Hoe zou het nog zijn met ex-gemeenteraadslid voor Vlaams Belang Giel Seynaeve meer dan één jaar na de gemeenteraadsverkeziengen van oktober 2024? “Goed”, zegt hij. “Alleen begrijp ik nog altijd niet waarom Vlaams Belang me niet probeerde aan boord te houden.”
Giel Seynaeve werd in 2010 lid van Vlaams Belang Izegem en in oktober 2018 lijsttrekker voor die partij bij de gemeenteraadverkiezingen. “Ik werd verkozen en was vanaf januari 2019 gemeenteraadslid en fractieleider in de raad. Met volle goesting, moet ik zeggen. Omdat ik iets wilde doen voor de Izegemnaar en me wilde inzetten voor thema’s als veiligheid, overlast in de binnenstad, enzovoort…”
Vraagtekens
Tot het enkele jaren later, begin juni 2024, fout liep. “Ik zou me geen kandidaat meer stellen bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen van oktober, las ik in een krant. Daar was in elk geval niet met mij over gepraat. Toen voelde ik dat er iets achter mijn rug bekokstoofd werd. Wijlen Rik Baert en ik hadden al een tijdje daarvoor voorgesteld om verjonging op de lijst door te voeren, met Sam Weyts als lijsttrekker, Nathalie Dewulf op plaats 2, ik op plaats 3 en Rik als lijstduwer. Na dat krantenbericht sprak ik met Sam Weyts en maakte duidelijk dat ik de derde plaats ambieerde en zeker geen lijstduwer wilde zijn. Ik stelde de deadline van 7 juni voor, waarop ik een ja of nee wilde horen. Maar op die datum hoorde ik niets en dus diende ik mijn ontslag in. Ik besliste om als onafhankelijke te zetelen.”
“Ik voelde dat er iets achter mijn rug bekokstoofd werd”
Giel belde de avond vóór die deadline nog naar Vlaams Belang-kopstukken Stefaan Sintobin uit Brugge, Wouter Vermeersch uit Kortrijk en Immanuel De Reuse uit Roeselare. “Omdat ik zeker wilde zijn dat ik de juiste beslissing nam, waar ik later zeker geen spijt van zou van krijgen. Alleen Wouter belde me terug en zei: ‘Ik heb al werk genoeg in Kortrijk en ik ga me niet bemoeien met de situatie in Izegem.’ Van Stefaan Sintobin kreeg ik na de deadline een mailtje: ‘Jammer, jammer!’ Ik ga er nochtans van uit dat hij op de hoogte was van die lijstsamenstelling. De hele situatie voelde aan als een dolk in de rug.”
Reacties
“Ik was toen provinciaal secretaris voor Vlaams Belang en mocht pas na de parlementsverkiezingen van 9 juni werk maken van de lijstvorming voor de gemeenteraadsverkiezingen”, reageert Sam Weyts desgevraagd. “Pas dan mocht het lokale bestuur in Izegem een beslissing nemen over het toekennen van de plaatsen én of Giel al dan niet de derde of de lijstduwersplaats zou krijgen. Ik kon dus onmogelijk tegen 7 juni beslissen.”
“Hij mocht terugkeren, maar dan moest hij zijn excuses aanbieden”
Ook Stefaan Sintobin reageert: “Ik ben ondertussen al acht jaar weg uit Izegem, maar herinner me nog dat Vlaams Belang de lijstduwersplaats voorstelde voor Giel. Ze deed dat op aangeven van wijlen Rik Baert. Maar Giel wilde per se de derde plek. Ik ben er nochtans van overtuigd dat hij ook als lijstduwer zeker zou verkozen zijn. In plaats van te overleggen met het bestuur trok Giel toen naar de pers. Dat werd hem kwalijk genomen en dus kreeg hij geen plaats meer op de lijst. Hij gaf definitief zijn ontslag als bestuurslid. Achteraf is daar in de afdeling nog over gesproken. Ikzelf stelde de lokale afdeling voor om Giel terug te halen in het bestuur, omdat hij waardevol is voor Vlaams Belang. ‘Dan moet hij wel eerst zijn excuses aanbieden omdat hij destijds naar de pers stapte en niet naar de afdeling’, liet het bestuur weten.”
Geen charter
Giel is er zeker van dat men, als hij opnieuw verkozen was, hem een schepenambt zou aangeboden hebben. “Maar zoals het nu gelopen is met de nieuwe coalitie, heb ik er geen spijt van dat ik er niet meer bij was. Ik zou zeker nooit het veelbesproken charter op vraag van Stip+ ondertekend hebben om dan zes jaar lang als schepen geen Vlaams-nationalistische taal te mogen gebruiken. Als ik zie dat een Vlaams Belang-schepen op 21 juli op de Melkmarkt op de eerste rij zat, dan is dat voor mij onverenigbaar”, klinkt het beslist.
“Was ik schepen geweest, dan zou ik er ook nooit aan gedacht hebben om de museumfunctie van Eperon d’Or teniet te doen. Dat is not done voor mij! Er zijn andere manieren om het financiële verlies van het museum te verminderen.”