Dure gemeenten zijn niet altijd de beste dienstverleners

Jan Gheysen
Jan Gheysen Opiniërend hoofdredacteur

Een ruimverdienend gezin met een behoorlijke woning betaalt het meest gemeentebelastingen in Mesen, het minst in Knokke-Heist. Het verschil is niet gering: het kan oplopen tot 2.000 euro, al naargelang de inkomsten en de soort woonst. Het is niet dat ze in Knokke-Heist minder service leveren dan in Mesen, integendeel: zo’n 86 procent van de inwoners van Knokke-Heist is tevreden over de gemeentelijke dienstverlening. Dat is anders in Diksmuide bijvoorbeeld: daar wordt ook heel veel belasting betaald, maar daar is maar twee derde van de bevolking tevreden over de service van de stad.

Op de grafieken in dit artikel brachten we in kaart wat een modaal gezin aan gemeentelijke belastingen betaalt in 2016 (bron: De Tijd, 2017). De verschillen zijn frappant. Maar… vergelijken is moeilijk én niet zonder gevaar. Wie in stad woont, betaalt doorgaans meer, maar krijgt ook een ruimere service van zijn stad. Er is vaak veel meer dienstverlening binnen handbereik. Maar gek genoeg – en daarvoor verwijzen we naar de tweede kaart – levert dat niet altijd meer tevredenheid over de dienstverlening op. Op dat vlak scoren de centrumsteden over het algemeen vrij laag.

Herwig Reynaert. (Foto a-JS)
Herwig Reynaert. (Foto a-JS)

Professor Herwig Reynaert van de vakgroep Politieke Wetenschappen aan de UGent waarschuwt wanneer we de belastingtarieven vergelijken. “Zeven procent aanvullende belasting op de personenbelasting brengt in de ene gemeente vaak minder of net meer op dan in de andere gemeente. De gemiddelde inkomens en de waarde van de onroerende voorheffing kunnen danig verschillen van gemeente tot gemeente. Dat maakt het ook zo moeilijk – en zelfs betekenisloos – om die tarieven met elkaar te vergelijken, zonder de belastingbasis daarbij te betrekken.”

Dure gemeenten zijn niet altijd de beste dienstverleners

Niet alleen de gemiddelde inkomens van de bewoners kunnen sterk verschillen tussen gemeenten en steden onderling, ook de demografische samenstelling van de bevolking speelt een rol. De vergrijzing bijvoorbeeld is in kust- en Westhoekgemeenten nadrukkelijker aanwezig dan in de rest van West-Vlaanderen en in West-Vlaanderen in het algemeen ook meer dan in de rest van Vlaanderen.

Strikt lokale belastingen: soms om sturend op te treden

Professor Herwig Reynaert: “Het is nog te vroeg om te zeggen of er al dan niet fundamentele aanpassingen van de belastingen zullen komen. Ongetwijfeld wel verschuivingen. De vergrijzing zorgt er – trouwens samen met de gevolgen van de federale taks shift – voor dat de lokale inkomsten uit de aanvullende belasting op de personenbelasting hoe dan ook minder sterk zullen stijgen dan in het verleden, met gelijkblijvende percentages. De vraag is hoe de gemeenten dat gaan compenseren. Dat kan op verscheidene manieren, zoals een verhoging van de tarieven. Maar evengoed ook door bijvoorbeeld een opcentiem op de vennootschapsbelasting te heffen, iets waar nu toch al lang sprake van is.”

Er is een grote verscheidenheid aan belastingen. Wij spreken hoofdzakelijk over die aanvullende belasting op de personenbelasting en over de opcentiemen op onroerende voorheffing, maar in bepaalde gemeenten of steden zijn er wel 20 lokale belastingen. Die strikt lokale belastingen brengen amper wat geld in het laatje. En toch hebben ze hun nut.

Inschatten

Professor Herwig Reynaert: “Gemeenten hebben volledige fiscale autonomie. Ze mogen met andere woorden belasten wat ze willen, zolang daar binnen de gemeenteraad een meerderheid voor wordt gevonden. Vaak zijn die belastingen inderdaad niet zozeer bedoeld om geld in het laatje te krijgen, maar om sturend op te treden. De belasting op leegstand is daar een goed voorbeeld van. Niemand heeft baat bij leegstaande panden, noch de eigenaar, noch de buurt en evenmin de gemeente of stad. Daarom is het goed dat gemeenten die mogelijkheid hebben om sturend op te treden op hun grondgebied waar ze dat nodig achten. De gemeenten en steden kennen de lokale situatie ook het best, daarom zijn ze goed geplaatst om dat soort belastingen te innen.”

De afgelopen tien jaar bouwde de gemeente Ardooie een evenementenhal, nieuwe jeugdlokalen en een cultureel centrum in Koolskamp en De Tassche, terwijl de gemeentebelastingen ongewijzigd bleven. Die zijn overigens al meer dan 20 jaar niet meer aangepast en blijven historisch laag. Bovendien werden de schulden doorheen de jaren meer dan gehalveerd én zijn er ook plannen om de jeugdlokalen in Koolskamp aan te pakken en het sportcomplex uit te breiden.

Karlos Callens (Ardooie): “Principe van goede huisvader”

Dure gemeenten zijn niet altijd de beste dienstverleners
© a-RN
“Het is een kwestie van het principe van de goede huisvader toe te passen”, aldus burgemeester Karlos Callens. “Elke investering wordt overwogen in het schepencollege. Geen onnodige schulden maken en niet meer uitgeven dan de mensen vragen.” De burgervader verwijst in één adem ook naar zijn personeel. “Ons personeel is flexibel en multidisciplinair en springt bij waar nodig”, aldus Karlos Callens. “We zetten sterk in op een goed personeelsbeleid door kwalitatieve mensen aan boord te halen. Kwaliteit primeert op kwantiteit. Dat werpt zijn vruchten af. Die efficiëntie zorgt uiteindelijk voor minder uitgaven en dus ook minder belastingen. We proberen onze mensen er ook van te overtuigen dat het niet het gemeentebestuur is dat hun lonen betaalt, maar wel de inwoners van de gemeente. Hetzelfde geldt overigens ook voor de inzet van de schepenen en secretaris. Door iedereen te betrekken in de activiteiten van de gemeente halen ze zelf veel voldoening uit hun engagement en hebben ze een grote voeling met wat er leeft in de gemeente.”

Ardooie moet het overigens niet hebben van prestigeprojecten en bij een nieuwbouw wordt bekeken wat prijs/kwaliteit de beste overweging is. Enig minpunt aan het hele verhaal is dat Ardooie in een sneltempo vergrijst. Het aantal zestigplussers maakt er een derde uit van de bevolking en dat aantal zal volgens demografische cijfers de komende jaren toenemen, al probeert de gemeente dat te pareren door meer bouwgrond vrij te maken om zo jonge gezinnen aan te trekken. Het aantal inwoners is vorig jaar nog gezakt tot onder de 9.000 inwoners. (BVB)

Lies Laridon (Diksmuide): “Ruimte voor belastingverlaging”

Dure gemeenten zijn niet altijd de beste dienstverleners
© TG

Vergeleken met andere steden en gemeenten heft Diksmuide relatief hoge belastingen. Volgens burgemeester Lies Laridon (CD&V) ligt dat onder meer aan de uitgestrektheid van het grondgebied. Voor een gemiddeld gezin met twee kinderen is Diksmuide de op een na duurste gemeente. Ook de globale belastingdruk – de inkomsten uit belastingen gedeeld door het aantal inwoners – is vrij hoog met een 11de plaats van alle West-Vlaamse gemeenten zonder kustgemeenten. Diksmuide is dus een meer dan gemiddeld dure stad voor de inwoners. “Diksmuide is zeer uitgestrekt: 15.000 ha met ongeveer 16.700 inwoners”, zegt burgemeester Lies Laridon. “Een stadscentrum en 14 dorpen. Geen enkele gemeente is zo uitgestrekt als de onze. Die uitgestrektheid en het beperkt aantal inwoners maken dat de kosten voor onderhoud van wegen en infrastructuur zwaarder doorwegen dan in andere gemeenten.”

“We hebben de ambitie dan ook om qua inwonersaantal te groeien zodat die lasten meer gespreid kunnen worden”, gaat de burgemeester verder. “Verder voeren wij een zeer zuinig beleid. En net daardoor is er ruimte om de komende jaren de belastingen wat te verlagen. Of de aanvullende personenbelasting of de opcentiemen op de onroerende voorheffing. Het structureel probleem is dat Diksmuide via het gemeentefonds te weinig middelen krijgt omdat de open ruimte maar beperkt meetelt voor de verdeling van de middelen.” Een dure gemeente, Diksmuide. Maar krijgen de inwoners dan een goede service? Maar 66 procent is over die dienstverlening tevreden. Dat is fors onder het Vlaamse gemiddelde van 71 procent. “Dat heeft mogelijk te maken met het feit dat nog te weinig mensen weten dat er nu een avondopening van de diensten is. Op dinsdag zijn de stadsdiensten nu open tot 19 uur. De dienst burgerzaken is ook open op zaterdagvoormiddag. Een aantal documenten kan sinds kort online uitgewisseld worden. Dat zal de tevredenheid verhogen”, besluit burgemeester Lies Laridon.

(TOGH)