Gauthier Defreyne (31) is een jaar burgemeester van Gistel: “2020 wordt nóg mooier”

Redactie KW

Op 1 januari vorig jaar werd Gauthier Defreyne (Open Vld) de jongste burgemeester van onze provincie. De liberalen vulden hun coalitie aan met N-VA en sp.a. “Ik heb geleerd om me van botte reacties op sociale media niets aan te trekken”, zegt Defreyne, één jaar op post.

Met welk gevoel stapte je op de eerste dag het burgemeesterskantoor binnen?

“Dat was héél speciaal. Mijn vader vatte op precies dezelfde plaats van 1995 tot 2006 post als burgemeester. Dat ik al die tijd later mijn intrek in datzelfde kantoor kon nemen, kan ik moeilijk beschrijven. Weet je, ik heb mijn bureau op precies dezelfde manier geschikt als mijn vader destijds. Hij had hier eigenlijk 24 jaar moeten zitten, maar in de politiek zijn er geen zekerheden. Ik ben blij dat we met onze partij terug actie kunnen ondernemen voor de Gistelnaar.”

Over Roland Defreyne gesproken: wat is eigenlijk zijn rol vandaag?

“Hij is voorzitter van onze partij en wordt in de wandelgangen ook wel eens ‘de souffleur’ genoemd. In de meerderheid doet iedereen wel eens een beroep op zijn ervaring van maar liefst 30 jaar in zowel lokale als nationale politiek. Hij volgt nog heel wat dossiers van kortbij op. De Gistelse politiek is en blijft een groot onderdeel van zijn leven.”

Was het makkelijk om de hele administratie mee te nemen in jullie nieuwe verhaal?

“Het stadspersoneel was de afgelopen twaalf jaar gewoon om op een bepaalde manier te werken, problemen aan te pakken en een beleid mee te ondersteunen. Als een nieuwe ploeg het stadhuis betrekt, is het logisch dat er nieuwe accenten worden gelegd en dat voor iedereen wat wennen is. Eigenlijk is het een kwestie van vertrouwen winnen en de neuzen in dezelfde richting plaatsen. En in alle eerlijkheid: dat verliep heel vlot. Het beleidsplan kwam dankzij de medewerking van alle diensten en personeelsleden tot stand. Politici staan vaak in de schijnwerpers, maar achter de schermen leveren onze medewerkers prachtig werk.”

Terugblikkend op je eerste jaar: wat was de grootste uitdaging?

“Als burgemeester moet je een dik vel hebben. In het begin lig je wakker van sommige botte opmerkingen, maar op de duur trek je je dat niet meer aan. Ik lees bijvoorbeeld alle berichten op sociale media en ga steeds onderbouwd antwoorden als men constructief is. Ik merk dat dit geapprecieerd wordt. Om maar te zeggen: communicatie is belangrijk. Mijn vriendin schrikt soms van de toon van sommige berichten. Maar kijk, ik doe op een positieve manier verder, want ik weet waar we met onze stad naartoe willen. De verstandhouding binnen onze bestuursploeg is goed. Iedereen gunt elkaar zijn project en dossier. Elke schepen kan een pluim op de hoed van een ander steken – als voorzitter van het college doet dat heel veel deugd.”

Waar ligt de grootste valstrik voor de komende jaren?

“Als burgemeester moet ik mijn ploeg – schepenen en personeel dus – dagelijks motiveren en scherp houden, zodat we ons beleidsplan binnen de vijf jaar uitvoeren. Het is belangrijk om nu alle projecten daadwerkelijk op te starten. Dat zijn vaak niet de leukste projecten of de dossiers waarmee je de pers haalt. Als je in 2020 niet zorgt dat je dossiers kant-en-klaar liggen, dan kom je rijkelijk te laat om ze nog uit te voeren voor 2024.”

Wat heeft 2020 in petto?

“Terwijl 2019 al een mooi jaar was, wordt 2020 nóg mooier. (glundert) Mijn vriendin en ik verwachten ons eerste kindje. En dat geluk overstijgt uiteraard alle politiek. Ik heb overigens ook besloten om mijn functie als burgemeester fulltime te blijven uitoefenen. Ik had een jaar lang politiek verlof genomen, maar blijf dus al mijn tijd in het burgemeesterschap steken. Ik kon een kabinetsmedewerker inschakelen, maar zal dat niet doen.” (TVA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier