N-VA Blankenberge pakt uit met 91-jarige: “Oud? Ik ben ne jongen ouwen”

Eduard Van den Wijngaert is de voormalige uitbater van dancing The Beatles/Ibiza. Dat hij met zijn leeftijd weleens records zou kunnen breken in de politiek vindt hij niet belangrijk. © WK
Redactie KW

Eduard Van den Wijngaert duikelt op zijn 91ste in de politiek. Zijn naam komt dan wel pas op de 25ste plaats, de voormalige uitbater van dancing The Beatles/Ibiza is toch één van de meer verrassende kandidaten op de Blankenbergse N-VA-lijst. Temeer gezien zijn stokpaardjes… “Ik behoor tot het voetvolk, maar zelfs een minister zal mij niet gauw onder de tafel lullen.”

Eduard verwacht naar eigen zeggen zelf niet het grote stemmenkanon te worden in oktober. “Maar er moet hier wel dringend eens een bommetje gegooid worden. En waarom gaat een mens in de politiek hé? Meestal omdat hij vindt dat er nood is aan verandering”, zegt hij. Zoals in die N-VA-slogan van 2012.

“Maar je moet niet alleen verandering willen nastreven, je moet ook je kracht kunnen benoemen”, aldus Eduard. “Voor een commerciële badstad vaart Blankenberge in mijn ogen de verkeerde koers, de jeugd is verdwenen en daarmee ook de toekomst. Want de mensen die nu naar Blankenberge op vakantie komen, verbleven hier als kind al met hun ouders. Die nostalgische aantrekking gaat dus verloren.”

King Beach

Daarmee is de toon gezet: Eduard trekt voor N-VA de kaart van de jeugd. “Iedereen weet dat het nachtleven steendood is in Blankenberge, en het is ook veelzeggend dat overal waar vroeger een dancing zat, er nu een nieuwbouwproject komt. Dat hypothekeert de hele toekomst van de binnenstad”, vervolgt Eduard zijn betoog. Hij moet eens lachen als ze zeggen dat nu op andere plaatsen in de stad het uitgaansleven floreert.

“Ik behoor tot het voetvolk, maar zelfs een minister zal mij niet gauw onder de tafel lullen”

“In de jachthaven zeker? Twee keer niks stelt dat voor. Neen, de ultieme kans om in Blankenberge toch nog iets van een nachtleven op gang te krijgen, is de ontwikkeling van de King Beach. Mits voldoende variatie zou het daar wel kunnen heropleven. En steek dan in plaats van een exporuimte toch een dancing in ‘t Casino. Een tentoonstelling over ’14-’18, daarvoor komen de mensen niet naar zee. Toeristen kruipen waar ze zich eens goed kunnen amuseren.”

Gemeenschapsdienst

Een ander stokpaardje van Eduard is sport. “Ook daar zit die kracht voor verandering in. De muziekstop heeft hier veel kapotgemaakt, het is de doodsteek geweest voor het nachtleven. Maar de tolerantie is tegenwoordig ook ver zoek, zelfs spelende kinderen op straat kunnen veel mensen niet meer verdragen. We moeten mensen weerbaarder maken, te beginnen in de scholen met de kinderen meer te laten sporten. Kunstduiken, waterpolo, boksen en worstelen,…”

“En steek dan in plaats van een exporuimte toch een dancing in ‘t Casino”

“Ik ben tientallen keren Belgisch kampioen geweest en heb nog in de eerste divisie gevolleybald. Dat heeft mij gesterkt, ik heb tenslotte tot mijn 88ste in het nachtleven gestaan zonder ooit een burn-out op te lopen. Toegegeven, werken was vroeger misschien ook wel leuker. Maar het grootste probleem nu is dat de mensen niet meer in conditie zijn. Een gezonde geest in een gezond lichaam dus: sporten is ook goed voor je computerke hierboven.” (klopt op zijn harde schijf) “Sport is de basis van alles, maar ik ben ook voorstander van een soort verplichte gemeenschapsdienst.”

Dat hij met zijn leeftijd weleens records zou kunnen breken in de politiek: Eduard haalt er zijn schouders bij op. “Ik voel me nog helemaal zo oud niet“, klinkt het. “Ik ben ne jongen ouwen, als ze tegen mij over hun pijntjes en kwaaltjes beginnen, denk ik altijd ‘ga op een ander zagen’. Ik heb zelf ook wel eens last van mijn rug hé, maar dat hoort nu eenmaal bij het ouder worden.”

Aangespoelde

Als Antwerpenaar is Eduard ook een van die ‘aangespoelden’ die de sociale mix in Blankenberge moeten weerspiegelen op de N-VA-lijst. “Al die dialecten in Blankenberge, dor kunde nog es mee lachen. Het is de ideale ijsbreker ook: Verhit je stuutjes nie, zeg ik dan ‘s zondags bij de bakker. Een badstad moet het niet alleen hebben van haar eigen inwoners, en ik vind die mix heel plezant.”

“Maar voor de rest maak ik tussen een Blankenbergenaar en een Antwerpenaar geen enkel onderscheid. Iedereen is voor mij gelijk, vroeger in den Ibiza was dat ook zo”, aldus Eduard. Zijn voormalige dancing aan ‘t Casinoplein staat intussen verder te verkommeren. “Het doet ergens wel pijn om het zo te zien verloederen“, zegt hij, “51 jaar van mijn leven heb ik er doorgebracht, elke keer als ik voorbij wandel denk ik nog terug aan die gouden jaren. Het was de tijd dat Blankenberge écht bruiste -welk plezier we toen toch beleefd hebben…”

Sociaal contact

“Maar ik heb het nog altijd enorm naar mijn zin in Blankenberge. Ondertussen woon ik hier nu drie jaar vast, en binnen een straal van honderd meter rond mijn woning kan ik gaan zwemmen en tennissen. Ik heb hier ook meer sociaal contact dan vroeger in Antwerpen. Daar weten de mensen niet meer wie er naast de deur woont”, vertelt Eduard.

En ‘s zomers zit ik alle dagen aan mijn strandcabine, vlak naast die van de Sam. Gaston was een fantastische mens.”

“Ik heb zelf ook altijd graag met iedereen gesproken, en dat is denk ik ook een van mijn grootste sterktes. Ik behoor tot het gewone voetvolk, maar zelfs een minister zal mij niet gauw onder tafel lullen”, aldus Eduard. (WK)