleine paniekflits in mijn hoofd”
“Conner had sowieso niet kunnen aanblijven.” Melissa Depraetere zet de puntjes op de i na de striemende kritiek op haar partij. De 31-jarige Harelbeekse is sinds vorige week voorzitter van Vooruit. In dit pittige gesprek laat ze meteen zien dat ze niemands handpop is. Ook over migratie – altijd een gevoelig thema bij socialisten – spreekt ze klare taal.
De Gavers in Harelbeke. Melissa Depraetere – nog altijd maar 31 jaar woont hier op een steenworp vandaan, in het gehucht Stasegem. Ze wou het interview graag doen tijdens een wandeling, had ze de dag voordien laten weten. Omdat ze nood heeft aan frisse buitenlucht na de meest hectische week van haar leven. De Gavers is een van de mooiste natuurgebieden van onze provincie. Voor de liefhebbers: het is ook het leefgebied van unieke vogels zoals de roerdomp en de woudaap. Vogelen is geen hobby van haar, lopen wél, zegt de flegmatieke politica. “Ik kom hier twee keer per week. Ik hoop dat ik dat kan blijven doen. Als je hier ’s morgens vroeg komt lopen, zie je trouwens veel eekhoorntjes. Het is echt een prachtig domein. Als je dit in het buitenland zou zien, zou je zeggen: wauw!”
U bent sinds vorige vrijdag voorzitter van Vooruit. Wat moet ik zeggen: proficiat of innige deelneming?
(lacht) “Toch wel proficiat. Het is een mooie uitdaging, weliswaar in bijzondere omstandigheden. Het was totaal niet mijn ambitie om nu voorzitter te worden. Maar ik heb wel de vaste overtuiging om af te maken waaraan wij begonnen zijn.”
Hoe reageerde uw omgeving?
“Positief, maar vooral ook verbaasd. Amai, jij zit nog niet lang in de politiek, maar je moet blijkbaar al iets bewezen hebben. Al voel ik ook bezorgdheid, zeker bij mijn ouders en dichtste vrienden. Ze zijn bang dat ik ook hard aangepakt zal worden.”
Bent u zelf ook bezorgd?
“Toen Conner zei dat hij zou stoppen, voelde ik wel een kleine paniekflits in mijn hoofd. Gaat alles nu in duigen vallen wat wij hebben opgebouwd? We staan op enkele maanden van de verkiezingen. Maar intussen ben ik al gerustgesteld. Wij zijn geen eenmanspartij. Weet je nog toen Egbert Lachaert opstapte als voorzitter van Open Vld? Die partij viel bijna uiteen. Dat is bij ons niet gebeurd en dat is de verdienste van Conner. Hij heeft gezorgd voor een team en voor samenhorigheid.”
Ik bedoelde ook: bent u bezorgd voor uzelf?
“Oei, daar heb ik nog niet over nagedacht. De voorbije week was echt handelen op automatische piloot. Deze wandeling is een van mijn eerste rustmomenten.”
U legde in uw eerste interviews de klemtoon op uw achtergrond. Is dat een belangrijk deel van uw DNA?
“Ja, absoluut. Dat is de reden waarom ik aan politiek doe. Ik ben opgegroeid in een gewoon arbeidersgezin. Ik heb geen armoede gekend – verre van. Maar wij kregen niets voor niets. Als wij een nieuwe frigo nodig hadden, dan moesten we wachten op de eindejaarspremie. Mijn vader en moeder hebben hard moeten werken om rond te komen. Het zijn voor die gewone mensen dat ik aan politiek doe.”
Zijn er dan ook ‘ongewone’ mensen?
“Neen, zo bedoel ik dat niet. Met gewone mensen bedoel ik mensen die hun best doen om vooruit te geraken in het leven, maar die daar niet altijd zelf grote impact op hebben. Het is voor hen dat de politiek het verschil moet maken, bijvoorbeeld door te streven naar betere lonen en lagere facturen.”
Wat wordt uw loon als voorzitter?
“Dat moet nog besproken worden. Maar wellicht zal dat in de lijn liggen van mijn huidig loon.”
Dat is meer dan 8.000 euro netto. Behoort u dan nog tot de ‘gewone’ mensen?
“Ik vind van wel, mijn levensstijl is niet veranderd bij vroeger. Als ik ga eten of shoppen, dan doe ik niets anders dan vijf jaar geleden. Als ik met vrienden spreek, dan gaat dat niet over politiek – en gelukkig maar. Dat zijn allemaal dingen die je met de voeten op de grond houden. Het grootste verschil is het comfort dat je hebt. Als je eens geen auto hebt, kan je een taxi nemen. Of je kan ‘s middags een slaatje afhalen zonder de centen te moeten tellen.”
Het was Conner Rousseau himself die wou dat u hem zou opvolgen. Hebt u niet getwijfeld of u dit zou kunnen?
“In normale omstandigheden zou ik zéker getwijfeld hebben. Maar ik had geen tijd om te twijfelen. (lacht) Het is eigenlijk heel snel gegaan. Op donderdagavond hadden we een lange vergadering met de partijtop. Conner wou weten hoe iedereen dacht over de toekomst. De dag nadien nam hij mij apart en zei hij dat hij zou stoppen en dat ik hem moest opvolgen. Jij kan dat, anders zou ik je niet vragen, zei hij.”
En dus zei u ja.
“Dat gesprek heeft maar enkele minuten geduurd. Op dat moment denk je niet aan jezelf, maar aan de partij en aan wat er allemaal op het spel staat.”
Uw vriend Kenneth – die ook voor de partij werkt – was alvast enthousiast op sociale media. Zal hij dat blijven als u nooit meer thuis bent?
“Dat heb ik ook al laten vallen. (lacht) Neen, het worden helse maanden, maar ik moet wel zeggen: de stap naar fractieleider was groter dan de stap naar voorzitter. Toen was alles nieuw voor mij. Vandaag sta ik al veel relaxter in de politiek.”
Uw partij kreeg bakken kritiek voor hoe ze omging met de uitspraken van Rousseau. Was die kritiek terecht?
(blaast) “Ik begrijp dat buitenstaanders kritisch zijn. Als je het puur rationeel bekijkt, dan hebben we inderdaad te lang gewacht om een nieuwe voorzitter aan te stellen. Maar politiek is ook emotie. Een partij is geen gewoon bedrijf, hé. Heb je de Netflix-serie over David Beckham gezien? Je kan een partij vergelijken met een voetbalploeg: die teamspirit, het samen werken aan het project. Wij waren emotioneel nog niet klaar voor zijn ontslag.”
“Als je het puur rationeel bekijkt, dan hebben we te lang gewacht om een nieuwe voorzitter aan te stellen”
Wat als Rousseau zijn ontslag niet had ingediend, was hij dan nog altijd voorzitter?
“Neen, deze stap zou sowieso komen. Ik denk dat iedereen op het partijbureau ook aanvoelde dat een ontslag nodig was.”
Is dat zo? Bruno Tobback zei net het omgekeerde in ‘De Afspraak op vrijdag’.
“Conner had toen net zijn ontslag gegeven en dat lag emotioneel heel moeilijk voor veel mensen. Dat is begrijpelijk. Maar had hij die dag geen ontslag genomen, dan zouden we een heel ander debat gevoerd hebben op het partijbureau. Hij had sowieso niet kunnen aanblijven als voorzitter. Wij voelden allemaal aan dat de discussie over zijn uitspraken anders nooit zou stoppen. Conner ook en dus heeft hij in het belang van de partij zijn ontslag gegeven.”
Waarom zei u maandag plots dat zijn uitspraken racistisch waren, terwijl u dat zondag niet wou zeggen?
(windt zich op) “Komaan, wij waren al wekenlang aan het zeggen dat zijn uitspraken fout waren. Maar blijkbaar was het nodig om nog eens duidelijk te stellen dat ze racistisch en seksistisch waren. Voilà. Maar eerlijk: was dat niet een beetje overdreven? Ik ben vorige donderdag in het parlement tot vier keer toe achtervolgd door cameraploegen. Ik kon mijn werk niet meer doen.”
U bent interimvoorzitter tot juni. Bestaat de kans dat hij daarna terugkeert als voorzitter?
“Die kans bestaat, ja. Maar ik weet niet of die kans groot is. Conner moet eerst voor zichzelf uitmaken wat hij wil doen. Wij willen hem die tijd gunnen. Dus ik kan ook nog niet zeggen of hij lijsttrekker blijft in Oost-Vlaanderen. Mijn mandaat is een tijdelijk mandaat tot aan de verkiezingen van juni. Daarna is het aan de leden om te beslissen wie voorzitter wordt. Zo hoort het ook. Dat neemt niet weg dat ik intern veel steun voel – anders zou ik hier niet zo op mijn gemak rondlopen.”
Wat denkt u: zal Rousseau stoppen met politiek?
“Eerlijk: ik kan dat niet inschatten. Ik zou hem graag in de partij houden, maar dat is aan hem te beslissen. Ik heb hem maandag nog even gesproken over de lijstvorming, toen hij zijn bureau leeg kwam maken, maar verder ga ik hem de rust gunnen die hij nodig heeft. Ik ben nu voorzitter en ik zal mijn eigen ding doen.”
“België moet minder asielzoekers opvangen, maar de opvang zelf moet wel beter”
Bent u van plan om veel te veranderen?
“Als het over onze standpunten gaat: neen, want deze dragen al mijn stempel. Ook het team blijft hetzelfde: onze mensen leveren al jaren sterk werk. Het grootste verschil zal de stijl zijn. Ik ben misschien wat minder polariserend. Maar ik zal net zoals Conner de dingen benoemen zonder rond de pot te draaien. No-nonsense, dus.”
Groen hoopt dat u een meer progressieve koers zal varen. Zij zagen in uw voorganger geen partner meer. Wat kan u hen zeggen?
“Dat ik dat een bizarre uitspraak vond van hen. Als wij streven voor betere lonen, hogere pensioenen en lagere facturen, is dat dan geen progressief beleid? (feller) Dat is verdorie de definitie van progressief beleid. Ik hoop dat Groen op dat vlak weer een partner kan worden. Ik kan het trouwens persoonlijk goed vinden met Jeremie Vaneeckhout die hier niet zo ver vandaan woont.”
Het gaat natuurlijk over migratie. Zal u even flinks zijn als uw voorganger?
“Ik sta volledig achter onze inhoudelijke standpunten.”
Vindt u dat wij te veel asielzoekers opvangen?
“Ja. België doet meer dan andere Europese landen. Wij vangen ook te veel mensen op die hier niet horen te zijn. Als je mensen in nood écht wil helpen, dan moet je duidelijk en strikt zijn voor wie geen recht heeft op asiel. (denkt na) Dus ja, wij vinden dat België minder asielzoekers moet opvangen, maar de opvang zelf moet wel beter en menselijker. Je moet eigenlijk drie dingen doen: betere opvang in de regio zelf, betere spreiding van vluchtelingen binnen Europa en snellere procedures in eigen land.”
Zijn wij te aantrekkelijk voor asielzoekers?
“Ja. Wij vinden daarom dat bepaalde voordelen herbekeken mogen worden, zoals het recht op een leefloon. Het zou toch niet meer dan logisch zijn dat dat gekoppeld wordt aan het volgen van een integratietraject dat gericht is op taal en werk.”
Vlaams Belang wil nieuwkomers pas na acht jaar toegang geven tot onze sociale zekerheid. Is dat ook de richting die u uit wil?
“Neen, dat voorstel slaat op niets. Wij willen nieuwkomers menselijk behandelen, zij niet. Dat neemt niet weg dat sommige dingen herbekeken mogen worden. U ziet: dit thema is geen taboe meer voor ons.”
Kan het onze provincie ten goede komen dat u voorzitter bent?
“Dat denk ik wel. Als we straks onderhandelen over de nieuwe regeringen, dan is het niet onbelangrijk dat daar een West-Vlaming aan tafel zit. Jeremie heeft trouwens gelijk als hij zegt dat Antwerpen voorgetrokken wordt. Dat moet veranderen en daarvoor hebben we West-Vlamingen nodig aan tafel. (mijmerend) Zie: de zon schijnt. Het doet mij echt deugd even buiten te zijn.”
U wees me daarnet op het natuurspeeldorp voor kinderen. Is dat iets waar u aan denkt?
“Aan kinderen? Neen. Dat zal niet voor direct zijn. Dat zou sowieso moeilijk zijn met deze functie. Dat is voor later.” (glimlacht)
Zeg, iets anders nog: uw West-Vlaams accent was deze week een dingetje op sociale media. Wat dacht u daarvan?
“Een journalist van De Standaard had geschreven dat ik mijn accent niet kon verbergen, wat dan weer veel reacties uitlokte. Ik lig daar niet wakker van. Toen ik net fractieleider werd, heb ik logopedie gevolgd. Op bevel van Conner trouwens. Hij zei me: Je mag fractieleider worden, op voorwaarde dat je leert om verstaanbaar te praten voor iedereen. (lacht) Dus ik naar de logopediste: Ik wil mooier praten, maar de mensen moeten wel weten dat ik van West-Vlaanderen ben. Ze had nog nooit zo’n rare vraag gekregen, zei ze. (lacht) Dus neen, ik schaam me absoluut niet over mijn accent.”
En terecht. Veel succes!
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier