In Nieuwpoort wordt zeewater in drinkwater omgetoverd… “Maar in Bredene deden we dat een halve eeuw geleden al!”

Werner Vandewalle aan de Spuikom, waar destijds het zeewater voor de eerste ontziltingsinstallatie van het land werd opgepompt. “Mij mogen ze met plezier op het van gezuiverd zout water aansluiten.” © Kurt Desplenter Foto Kurt
Philippe Verhaest

Groot nieuws in Nieuwpoort dit weekend. Zaterdag werd er een pilootproject voorgesteld dat van zeewater drinkwater zal maken… Amper enkele uren na de persconferentie liep bij ons een mailtje binnen: Bredenaar Werner Vandewalle (77) deed een halve eeuw geleden al hetzelfde. Hij ontwikkelde immers de eerste zeewaterontziltingsmachine van ons land. Reden genoeg om de man zijn verhaal te laten doen. “Mooi dat deze technologie nu eindelijk ook echt gebruikt zal worden.”

Eerst even naar Nieuwpoort. In aanwezigheid van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) werd aan De Ganzepoot het officiële startschot gegeven voor een proefinstallatie die zowel zoet, brak als zeewater in kwalitatief drinkwater omzet. Daarvoor slaan de Vlaamse waterbedrijven Aquafin, Farys en De Watergroep de handen in elkaar. Bedoeling is om tegen 2025 jaarlijks zo’n vier miljoen kubieke meter drinkwater te produceren, goed om meer dan 30.000 gezinnen te bevoorraden en zo periodes van waterschaarste het hoofd te bieden.”

Toen Werner Vandewalle (77) het nieuws online zag voorbijkomen, werd hij meteen naar begin jaren zeventig gekatapulteerd. De Bredenaar was toen aan de slag bij de centrale Sleykens van Ebes, de elektriciteitscentrale in zijn eigen kustgemeente. “Als derde generatie, na mijn beide grootvaders en eigen vader”, zegt hij trots. “Ik ben er op 4 januari 1966 gestart en ging in 2002 met pensioen, toen Ebes al onder de Electrabelvlag vaarde.”

Op vlak van duurzaamheid waren we onze tijd ver vooruit

Werner werkte er als onderhoudstechnicus en was in die hoedanigheid bij tal van projecten betrokken. “We deden zoveel meer dan elektriciteit opwekken”, glimlacht de man. “In samenwerking met een Vlaamse universiteit deden we onderzoek naar het kweken van algen en we stonden bijvoorbeeld ook in voor het onderhoud van de allereerste vier windmolens op Belgisch grondgebied. Die stonden in de haven van Zeebrugge en waren toen baanbrekend.”

Kerncentrales

Een van de meest in het oog springende initiatieven was echter het opstarten van de allereerste zeewaterontziltingsinstallatie van ons land. “De eerste plannen dateren van begin jaren zeventig”, graaft de man in zijn geheugen. “Er waren toen plannen om in de haven van Zeebrugge twee kerncentrales te bouwen en met een deel van de restwarmte die door de complexen gegenereerd zou worden, wilden we zeewater ontzilten en in drinkbaar water omzetten. Het was aan ons team, zo’n vijftien mensen sterk, om die toen nog onbestaande technologie te ontwikkelen.”

De installatie die Werner en zijn team in de jaren zeventig van de vorige eeuw in de EBES-centrale Sleykens in Bredene bouwden. Vijftig jaar later krijgt hun werk navolging.
De installatie die Werner en zijn team in de jaren zeventig van de vorige eeuw in de EBES-centrale Sleykens in Bredene bouwden. Vijftig jaar later krijgt hun werk navolging. © Kurt Desplenter Foto Kurt

Werner en co kregen daarbij de hulp van een Vlaamse universiteit en na een parcours vol uitdagingen slaagden de Bredenaars er in om het zoute zeewater, dat vanuit de spuikom tussen Oostende en Bredene opgepompt werd, om te zitten in drinkwater. “Na heel wat trial & error en talloze labotests hebben we ons doel bereikt”, klinkt het trots.

“Zelfs de toenmalige prins Albert heeft ons midden jaren zeventig met een bezoek vereerd en een glas water aan de lippen gezet. We hebben destijds pionierswerk verricht.”

Midden-Oosten

Alleen kreeg de doorbraak een halve eeuw geleden jammer genoeg geen navolging. “De twee kerncentrales in Zeebrugge zijn er nooit gekomen en in onze zeewaterontziltingsinstallatie was in eigen land geen interesse”, stelt Werner.

“Toen was er van waterschaarste ook nog geen sprake. Het grondwater stond het hele jaar door op peil en België was ook een pak minder volgebouwd. Dat er geen interesse was, voelde aan als een enorme ontgoocheling. Op vlak van duurzaamheid waren we onze tijd ver vooruit.”

Uiteindelijk kwam de verlossing uit het buitenland, herinnert Werner zich. “De technologie die we hier bij Ebes in Bredene ontwikkeld hebben, werd verkocht aan een bedrijf in het Midden-Oosten, waar water toen al een schaars goed was. En die wordt daar tot op vandaag, waarschijnlijk in een verder geëvolueerde vorm, nog altijd gebruikt. Mooi.”

Onuitputtelijke bron

Dat het baanbrekende werk van begin jaren zeventig van de vorige eeuw nu dertig kilometer zuidwaarts navolging krijgt, juicht Werner alleen maar toe. “Het is ook meer dan nodig”, benadrukt hij.

“De klimaatverandering en langdurige droogteperiodes kunnen we niet langer negeren, zeker niet in een watergevoelige regio als West-Vlaanderen. Dit had al veel eerder moeten gebeuren. Alleen waren duurzaamheid en klimaat een halve eeuw geleden nog geen hete hangijzers.”

“We kampen met een watertekort, maar de Noordzee kan een vrijwel onuitputtelijke alternatieve bron vormen. Die moeten we ten volle kunnen benutten. Mij mogen ze alvast met plezier op het netwerk met gezuiverd zout water aansluiten. Mocht zo’n water uit mijn keukenkraan vloeien, dan zou de cirkel helemaal rond zijn.”

Nieuwpoorts burgemeester Geert Vandenbroucke, Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir en Bram Degrieck, burgemeester van De Panne, heften het glas op de start van de proefinstallatie om zoet, brak en zout water in drinkwater om te zetten.
Nieuwpoorts burgemeester Geert Vandenbroucke, Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir en Bram Degrieck, burgemeester van De Panne, heften het glas op de start van de proefinstallatie om zoet, brak en zout water in drinkwater om te zetten. © BELGA

Ook hier maken ze drinkwater aan de kust


Het is niet de eerste keer dat aan zee alternatieve bronnen van drinkwater worden aangeboord. Onze provincie heeft immers maar een beperkte voorraad zoet water en zeker in de zomer zorgt het kusttoerisme voor extra vraag. Drinkwater uit zeewater is nieuw, maar de kust wordt al langer bevoorraad met drinkwater uit het kanaal, de duinen en de riolen.

In maart 2020 nam drinkwaterbedrijf Farys/TMVW in Oostende een installatie in gebruik die water uit het kanaal Oostende-Brugge omzet in drinkwater. Uniek is dat dit gebeurt met brak water, een mengeling van zoet en zout water. Daarvoor is de allerfijnste filtratie nodig. Per dag wordt er 12.000 m3 of 12 miljoen liter geproduceerd.

Nog verrassender is dat Aquaduin, de intercommunale watermaatschappij van Veurne-Ambacht, 67 procent van zijn eigen drinkwaterproductie haalt uit rioolwater. Al sinds 2002 zuivert Aquaduin water uit de rioolzuiveringsinstallatie van Aquafin in Wulpen tot drinkwater. Dat water stroomt niet rechtstreeks naar ons kraantje. Eerst gaat het naar het duinwaterwinningsgebied Sint-André in Koksijde, waar het infiltreert en na passage door de duinzanden gemengd wordt met duinwater.

De IWVA is de enige watermaatschappij in België die drinkwater wint in de duinen. Dat gebeurt op twee plaatsen: Sint-André in Koksijde en het Calmeynbos in De Panne. In Koksijde gaat het dus om gemengd riool- en duinenwater. In 2020 produceerde Aquaduin in totaal ruim 3,9 miljoen m² drinkwater. (HH)