Groene schepenen Waldmann en Beirens: “Wij zouden ideaal voorzittersduo zijn”

Natacha Waldmann en Silke Beirens, Groen-schepenen in Oostende. © Christophe De Muynck
Paul Cobbaert
Paul Cobbaert journalist

Wat is er aan de hand met Groen? Voor de tweede keer zitten de ecologisten in de federale regering, voor de tweede keer dreigt de afgrond. Natacha Waldmann en Silke Beirens, groene schepenen in Oostende, wijzen op de framing van andere partijen. “Wij vormen blijkbaar een bedreiging voor de klassieke politiek.” Komt ook aan bod: de strijd om het voorzitterschap met enkele West-Vlamingen in de hoofdrol.

De afspraak voor dit gesprek lag al enkele weken vast, nog voor Meyrem Almaci haar afscheid aankondigde als voorzitter. De insteek: een grondig gesprek over de woelige wateren waarin de ecologisten varen. Of Groen wel kán besturen, wilden we weten van Silke Beirens en Natacha Waldmann, twee prominente schepenen van de belaagde partij. Vlak voor het gesprek kwam dan de verrassende afscheidsrede van de voorzitter. “Ik had dit absoluut niet verwacht”, zegt Beirens. “Vooral de timing was een verrassing”, voegt Waldmann toe. “Al viel ik niet helemaal uit de lucht. Ik zetel ook in het nationaal partijbestuur. Meyrem had daar al enkele keren aangegeven dat het zwaar werd, privé en professioneel. Ik heb veel respect voor haar beslissing.”

Ze was ook de bagger op sociale media beu, zei ze. Klinkt dat herkenbaar voor jullie?

Waldmann: “Neen, ik denk dat vooral nationale politici belaagd worden. Ik voel wel dat de toon op sociale media harder wordt, zeker tijdens de coronacrisis, maar het gaat niet zozeer over wie ik ben. Meyrem wordt wel voortdurend gewezen op haar vrouw-zijn, haar roots, noem maar op. Je kan wel zeggen: ik trek me daar niets van aan, maar toch. (even stil) Zij moet echt een dik vel hebben. Alle respect voor haar.”

Beirens: “Dat is inderdaad anders voor lokale politici. Ik word zelden aangesproken op mijn vrouw-zijn, maar vooral op groene stereotypen. Ik was plots een geitenwollensok toen ik opkwam voor Groen. Dat vond ik wel frappant. Of nog erger: ik was plots iemand die het geld uit de zakken van de mensen wou halen. Maar als je dan die criticasters in het echt ontmoet, dan zeggen ze: moh, jij bent best oké voor een groene.” (lacht)

Waldmann: “In de gemeenteraad kreeg ik wel eens te horen dat ik een irritante lach heb. Ik vraag me af of ze dat ook tegen de burgemeester zouden zeggen. Nu goed: ik weet niet of dat te maken heeft met mijn vrouw-zijn.”

Het afscheid leek een bevrijding voor haar. Zou het dat ook zijn voor de partij?

Waldmann: (blaast) “Ik ga me daar niet over uitspreken. Meyrem was een goede voorzitter die bovendien de partij in de regering heeft gebracht.”

Beirens: “Plus: we hebben de lokale verkiezingen gewonnen. Dat was ook dankzij Meyrem. Iedereen lijkt dat vergeten. Zij was inderdaad een goede voorzitter.”

Waldmann: “Maar elke partij moet af en toe in de spiegel kijken. Wij hebben een nieuw elan nodig, dat beseft iedereen.”

© Christophe De Muynck

Wat loopt er fout?

Waldmann: (afgemeten) “Het is niet alleen Groen dat met een probleem zit, hé. Zie de laatste peiling. Het is afschrikwekkend hoe de Vlaming over de politiek denkt. De mensen keren zich af van de politiek. Alle partijen lijden daaronder, dus ook wij. Het zijn alleen de antisysteempartijen die winnen.”

Beirens: “Ik vind wel dat we soms fout communiceren. Daarom zijn er veel mensen afgehaakt. Een voorbeeld? De communicatie over de flexi-jobs op 1 mei 2019, in volle campagne dus. Het leek alsof wij al die jobs wilden afschaffen. Ik heb zelf lange tijd gewerkt als flexi-jobber, ik weet hoe belangrijk dat is voor veel mensen. De dingen beter in de markt zetten: dat is een werkpunt.”

Waldmann: “Wij zijn geen partij van slogans en hashtags. Het klinkt als een cliché, maar het is het niet: voor ons primeert de inhoud op de communicatie. We stoppen veel tijd en energie in onze voorstellen, maar we denken te vaak dat die voor zich spreken. (denkt na) Maar wat is het alternatief? Ook een marketeer aanstellen als voorzitter? Ik mag hopen van niet. We moeten vooral resultaten tonen. Dat is wat we doen in Oostende. Als je kan uitpakken met resultaten, dan krijg je de mensen mee.”

Ook de regeringsdeelname lokt veel weerstand uit. Dat doet denken aan 2003.

Beirens: “We leveren sterk werk in die regering. Zie de populariteit van Petra De Sutter. Dat is geen toeval. Maar ook Tinne Van der Straeten wordt geprezen, zelfs in de bedrijfswereld. Toen ik vorig jaar Daikin bezocht, kreeg ik alleen maar lof te horen: ze zijn blij dat er eindelijk iemand is die duidelijkheid schept.”

Waldmann: “We worden vooral kwalijk geframed door andere partijen en ook door de media. Het debacle over de vegetarische eetkraampjes in Gent was opnieuw een hallucinant voorbeeld. Het was een liberale schepen die destijds een quotum invoerde. Geen haan die ernaar kraaide. Maar als een groene schepen het quotum versterkt, wordt er moord en brand geschreeuwd. Dat is pure perceptie.”

Beirens: “Wij zijn niet onderhevig aan de waan van de dag. Dat is het verschil met andere partijen. Wij denken vooral op lange termijn.”

Waldmann: (knikt) “Liever dingen in beweging zetten en niet herverkozen worden, dan omgekeerd. Maar velen vinden dat raar.”

Dat kan wel zijn, maar intussen staan jullie daar weer, als de mensen met het vingertje. Zijn jullie te braaf tegenover die framing?

Beirens: “We zijn misschien wel iets te braaf, ja.”

Waldmann: “Dat vind ik niet.”

Beirens: “Ik wel. (lacht) We moeten daarom niet meegaan in die platte communicatie, maar we zouden af en toe iets scherper mogen zijn.”

Waldmann: “Wij leggen op vlak van communicatie een lat waar we niet onder gaan, maar zijn we daarom te braaf? Volgens mij niet. Wij vormen een bedreiging voor de klassieke politiek. Kritiek of niet, wij doen wat we beloven. Zie het circulatieplan in Gent. Zie wat we doen in Oostende. Zie de kernuitstap. Er worden vijf kerncentrales gesloten. Dat is een belangrijke stap vooruit.”

© Christophe De Muynck

Jong Groen ziet dat anders. Zij betreurt dat twee kerncentrales langer openblijven.

Waldmann: “Ik begrijp die kritiek, maar het is wel het beste bewijs dat we niet dogmatisch zijn. Anders zou Tinne niet in gesprek gaan met Engie (de uitbater van de centrales, red.), maar de regering laten vallen. Maar opnieuw worden we kwalijk geframed als dogmatische partij.”

Beirens: “Het is goed wat de regering beslist heeft. Het zorgt voor duidelijkheid. We investeren bovendien een historisch hoog bedrag in hernieuwbare energie.”

Voelt u geen onvrede onder uw achterban?

Waldmann: “Neen, integendeel. We worden echt gesteund, zeker voor het lokale beleid. De mensen zien wat we realiseren. Ik zie ook dat het spook van 2003, toen we de kiesdrempel niet haalden, af en toe opduikt, maar de volgende stembusslag is nog veraf. In de politiek is twee jaar een eeuwigheid. Wees maar zeker dat onze ministers nog straf uit de hoek zullen komen.”

Beirens: “Dat klopt, maar je moet wel toegeven dat we een moeilijke start kenden in Oostende. Veel leden waren boos omdat we in zee gingen met N-VA. Die kritiek is intussen verdwenen, omdat we inderdaad sterk werk leveren. (op dreef) Ik ga meer zeggen: ik zou direct tekenen om nog eens zes jaar met deze ploeg te kunnen besturen. Dan zouden we onze stad echt in een nieuwe plooi kunnen leggen.”

Laten we naar de toekomst kijken. Zou Groen nood hebben aan een voorzitter zoals Conner Rousseau?

Waldmann: “Neen, zo iemand zoeken we niet. Anders zouden we onszelf verloochenen. De inhoud moet centraal staan. Ik weet niet of dat bij Conner Rousseau altijd het geval is.”

Beirens: “Zijn communicatiestijl met slogans zou inderdaad niet pakken. Er zijn trouwens al veel groenen afgehaakt van sociale media. Bovendien is hij een wit konijn. Dat is niet wat we zoeken. Wij hebben iemand nodig die de partij door en door kent. Het moet iemand zijn die communicatief én inhoudelijk sterk is.”

Waldmann: “Wij stellen inderdaad hoge standaarden: intern kunnen verbinden, de inhoud kennen en goed kunnen communiceren. Wat Conner eens lanceerde over verplichte vaccinatie: dat zou absoluut niet pakken bij ons. Groen is een basisdemocratische partij. Dat betekent dat de leden de meeste macht hebben. Ik heb een vermoeden dat Vooruit iets meer hiërarchisch georganiseerd is.”

Zou Wouter De Vriendt, federaal parlementslid uit Oostende, een goede voorzitter zijn?

Waldmann: “Hij moet eerst zelf uitmaken of hij voorzitter wil worden. Maar uiteraard zou hij dat goed doen, daar ben ik zeker van.”

Beirens: (knikt) “Hij heeft alle kwaliteiten in huis, maar hij moet het inderdaad vooral zelf willen.”

Ook Vlaams parlementslid Jeremie Vaneeckhout uit Anzegem wordt genoemd. Wat denkt u daarvan?

Waldmann: “Ook hij zou een sterke voorzitter zijn. En ik zeg dat met veel overtuiging.”

Beirens: “Het zou mooi zijn, mocht er een West-Vlaming voorzitter worden. Dat zou de eerste keer zijn in onze geschiedenis. Het zou ook goed zijn voor onze lokale afdelingen. We hebben nog veel groeimarge in onze provincie. Een extra boegbeeld zou een grote meerwaarde zijn. Maar het is moeilijk om te oordelen over hun kwaliteiten zolang zij geen kandidaat zijn.”

© Christophe De Muynck

Het valt op dat er voorlopig alleen blanke mannen genoemd worden. Zou u het erg vinden, mocht er een blanke man aan het roer komen?

Beirens: “Het gaat over de juiste figuur op de juiste plek. Of dat een man is of een vrouw, is minder belangrijk. Wat wel jammer zou zijn, is dat alle partijen dan geleid zouden worden door een man.”

Waldmann: “Erg zou dat niet zijn, maar er is toch iets aan de hand, volgens mij. Het blijkt ook uit onderzoek dat mannen sneller denken dat ze een mandaat aankunnen. Vrouwen moeten meer aangespoord worden. Wij zouden eigenlijk meer moeten denken zoals Pippi Langkous: Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het kan. Helaas denken te weinig vrouwen op die manier.”

Wel, dit is jullie kans. Waarom wagen jullie de sprong niet? Jullie zijn enthousiast, hebben ervaring met beleid en dragen geen erfenis.

Beirens: “Misschien hebt u wel gelijk. Wij zouden alvast een ideaal voorzittersduo zijn. Ik meen dat, hoor. Ik zou dat supergraag doen, samen met Natacha.”

Waldmann: (lacht) “Dat is statutair niet mogelijk. We kiezen altijd een duo en dat moet een man en een vrouw zijn.”

Beirens: “We zouden wel supercomplementair zijn, hé. Ik voel dat ook in Oostende. We zouden door onze diverse achtergrond een breed publiek kunnen aanspreken. Ik kende Natacha niet zo goed toen ik met politiek begon. Ik had daar aanvankelijk wel wat schrik voor: zouden wij wel een goed team vormen? Maar dat blijkt heel goed uit te pakken. Dus ja, wij zouden een goed duo zijn voor de partij.”

Waldmann: “Nu nog de tienduizend andere leden overtuigen. (lacht) Neen, een kandidatuur is niet aan de orde vandaag. Laat ons eerst maar afwachten wie er allemaal naar voren zal treden.”

Silke Beirens: “De communicatiestijl van Conner Rousseau zou bij Groen niet passen.”
Silke Beirens: “De communicatiestijl van Conner Rousseau zou bij Groen niet passen.” © Christophe De Muynck

Silke Beirens

• Geboren op 29 augustus 1981 in Oostende

• Licentiate Afrikanistiek (Universiteit Gent)

• Woont in Oostende met partner Tom, (plus-)mama van Aaron en Anna

• Gemeenteraadslid sinds januari 2019

• Schepen van Mens en Milieu sinds 1 januari 2019

Natacha Waldmann: “Liever dingen in beweging zetten en niet herverkozen worden, dan omgekeerd.”
Natacha Waldmann: “Liever dingen in beweging zetten en niet herverkozen worden, dan omgekeerd.” © Christophe De Muynck

Natacha Waldmann

• Geboren op 25 juli 1979 in Oostende

• Licentiate in de Pedagogische Wetenschappen en Master Oplossingsgerichte Therapie

• Woont in Oostende met partner Youri, mama van Titus, Len en Pixie

• Gemeenteraadslid sinds augustus 2014

• Schepen van Welzijn, Zorg en Onderwijs sinds 1 januari 2019