De Poelberg doet me beter schrijven

Winterkou of zomerhitte: deze eenzame boom houdt zich dapper staand. © Ann De Craemer
Ann De Craemer
Ann De Craemer Schrijfster

Schrijfster Ann De Craemer heeft een passie voor wandelen en fotografie. Elke week maakt ze in Tielt een beeld waarover ze haar gedachten deelt.

Ik weet het: ik ben nog te jong om me met die vraag bezig te houden. Toch heb ik ze me al vaak gesteld en het antwoord zelfs besproken met ouders en beste vrienden. Ik heb het over de vraag waar ik zou willen uitgestrooid worden na mijn dood. Klaar en duidelijk: op de Poelberg in Tielt.

Mijn Poelberg, zeg of denk ik er dan vaak bij. Mijn, omdat ik zo vaak naar de Poelberg ga dat hij een stuk van mezelf is geworden. Vaak is me tijdens interviews na het verschijnen van een nieuw boek gevraagd wat ik ter ontspanning doe na een lange schrijfdag. Ook hier is het antwoord zonneklaar: naar de Poelberg fietsen.

Je eigen ademhaling horen

In de winter is de berg het einddoel van een korte trip. ‘s Zomers is hij altijd het sluitstuk van een langere fietstocht. Voor ik naar huis rijd, maak ik een ommetje langs mijn tweede thuis. De Poelberg, waar het zicht op onze stad aan de ene kant en dat op de Vlaamse Ardennen aan de andere kant zo fenomenaal is. De Poelberg, waar het zo stil kan zijn dat je alleen nog je eigen ademhaling hoort. De Poelberg, waar je in juli en augustus bij valavond uitzicht hebt op gouden graanvelden en ik altijd aan Stings prachtige nummer Fields of Gold denk: ‘You’ll remember me when the west wind moves upon the fields of barley’. Je zult je me herinneren wanneer de westenwind over de graanvelden beweegt.

De Poelberg doet me beter schrijven. Als ik vastloop in een zin, paragraaf of heel hoofdstuk, is het de plek waar de knoop in mijn gedachten zich weer ontwart. Hoe dat mogelijk is, lijkt me simpel: als je ver kunt kijken, kan je ook in je hoofd weer verder kijken.

Eenzaam beroep

Er is één boom op de berg waar ik een voorliefde voor heb. Het is de eenzame boom die u op beide foto’s bij dit stuk ziet. Winterkou of zomerhitte: hij houdt zich dapper staand. Altijd zie ik er een beetje mezelf in als schrijver, zeker op die momenten waarop ik het moeilijk heb. Geen beroep is waarschijnlijk zo eenzaam als het schrijven van een boek: er is niemand die je erbij kan helpen. Maar, denk ik dan: als een eenzame boom voor schoonheid kan zorgen, dan moet ik dat ook proberen. En de vogel die op het tweede beeld rond de boom cirkelt, dat bent u, mijn onzichtbare lezer, die mij elke dag weer met zoveel zin de pen doet opnemen.

Geen vraag maakt me blijer dan deze: ‘Wanneer verschijnt je volgende boek?’ In oktober, dierbare lezers. Eerst moet ik nog veel ritjes naar onze Poelberg maken.