Archiefvernietiging

© Pixabay
Siel Verhanneman

Ze wonen allebei in Kortrijk en delen een liefde voor het goede leven en schrijven. Verder hebben onze twee columnisten weinig gemeen. Wekelijks geven ze hier een inkijkje in hun uiteenlopende levens. Deze week is dat Siel Verhanneman (32), auteur en dichter.

Vorige week in de auto op weg naar Brussel trok een witte vrachtwagen mijn aandacht. Dat gebeurde omdat de wagen bedrukt was met foto’s van felgekleurde ordners en ik een zwak heb voor schoolgerief. Pas later las ik het opschrift dat de hele zijkant in beslag nam. In groene letters stond er: ‘Archiefvernietiging’. Ik vroeg mijn lief verontwaardigd wie daarop zit te wachten? Wie is zo gek zijn archief te willen vernietigen? Wat is het nut van nauwgezet bewaren om het daarna koudbloedig kapot te maken? Hij zuchtte nogal nadrukkelijk en ik weet waarom. Ik ben het tegenovergestelde van die vrachtwagen. Ik leef om te sparen, te stapelen, bij te houden. Ik ben die persoon die een polaroidfoto neemt, met haar iPhone de polaroid fotografeert, want je weet nooit en dan de foto van de polaroid laat afmaken, want je weet nooit nooit.

Ik leef om te sparen, te stapelen, bij te houden

Onder het zoeken naar een parkeerplek vroeg mijn lief of ik ook meteen aan hém had moeten denken. Hij bedoelde collega P.C., vorig jaar omgekomen in een brand in zijn eigen huis. Ook P. belichaamde het tegenovergestelde van archiefvernietiging. Zijn levenswerk was de A-Bib, de ‘Allesbehalve ideale Bibliotheek’. Het huis van P. stond nokvol boeken: grote, kleine, dikke, slechte, lelijke, mooie. Hij vond dat elk boek ooit gedrukt ook gearchiveerd moest worden en maakte het zijn opdracht ze als weeskindjes een onderkomen te schenken. Het idee dat boeken die ooit voor iemand van belang waren geweest, zomaar vernietigd werden, daar kon hij met zijn verstand niet bij. Velen haalden er hun neus voor op en de A-Bib was vaak onderwerp van de flauwste moppen. Zelf durfde ik niet toe te geven dat ik er op de een of andere manier rustig van werd, van de A-Bib. Het idee dat er iemand was die alle boeken van de wereld op één plek aan het stockeren was, daar gaat zo’n evenwicht van uit. Ik krijg net als P. ook mentale jeuk als ik denk aan de boeken die we nu al vergeten zijn of waarvan we het bestaan nooit hebben gekend, een debuut uit de jaren stilletjes waarvan het allerlaatste exemplaar verloren gaat of een vergeeld dichtbundeltje, ergens op zolder van een nu onbewoond huis dat iemand ooit door een liefdesbreuk heeft geloodst.

En dat P., samen met zijn A-Bib een veldslag verloren heeft, daar straalt – hoe vreemd dat ook mag klinken – ook een soort evenwicht van uit. Dat er geen vrachtwagen nodig was maar dat zijn archief hem in een eeuwige slaap heeft meegenomen of omgekeerd. Want hoeveel is een archief nog waard, zonder zijn eigenaar?