Tieltse oud-burgemeester Els De Rammelaere nam drie jaar geleden afscheid van de politiek: “Politiek is nu een ver-van-mijn-bedshow”

Els De Rammelaere: “Deze stad staat stil. De voorbije drie jaar is amper iets veranderd. Of toch: de belastingen zijn verhoogd. Dat had ik niet gedaan.” © Wouter Meeus
Philippe Verhaest

De verkiezingszondag van oktober 2018 legde het leven van Els De Rammelaere in een volledig andere plooi. Na zes jaar als burgemeester moest ze afscheid nemen van haar sjerp. Dat het nieuws toen een bittere pil was, steekt het voormalige N-VA-boegbeeld niet onder stoelen of banken. “Maar nu beheerst de politiek niet langer mijn leven.”

Eerst even terug naar die 14de oktober van 2018. Els De Rammelaere (52) zat sinds 1 januari 2013 in het zadel als burgemeester van de Europastad en trok met het kartel N-VA/Open VLD naar de kiezer om haar mandaat verlengd te zien worden. Ze behaalde uiteindelijk 1.472 voorkeurstemmen, maar mocht niet deelnemen aan de coalitiegesprekken.

Hoe kijk je nu terug op die bewuste zondag?

“Kijk, zo’n zaken zijn eigen aan de politiek. Je weet dat je mandaat niet in steen gebeiteld staat, elke zes jaar moet je opnieuw een examen afleggen. Ik was uiteraard ontgoocheld, maar ergens had ik het ook zien aankomen. Er was de splintergroep Iedereen Tielt die zich van ons afscheurde, het politieke klimaat in Tielt was destijds erg onrustig… De dag zelf heb ik op me af laten komen. Ik had stevig campagne gevoerd en kon niet anders dan het resultaat afwachten. Ik was enerzijds tevreden dat we met onze groep stevig stand gehouden hadden, maar het was al snel duidelijk dat CD&V voor ons onbereikbaar was. Contact leggen was onmogelijk. En ja, dan vloek je wel eens stevig. Het ging immers om mijn job.”

Die zondag was het al snel duidelijk dat CD&V onbereikbaar was. Contact leggen was onmogelijk

Net voor de start van 2019 besloot je om ook volledig met politiek te kappen. Waarom?

“Eerst en vooral: voor die beslissing ben ik niet over één nacht ijs gegaan. Ik zetelde sinds 2001 in de gemeenteraad van Tielt, was ook vier jaar federaal parlementslid. De politiek, dat was toen mijn leven, hé. Maar ik zag mezelf geen rol in de oppositie opnemen. Ik heb in die achttien jaar de hele politieke ladder beklommen: van oppositieraadslid over schepen tot burgemeester. En die laatste was voor mij de mooiste job ter wereld. Om me dan als een soort schoonmoeder vanop de oppositiebanken te zitten opjagen…”

Ik kan me voorstellen dat heel wat Tieltenaren teleurgesteld waren toen je afscheid nam.

“Ik heb toen veel schouderklopjes gekregen. Dat deed wel deugd. Er zijn trouwens nog altijd Tieltenaren die me aanspreken om bepaalde kwesties aan te kaarten. Dat kan gaan over erg technische dossiers, maar ook over wegwijzers die verdwenen zijn of een voetpad dat dringend hersteld moet worden. Eens politicus, altijd politicus, denken ze waarschijnlijk. Af en toe krijg ik ook nog mevrouw de burgemeester te horen. Mooi, want dat bewijst dat ik toch iets achtergelaten heb.”

Wat waren je mooiste momenten als burgermoeder?

“Ik beschouw die zes jaar als één langgerekt hoogtepunt. Als burgemeester heb je erg veel verantwoordelijkheid en kan je ook effectief zaken in beweging brengen. Wat je beslist, zie je ook uitgevoerd worden. En dat deed ik altijd met Tielt in mijn achterhoofd. Ik probeerde ook om zoveel mogelijk tussen de mensen te staan en was erg bereikbaar. Ik mocht zes jaar lang het kloppende hart van Tielt voelen, daar ben ik dankbaar voor. Soms zat het in de kleine dingen, je moet als burgemeester van alle markten thuis zijn. Zo heb ik meer dan eens bemiddeld in burenruzies. Ik ging ook dikwijls polshoogte nemen ter plaatse. Dan weet je dat je de mensen écht helpt. Die dankbaarheid voel je ook, je kan niet geloven hoeveel boeketjes en dozen Mercitjes ik gekregen heb…”

Mis je de politieke wereld niet?

“Neen. In de politiek moet je constant op je hoede zijn. Het achterkamergedoe heeft me nooit gelegen. Ik ben een teamspeler, maar als politicus word je te veel met individuen geconfronteerd die alleen maar hun eigen weg willen bewandelen en het algemeen belang uit het oog verliezen. Plus: wie verkozen wordt en een coalitie vormt, gaat een engagement van zes jaar aan om te besturen. Ik heb veel te veel mensen daar vroegtijdig de brui zien aan geven. Niet enkel in Tielt, het is een algemeen fenomeen. Dat hoort niet, vind ik.”

Een beeld uit 2015, toen Els De Rammelaere als burgemeester tijdens de gemeenteraad geflankeerd werd door toenmalige SP.A-schepen Simon Bekaert en algemeen directeur Hendrik Vandenbruwane.
Een beeld uit 2015, toen Els De Rammelaere als burgemeester tijdens de gemeenteraad geflankeerd werd door toenmalige SP.A-schepen Simon Bekaert en algemeen directeur Hendrik Vandenbruwane. © RONNY NEIRINCK KRANT VAN WEST-VLAANDEREN

Je werkt nu opnieuw als advocaat in het Brugse. Hoe bevalt je nieuwe leven je?

“Goed. Ik heb het hele verhaal ondertussen een plaats gegeven. Ik heb me eerst aan de Kulak bijgeschoold en in de loop van 2019 ging ik weer bij de balie van West-Vlaanderen aan de slag. Ik werk nu bij Marlex en ben gespecialiseerd in vastgoed, vergunningen en overheidskwesties. Op dat vlak komt mijn ervaring als burgemeester goed van pas. (glimlacht) Ik doe het enorm graag.”

Tielt staat stil. Er is amper iets veranderd. Of toch: de belastingen zijn verhoogd. Dat zou ik niet gedaan hebben

Volg je de (Tieltse) politiek nog?

“Amper. Het is een ver-van-mijn-bedshow. Enkel wanneer het over de financiën gaat, spitsen mijn oren net iets meer. Dat was mijn dada. Ik blijf er ook trots op dat we Tielt in zes jaar op financieel vlak weer kerngezond hebben gekregen. Maar de notulen pluis ik nu ook weer niet uit, die tijd is voorbij.”

Een actieve rol heb je niet meer, maar ben je nog lid van N-VA?

“Dat wel. Ik blijf N-VA’er, maar neem geen leidende rol meer op. Af en toe woon ik nog eens een vergadering bij en ik blijf een aandachtig toeschouwer achter de schermen. En als er advies nodig is, mogen ze me altijd bellen.”

Hoe kijk je naar Tielt anno 2021?

(zwijgt even) “Deze stad staat stil, hé. Er is amper iets veranderd, de voorbije drie jaar. De belastingen zijn verhoogd, dat wél. Iets wat ik niet zou gedaan hebben. Maar verder? Ik zou het niet weten. Wat ik ook frappant vond: afgelopen zomer, toen de coronamaatregelen weer wat soepeler waren, heeft het stadsbestuur niets georganiseerd. Terwijl het in de ons omringende gemeenten wel bruiste. Jammer, want zo jaag je de mensen weg.”

En wat in 2024? Zie je jezelf dan weer op de N-VA-lijst prijken?

“Zeg nooit nooit, maar ik acht de kans niet bijster groot. Het wordt in elk geval speciaal. Voor het eerst geldt er geen opkomstplicht en het is koffiedik kijken welke impact dit zal hebben. De politiek maakt niet zo’n beste beurt en heel wat mensen hebben het ermee gehad. Veel kan ook afhangen van het weer. Bij mooi weer zullen de mensen sneller een daguitstap maken zonder daarbij eerst nog te gaan stemmen. Zullen de proteststemmers nog de moeite doen? We staan voor een compleet nieuwe situatie. Anderzijds mag er natuurlijk ook een hele generatie jongeren voor het eerst naar de stembus en zij zullen hun stem wellicht wél willen laten horen. Hopelijk scoort N-VA opnieuw en kunnen we onze plek binnen de meerderheid heroveren. Als politicus wil je deelnemen aan het beleid, zo simpel is het.”