De vernietigende nietsontziende impact van… de plensbui

Een van de zeldzame dagen waarop het daadwerkelijk regende tijdens het woonwerkverkeer. © FV
Frederic Vansteenkiste
Frederic Vansteenkiste Medewerker KW

Frederic Vansteenkiste is getrouwd en papa van twee dochters. Hij werkt voor afvalintercommunale MIROM in Roeselare. In deze blog heeft hij het over het leven zonder auto.

Het komt dezer dagen wel eens ter sprake dat politici er maar niet in slagen om een regering te vormen, maar maak jullie geen zorgen: ons land wordt wel degelijk geregeerd.

Door angst! Wijlen Luc De Vos dacht nog dat het de middenstand was, maar dat was dus een klein misverstand. De angst regeert ons land en ik heb het dan niet over angst in ‘t algemeen, want je vindt ze in allerlei vormen. Er is angst voor spinnen of clowns, een fobietje hier en een fobietje daar en er is natuurlijk de angst voor mensen met een licht afwijkende huidskleur die uit het zuiden komen en hier hun miserie breed onder onze neus komen uitsmeren. Kan ik in komen trouwens: die horden vakantiegangers die na een tiendaags verblijf in en rond het ‘all you can eat-buffet’ van een of andere inwisselbare toeristenresort terug thuis opduiken en hun vakantiekiekjes #zonderfilter op sociale media uitkippen, jagen me òòk de stuipen op het lijf.

“Van zodra de eerste druppel valt, valt terstond alles stil”

Maar goed, dat zijn nog allemaal voorbeelden van angsten die eerder individueel beleefd worden, we hadden het over een collectieve angst. Iets waar we met z’n allen heel erg bang voor zijn. Een abominatie der natuur, een gruwelijk natuurfenomeen dat zich te pas en te onpas laat voelen, een vaak onvermijdbare ramp die allen treft die niet tijdig beschutting vindt…

Regen.

Misschien een anticlimax voor wie een epische natuurramp à la Michael Bay verwachtte, maar er zijn weinig fenomenen met zo’n opmerkelijke impact als een plensbui. Van zodra de eerste druppel valt, soms zelfs op het moment dat er zelfs maar een kans op neerslag wordt aangekondigd, valt terstond alles stil. Mensen verschansen zich massaal in de veilige knusse omgeving van hun woning en voetgangers die daarnet nog ergens onderweg waren, zijn als bij toverslag verdwenen. Voorheen lege wegen slibben dicht vol verkeer en in een mum van tijd staat alles blank. Niet met water, wel met toeterende auto’s. De bestuurders zwaaien hun armpjes al heftig heen en weer in de maat van hun ruitenwissers. En omdat vijf druppels water het wegdek omtoveren tot een hallucinant gevaarlijke waterbak, zit alles ook meteen muurvast. Er zijn heus wel uitzonderingen, maar voor heel veel mensen betekent neerslag een regelrechte aanslag op hun bewegingsvrijheid en op hun gemoed. Of waar dacht je dat het woord ‘neerslachtig’ vandaan komt? Regen maakt velen triest, mistroostig en humeurig.

“In gedachten zien ze ons verkleumd en verkrampt over het stuur gebogen zitten zwoegen”

Zodoende heb je een groep mensen die bij elke zweem van bewolking en bij elke tint grijs het zekere voor het onzekere neemt en preventief de auto van stal haalt. Met de fiets of te voet? Ziej zot?! Het zou zomaar eens moeten beginnen regenen, we mogen er niet aan denken. Nu is het nog droog, maar eens vertrokken is er geen weg terug als plots de zondvloed losbarst. Dan sta je daar, in een mum van tijd doorweekt en onderkoeld, en ei zo na weggespoeld. Kletsepoepenat en nergens om te schuilen, je kleren plakken aan je vel, je schoenen sijpelen vlotjes vol en je bent natuurlijk binnen de vijf tellen ziek. Corona waarschijnlijk, want die regen komt natuurlijk van érgens.

En dan zijn wij daar natuurlijk, van de blog ‘leven zonder auto’, die hier elke twee weken komen vertellen hoe wij geen auto meer hebben en bijna al onze verplaatsingen te voet of met de fiets afleggen. Met de kindjes ook ja, door weer en wind. Het is een van de eerste aspecten die de mensen met verstomming slaat. “Maar… hoe doen jullie dat dan als het regent?!” Het afgrijzen staat vaak op hun gezicht af te lezen. Als ze op dat moment hun smartphone bij zich hebben, googelen ze meteen het nummer van Kinderwelzijn om te zien of ze onze dochters niet kunnen laten weghalen zodat die niet langer moeten worden blootgesteld aan die absurde gevaarlijke levenskeuzes van hun wereldvreemde ouders. Af en toe valt er ook medelijden te spotten. Ocharme jullie… In gedachten zien ze ons verkleumd en verkrampt over het stuur gebogen zitten zwoegen, terwijl meedogenloze weergoden onafgebroken emmers ijskoud water in onze nek kletsen als ware het een ondervraging tijdens Kamp Waes.

De realiteit is nochtans anders.

Die realiteit is dat wij – àls het al eens regent – naargelang de richting der wind gezwind files voorbijsnellen. Doorweekt zijn we niet, de ‘regenjas’ is immers al even uitgevonden. Koud is het evenmin, want België is vooralsnog geen poolgebied en we pikken voor we vertrekken de juiste outfit uit de kleerkast. Het is ook vlot en rustig fietsen, want heel wat van de mooiweerfietsers hebben het weerbericht gezien en zijn dan toch maar in hun auto gestapt, om dan net als al de rest rustig aan te schuiven.

De realiteit is bovendien ook dat dit scenario zich zéér zelden afspeelt. Want eigenlijk fietsen we slechts sporadisch eens in de regen. Ik weet wel, het gevoel leeft dat het hier ‘in dat apenland’ altijd regent, maar dat valt eigenlijk mee. Of tegen, als je parapluverkoper bent. Als we er wat officiële cijfers bij halen, dan lezen we dat een gemiddeld jaar in ons land zo’n 199 neerslagdagen telt. Bijna 200 dagen per jaar regen dus en dat komt wel overeen met het overheersende gevoel dat het hier ‘altijd strontweer is’. Alleen… met een neerslagdag bedoelen ze elke dag waarop er minstens 0,1 mm neerslag valt. Het kan dus zijn dat het een halve dag of een uur regent, maar net zo goed een kwartier, of amper vijf minuten.

“Doorweekt zijn we zelden, de ‘regenjas’ is immers al eventjes uitgevonden”

Er zijn 24 uren op een dag en dus kan je ook ‘chance’ hebben. Die regenbui kan net zo goed ‘s nachts zijn, om het moment dat je flink aan het werk bent of tot net vòòr je moet vertrekken. En dat IS eigenlijk ook zo. In Nederland houden ze dat nauwkeurig bij en daar hebben ze berekend dat het er ongeveer 7,5 procent van de tijd regent of sneeuwt. Dat betekent dat het gedurende meer dan 90 procent van de tijd droog is. Je moet dat nu trouwens niet geloven omdat ik dat zeg, want het is Frank Deboosere die dat ooit eens heeft uitgevogeld en op zijn website heeft gezet. Frank heeft bovendien – je kent Frank, zo is ie wel – gedurende de tien laatste jaar dat ie van z’n dokter nog mòcht fietsen ook minutieus zelf alle cijfertjes bijgehouden. Ook de neerslaghoeveelheid tijdens z’n woonwerkverkeer op de fiets. En wat blijkt: dat zit allemaal ongeveer in de buurt van de vaststellingen van onze noorderburen. Dat het veel vaker droog is dan het regent dus.

Onze bescheiden ervaring bevestigt de cijfers van onze gewaardeerde weerman trouwens. Al anderhalf jaar trekken we elke dag met de fiets van en naar het werk en onze dochters van en naar school. Heel af en toe miezert het tijdens een van die verplaatsingen, de keren dat de hemelsluizen zich exact op dat moment openden, vallen op de vingers van één hand te tellen. De reservekleren die we voor onze dochters meegaven voor als ze ooit doorweekt op school aankomen, hebben ze nog nooit moeten gebruiken. En zelf hebben ze ons tot op heden nog niet vaak moeten uitwringen bij aankomst.

Garantie doorweekt van zodra je eens op je fiets springt? Naaah… De kans dat Anderlecht nog play-off 1 haalt, is zelfs nog groter.