Clichécheck (6): West-Vlamingen zijn punctueel

Talitha Dehaene

Journaliste Talitha Dehaene (28) zag het licht in Ieper, maar trok als tiener tien jaar naar Amsterdam. Na nog twee jaar Antwerpen, is ze helemaal terug thuis. Elke week onderzoekt ze hier de clichés over de West-Vlaming.

Het cliché: West-Vlamingen zijn punctueel.

West-Vlamingen zijn altijd en overal op tijd, naar het schijnt. Daar zijn meerdere redenen voor te bedenken. Met stip op één: wij hebben amper files. Oké, als er in hartje zomer mooi weer voorspeld wordt, zit je gegarandeerd vast richting de kust. Maar verder kunnen we hier over verkeersdrukte echt niet klagen, of er zouden al eens drie tractoren toevallig achter elkaar moeten rijden in een dorpskern. En neen, af en toe eens vijf minuten verliezen omdat het ietsje drukker is op de West-Vlaamse snelwegen dan gewoonlijk, telt niet mee. Neem het aan van iemand die ooit in Antwerpen woonde, maar in Vilvoorde werkte, en dus dagelijks twee uur van haar leven verspilde aan muurvast stilstaan. (Had ik al gezegd hoe content ik ben dat ik weer in West-Vlaanderen woon? Maar echt.)

“Op tijd zijn hoort nu eenmaal bij je werk goed doen”

Daarnaast speelt er ook een minder praktische, maar juist principiële reden mee in onze stiptheid. Op tijd zijn hoort nu eenmaal bij je werk goed doen. Op dat vlak zijn wij West-Vlamingen ware pleasers: werkethos is ons hoogste goed. Zelf vind ik het ook verschrikkelijk om ergens te laat te zijn. Ik ben zelfs zo bang om te laat te komen dat ik gewoon standaard te vroeg ben. Dat klinkt heel stresserend, maar is het juist niet. Want zelfs als ik dan onverwachts – die verdomde drie tractoren – toch te laat zou komen, ben ik eigenlijk op tijd.

Bovendien ben ik zo meestal de eerste op de plaats van afspraak. Dat betekent dat ik rustig op de ander kan wachten met een koffietje, in plaats van bezweet en gestrest moeten binnenwaaien, rap mijn haar nog goed leggend, naarstig op zoek naar die ene persoon in een drukbevolkte ruimte. Daar ben ik namelijk niet zo goed in, zo leerde ik uit meerdere gênante momenten in mijn leven waarop ik de verkeerde persoon aanklampte, of juist vijf minuten verwilderd rond stond te kijken terwijl mijn afspraak letterlijk pal voor me zat. Toegegeven, met mijn hyperpunctualiteit bescherm ik dus vooral mezelf tegen mijn eigen onnozelheid. Maar laten we het vooral mijn werkethos noemen, ja.

Het oordeel: waar. Stiptheid hoort bij je werk goed doen, zowat de definitie van de West-Vlaming.