Ter hoogte van strandpost 6 werd vastgesteld dat strand- en duinbezoekers werden geconfronteerd met lichamelijke ongemakken afkomstig van de brandharen van de rups.
De bastaardsatijnrups is de larve van een nachtvlinder en komt tijdens de lente voor op de spinsels in de duindoornstruiken, in duinvegetatie en op het strand. De rups kan je makkelijk herkennen aan zijn donkerbruine tot zwarte kleur. Hij heeft overal bosjes met lange geelbruine haren. Bovendien heeft hij over zijn lijf ook de kortere, zwarte brandharen met weerhaakjes en 2 rode wratten achter op z’n rug. Het contact met de brandharen van deze rups kan hevige jeuk, blaasjes , roodheid van de huid of irritatie van de ogen doen ontstaan.
Klachten verdwijnen na twee weken
Wie in aanraking is gekomen met de brandharen van de bastaardsatijnrups moet de huid goed spoelen met water. De klachten verdwijnen meestal na 2 weken, tenzij iemand allergisch is. In dat geval moet direct een (huis)arts worden ingeroepen. Om zich te beschermen tegen de ongewenste effecten van de bastaardsatijnrups is het nodig om elk contact met de brandharen te vermijden. Mensen die duinwandelingen willen maken kunnen zich daarom het best zoveel mogelijk bedekken en voldoende afstand houden van duindoornstruiken. Wie op het strand wil zonnen, controleert best of er in de buurt nesten met rupsen zijn, gezien de brandharen vaak door de wind worden verspreid.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier