Durft minister Demir de patrijs redden?

Peter Bossu
Peter Bossu Milieuactivist uit Diksmuide

Vorig jaar heb ik op deze plek en in andere publicaties meermaals geschreven over de dramatische achteruitgang van de patrijs in Vlaanderen en in de meeste andere landen van Europa. Algemeen is de patrijs met maar liefst 90% in aantal verminderd en om die reden staat ze op de “Rode Lijst” van sterk bedreigde Vogelsoorten. Uit de inventarisatiegegevens van onder meer het Instituut Voor Natuur- en Bosonderzoek blijkt dat het patrijzenbestand ook in 2019 daalde. Ondanks al dat bleef de jacht op de soort in het jachtseizoen 2019-20 open.

Om te beginnen en voor alle duidelijkheid: die achteruitgang kwam er niet door de jacht, maar door de aantasting van hun biotoop door het vele gebruik van pesticiden, de vernietiging van historische graslanden, snel en intensief maaien van hooilanden… Het is ook juist dat in veel “wildbeheerseenheden” (samenwerkingsorganen van jagers en andere actoren in grotere gebieden, nvdr) initiatieven genomen worden voor landschapsherstel. Dat is onder meer goed voor de patrijs. Zo is er het “Partridge-project” waar de overheden middelen in stoppen. Jagers werken eraan mee in ruil voor het verder mogen bejagen van… de patrijs.

“Geen jacht, geen natuur”

In veel gebieden is het aantal patrijzen echter zo laag dat blijvende jacht zo goed als zeker het verdwijnen van de soort zal betekenen. Om die reden stelde Nederland al in 1996 een verbod op de patrijzenjacht in. Als reactie op de INBO-cijfers en op een nieuw pleidooi van journalist Dirk Draulans om de jacht op de patrijs te stoppen, schoot de Vlaamse jachtvereniging Sint Hubertus met scherp. Volgens hen is het juist dankzij de jagers dat er hier nog patrijzen zitten.

Al zo lang ik met natuurbehoud bezig ben, hoor ik de jachtmantra: zonder jacht, geen natuur. Ik vond die slogan altijd al arrogant. Alsof de duinen, de bossen, het Blankaartreservaat, De Uitkerkse Polder en het Westhoekreservaat er ligt “dankzij de jacht”. Bon, ik zocht altijd verder naar de inhoud van die mantra en ging vaak in gesprek met jagers. Ze vertelden me lange tijd dat het aantal roofdieren zo gedaald was, waardoor de jagers moesten jagen om het natuurlijk evenwicht te bewaren.

Argumenten worden aangepast

Wat lees ik nu echter in hun argumenten pro jacht op de patrijs? De soort is sterk verminderd door biotoopverlies én door de sterke opmars van soorten als vos, marter en tal van roofvogels. Kwak: de soorten die zorgen voor het natuurlijk evenwicht zijn terug en Sint Hubertus past de argumenten aan. Het is mij een raadsel waarom hun woordvoerder en de totale raad van bestuur nog niet in de politiek zit.

Hoe dan ook, men blijft dus de jacht op de patrijs opeisen om de soort te redden. Ook al zitten er steeds minder. En geen mens kan me echt uitleggen hoe je een soort kan laten toenemen door er jaarlijks honderden af te schieten. Een paar jagers deden een poging. Een beweerde dat ze in bepaalde zones enkel de oude patrijzen schieten, waardoor er meer jonge vogels komen. Een andere jager zei dat ze altijd de laatste van de groep schieten, de oude of zieke vogel. Tegen zo’n argumenten kan je natuurlijk moeilijk op. Ik doe dan ook meestal geen grote poging. Net zoals ik onlangs gewoon knikte toen een man met warrig haar en een rare blik in zijn ogen me vertelde dat hij zeker was dat Elvis nog leeft. Hij had hem vorige week gezien in London.

Meer patrijzen in het jachtseizoen

Wat ik schrijf zal gegarandeerd door Sint Hubertus en tal van haar leden staalhaard geloochend worden. In deze periode van het jaar geven de jachtgroepen hun afschotcijfers door aan de Vlaamse overheid. Soms krijgt men ook controle van de Natuurinspectie. Wandelaars en natuurliefhebbers hebben ook ogen en verrekijkers om te zien wat men schiet. In sommige jachtzones zitten er, behalve in het jachtseizoen, geen of zelden patrijzen. In andere zones waar er wel nog dieren zijn, schiet men er meer dan er in de zomer geteld worden.

Hoe kan dat? Men koopt de dieren in Frankrijk of Nederland. Voor het jachtseizoen zetten de jagers ze uit in hun jachtrevier. Onlangs vertelde een jager me eerlijk dat ze deze praktijken toepasten. Ook dit jachtseizoen zijn er in andere provincies weer patrijzen in beslag genomen. Het uitzetten van patrijzen vervalst de situatie op het terrein. Het betekent dat er nog minder wilde patrijzen over zijn dan de cijfers aantonen.

Demir, durf je?

De situatie is dus nog ernstiger dan de officiële cijfers aantonen. De nood aan een jachtverbod nog groter. Vraag is of minister van Natuur Zuhal Demir durft wat haar voorgangster niet durfde: de jacht op een sterk bedreigde en Rode Lijst soort te sluiten. Als ze dat doet, toont ze alvast zeer duidelijk dat ze haar verantwoordelijkheid van natuurminister opneemt. Daarmee koopt ze een pak krediet. Zuhal Demir, als je dit durft, sta je op de kaart als échte milieuminister!

Nog dit: een pak individuele jagers zeiden me dat het verbod voor hen mag. Unisono klinkt het dat dit wel moet in combinatie met aandacht voor de biodiversiteit. Dit laatste punt is het echte probleem, dat valt niet te ontkennen. Dat kan niet genoeg benadrukt worden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier