Een jaar geleden verloor Jeannine met Piet al derde zoon na val in werfput: “Hij was beter op slag dood geweest”

Stefaan Sintobin met zijn moeder Jeannine Moerman. “Piet deed al mijn boodschappen en hield me ook op de hoogte van alles wat er in Izegem gebeurde”, aldus Jeannine. © Frank Meurisse
Wouter Vander Stricht

Op kerstdag was het elf maanden geleden dat de Izegemse volksfiguur Piet Sintobin in een werfput belandde. Op woensdag 26 januari overleed hij. De 58-jarige Piet woonde bij zijn ma Jeannine Moerman op een appartement op de Melkmarkt. “Ik mis hem uiteraard nog dagelijks. Nu zien alle dagen er hetzelfde uit. Piet deed al mijn boodschappen en hield me ook op de hoogte van alles wat er in Izegem gebeurde.” Broer Stefaan Sintobin is realistisch over de klacht die de familie indiende. “Die zaak zal nog jaren aanslepen.”

Dinsdagavond 25 januari. Piet Sintobin keert, in gezelschap van vriend Rik Terryn, terug van Kaffee Lagaar. Normaal frequenteert hij café De Koornmarkt, maar daar is dinsdag sluitingsdag. Op zijn terugweg passeren Piet en Rik een diepe werfput, vlak naast café De Koornmarkt, die slechts is afgedekt met enkele houten platen. Piet maakt een ongelukkige val en komt in de put terecht, enkele toegesnelde omstaanders komen nog te hulp. “Maar dat zou vergeefs blijken”, zegt Stefaan Sintobin. “Het mag vreemd klinken, maar ik had liever gehad dat hij op slag dood was. Nu heeft hij nog een ferme doodstrijd geleverd. Hij kon zichzelf niet recht duwen en heeft dus water en slijk ingeademd. Dat was allemaal in zijn longen terecht gekomen. Op woensdagmiddag, ik was toen ondertussen terug uit Brussel, besloten de dokters dat het geen zin meer had. De beademingsmachines werd gestopt. Hij lag toen in een coma”, doet het VB-parlementslid nog eens het relaas.

Piet Sintobin was in Izegem een bekend volksfiguur. “Piet was Piet”, vat Stefaan het gevat samen. “Maar voor onze moeder was hij haar levensgezel. Ze woonden samen in dit appartement op de Melkmarkt.”

Depressie afgewend

Ma Jeannine: “Hij deed mijn boodschappen. Ik mocht er eigenlijk alles aan vragen. Was ik iets vergeten op het boodschappenlijstje te zetten, dan aarzelde hij niet om een tweede keer naar de winkel te gaan. En als hij ’s avonds thuis kwam, dan kreeg ik het hele relaas te horen van wat er allemaal in Izegem gebeurd was. Natuurlijk mis ik hem nog elke dag. Soms denk ik nog dat hij op komst is als ik de lift hoor op het vaste uur dat hij normaal thuis kwam.”

Jeannine had het de eerste weken moeilijk. “Ik dreigde wat in een depressie te sukkelen. Ik kreeg wat medicatie van mijn huisdokter Bart Verbeke, die ik nu niet meer hoef te nemen. En een half slaappilletje doet wonderen, ik kan nu weer slapen. Dat kon in de eerste weken na het ongeval niet.”

“Maurice en Patrick waren ziek, hun dood hadden we zien aankomen. Maar onze Piet, die hebben ze van ons afgepakt”

Het gezin Sintobin telde zes kinderen. Ondertussen moest Jeannine eerder ook al twee zonen afgeven, Maurice en Patrick, op respectievelijk 57- en 56-jarige leeftijd. “En Piet is slechts 58 geworden. Hij had al zoveel meegemaakt. Het was een man van wie men zegt dat hij niet in zijn bed zal sterven. Maar dat het op zo’n manier moest gebeuren. Maurice en Patrick waren ziek, dat hadden we zien aankomen. Maar Piet hebben ze van ons afgepakt”, zucht Jeannine.

Dochter Ann woont nog in Izegem, Stefaan ondertussen in Brugge en Geert aan de kust. Met de eindejaarsfeesten voor de boeg, is het natuurlijk dubbel moeilijk voor Jeannine. “Op kerstdag, de 25ste, was het exact elf maanden geleden dat het gebeurde. Op die dag ging ik bij mijn dochter langs. Maar meestal vierden Piet en ik de feesten hier thuis. Iedereen weet dat hij graag op café ging, maar hij hield niet van grote feesten. De Batjes, de kermis,… Dan bleef hij thuis. Hij had het liefst dat hij op zijn gemak op zijn vaste plekje bij Tom Sintobin kon zitten.”

Mooie afscheidsdienst

Die vrienden van Piet hoort Jeannine nog vaak. “Ze bellen geregeld, komen eens over de vloer of nodigen me eens uit in de Koornmarkt. De mensen doen echt waar hun best, net als mijn kinderen.” Stefaan: “Ik probeer één keer per week over te steken, maar ik zit vaak in Brussel en woon in Brugge.” Jeannine: “Ik zie hem vaker op tv dan in het echt, maar dat is ook goed voor mij hoor.” Ook Piet was een vurig supporter van zijn broer. “Je mocht geen slecht woord over mij zeggen. En de schoenzolen die hij heeft versleten door folders te gaan bussen voor het Vlaams Belang. Hij was ook de man die één keer per maand ons lokaal in Kachtem open hield en ook in de bolletra was hij de man achter de toog.”

Ondertussen is dochter Ann de steun en toeverlaat voor Jeannine, die ook nog met warme gevoelens terugblikt op de begrafenis. “De Sint-Tillokerk zat goed vol. Het was ook een mooie dienst, zijn liefde voor het voetbal en Vlaanderen kwam er naar boven. Nadien zijn we met familie en vrienden nog iets gaan drinken en eten in De Koornmarkt. De plaats waar hij zoveel tijd heeft doorgebracht. En daar hangt nu zijn foto. Een mooi eerbetoon. Maar het gemis zal altijd blijven. Zeker in de donkere dagen als nu is het moeilijk. Maar we moeten er door.”

De familie Sintobin diende ook klacht in tegen Fluvius, de onderaannemer die de werken uitvoerde en de stad Izegem.

Uitspraak kwestie van jaren

“We hebben meteen een advocaat, Kurt Vanthuyne, onder de arm genomen. Op die manier blijf je inzage in het dossier hebben. Zo kun je al eens stukken opvragen, zonder advocaat lukt dat niet. Zelf zijn we al moeten getuigen, iemand van de politie heeft er ons ondervraagd. Voor mijn moeder was dat mentaal uiteraard lastig. Ook Tom Sintobin van café De Koornmarkt en Henk Verbeke en Virginie Gobert van Kaffee Lagaar zijn al hun verklaring gaan afleggen. Ik maak me geen illusies, dergelijke zaken slepen jaren aan. Het is me ook niet te doen om iemand de schuld te geven. Maar er mag toch gerechtigheid komen voor Piet, dat is het enige wat we willen. En vooral ook dat zoiets niet meer gebeurt.”

Ondertussen is Stefaan ook niet meer ‘on speaking terms’ met burgemeester Bert Maertens. “Ik had een oproep gedaan naar getuigen. Ik had uit verschillende bronnen gehoord dat er al mensen hun beklag bij de stadsdiensten hadden gedaan over de onveilige situatie. Maar ik kreeg dan het verwijt dat ik dit politiek wilde uitspelen. Maar dat is totaal niet het geval. Je moet weten dat die onderaannemer op het moment van die werken geen vergunning had. En dat gebeurt vlak voor het stadhuis. Iedereen die er passeerde wist dat het onveilig was. Ze hebben de omgeving van put afgesloten, nadat Piet er zijn einde in had gehaald… Dat zegt toch genoeg.”