Kopje onder aan de Westkust : laat ons met de voeten op de droge grond blijven

Jos Remaut

Het lijkt wel een slecht getimede aprilgrap : wetenschappers opperen de mogelijkheid om tegen het jaar 2100 de hele Westkust en meteen ook de stad Veurne om te bouwen tot één groot overstromingsgebied, om de stijging van de zeespiegel en de duizendjarige storm aan te kunnen.

Een piste waar door de media in de paaskomkommertijd gretig wordt op ingepikt, en de trein aan gedachtenspinsels en reacties allerhande is natuurlijk meteen vertrokken : paaldorpen, drijvende hotels, de snelweg E40 als afsluitdijk met zicht op zee : de grens tussen fantasie en realiteit gaat al snel vervagen…

Niet vrijblijvend

Laat ons dus met onze voeten op de droge grond blijven : het scenario van de onderwaterzetting is maar één van de vier pistes die in de studie worden aangereikt, en het is ook de meest drastische. Maar ze afdoen als onzin kan je ook niet, want de studie ‘Metropolitaan Kustlandschap 2100’ blijkt na een eerste blik op de website van Labo Ruimte wel heel degelijk in mekaar te zitten. En ze is ook niet vrijblijvend, want het Team Vlaams Bouwmeester, het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust én het Departement Mobiliteit en Openbare werken zitten mee in de dans.

Op zich is het een goeie zaak natuurlijk dat onze beleidsverantwoordelijken op lange termijn bezig zijn met de implicaties van de klimaatsverandering op ons dagelijks leven. In dit geval is het zelfs op héél lange termijn, want het jaar 2100 zullen de meeste van onze politici zelf niet meer meemaken.

Twee plannen of één ?

Het jaar 2050 wel, en wat die termijn betreft hadden we al een veilig gevoel. Want bijna vier jaar geleden al keurde de Vlaamse regering, ook op basis van degelijk wetenschappelijk studiewerk, het Kustveiligheidsplan goed. Toenmalig minister van Openbare Werken Hilde Crevits was er zelfs de voortrekker van. Een heel concreet en gedetailleerd plan, dat bepaalt welke ingrepen er in de kustgemeenten nodig zijn om de kustveiligheid te garanderen, en dat door het Agentschap Maritieme Dienstverlening stap voor stap zal worden uitgerold, in samenwerking met de besturen van de tien kustgemeenten. In 2050 zou alles klaar moeten zijn en dat zou in totaal goed 300 miljoen euro kosten. Ook het project ‘Vlaamse Baaien’, met een aantal kunstmatige eilanden voor de oostkust, speelt een rol in dit verhaal.

In hoeverre de pistes van het Metropolitaan Kustlandschap 2100 (aan een ronkende naam ontbreekt het alvast niet…) afgestemd zijn op het al bestaande Kustveiligheidsplan tot 2050, is op dit ogenblik niet echt duidelijk. Maar daar zullen, na het Paasreces van het Vlaams Parlement, wel snel vragen worden over gesteld : ons aller Stefaan Sintobin was vandaag al de eerste om aan te kondigen dat hij Ben Weyts, nú al de meest ondervraagde minister van de Vlaamse regering, hierover zal interpelleren.

Dat een gladde jongen als Ben Weyts keurig op zijn poten zal vallen, daar twijfelen we niet aan. Maar wat zijn antwoord ook zal zijn, het is duidelijk dat onze politici de wilde natte dromen van onze wetenschappers en planners tot realistische en maatschappelijk verdedigbare proporties zullen moeten herleiden. Om dan nog niet te spreken over de effectieve betaalbaarheid van een en ander. Zoniet dreigen ze hun geloofwaardigheid écht wel te verliezen….

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier