Hoe Roularta dertig jaar geleden mee aan de wieg van regionale televisie stond: “We hebben pionierswerk verricht”

Rik De Nolf was ceo van Roularta Media Group toen het mee de schouders onder de oprichting van WTV zette, de allereerste volwaardige regionale televisiezender van Vlaanderen. Rechts het eerste logo van WTV. © Kristof Pattyn/GF
Philippe Verhaest

Focus&WTV viert momenteel haar dertigste verjaardag. In 1993 timmerde Roularta Media Group mee aan de start van wat toen de allereerste regionale zender van Vlaanderen was, maar het effende ook mee het pad voor een pak andere lokale televisiestations. “We hebben toen pionierswerk verricht”, blikt toenmalig ceo Rik De Nolf terug.

Toen nieuwsanker Johan Persyn op 1 februari 1993 het eerste West-Vlaamse televisienieuws tot in onze huiskamers bracht, was dat de kers op de taart van een lange en complexe weg richting de opstart van WTV.

De Zuid-West-Vlaamse televisiezender was toen een primeur voor het Vlaamse medialandschap: de eerste regionale omroep die dagelijks met een journaal uitpakte en op een gestructureerde manier met een sterke lokale redactie aan de slag ging.

Dat WTV – en op 1 september van datzelfde jaar ook Focus – het levenslicht zag, is mee te danken aan Roularta Media Group.

“Eind jaren tachtig hadden we al mee onze schouders onder de oprichting van VTM gezet en Roularta was bezig met een stevige positie uit te bouwen in het tv-landschap”, legt Rik De Nolf uit. “Wij zouden vanaf 1998 in een 50/50 joint venture met De Persgroep twintig jaar lang een hele reeks televisie- en radiozenders lanceren.”

“We hadden het destijds bij het rechte eind”

“Roularta had altijd al veel interesse voor wat er op de regionale markt voor de lokale adverteerder mogelijk was. In alle Vlaamse regio’s zorgde Roularta voor een gratis Streekkrant, met een oplage van liefst drie miljoen exemplaren. Intussen is die huis-aan-huis bedeelde krant stopgezet, maar De Zondag is wel nog steeds een succesverhaal.”

Roularta zag begin jaren negentig ook mogelijkheden in regionale televisie. “In Eeklo was AVS al actief, al bracht die slechts sporadisch een nieuwe uitzending. Maar dat was voldoende om het debat over regionale televisie te laten losbarsten.”

“Een nieuw Vlaams decreet, op initiatief van onder andere Stefaan De Clerck, voorzag dat voor elke Vlaamse regio een vergunning van negen jaar kon verleend worden, zij het aan een politiek pluralistisch samengestelde vzw die verantwoordelijk zou zijn voor de inhoud.”

‘Loop’ uitgevonden

Alleen de financiering van een dergelijk project was niet op poten gezet. “In tegenstelling tot Wallonië, waar een aantal zenders gefinancierd werden met overheidsgeld. In Vlaanderen werd alleen voor TV Brussel een flinke jaarlijkse dotatie voorzien. Voor de andere regionale zenders was sponsoring en reclamewerving het enige alternatief.”

“Daarvoor was het noodzakelijk om voldoende kijkers aan te trekken en Roularta vond een oplossing in de zogenaamde loop: een lus waarbij de nieuwsuitzending constant herhaald wordt en andere, al dan niet gesponsorde, programma’s mee voor een degelijke invulling zorgen.”

“Die inspiratie haalden we bij de Amerikaanse nieuwszender CNN en schoeiden we op lokale leest. Zo realiseerden we een voldoende groot aantal kijkers. Met commercieel directeur Alex Coene hadden we ook iemand in huis die zich vol voor het hele project smeet. Alex is nu de manager van KanaalZ/CanalZ, onze businesszender die ook met succes de formule met de loop hanteert.”

Rik De Nolf (midden) en Stefaan De Clerck (rechts) tijdens het eerste verjaardagsfeest van WTV.
Rik De Nolf (midden) en Stefaan De Clerck (rechts) tijdens het eerste verjaardagsfeest van WTV. © GF

Roularta vond met Jean Werbrouck van Vogue Trading Video (voor WTV) en de broers Coulier (voor Focus TV) de productiehuizen om van start te gaan. “West-Vlaanderen kreeg de primeur, maar Roularta vond het noodzakelijk om in alle provincies regionale zenders te lanceren en zo een groep te vormen met nationale dekking.”

Nationale reclameregie

“Het West-Vlaamse model met het nieuws in lus werd overgenomen door AVS, net als Ring TV en Rob-tv in Vlaams-Brabant. Roularta zorgde ook voor de lancering van Kanaal 3 voor de oostelijke helft van Oost-Vlaanderen en nam contact met de collega’s van het Belang van Limburg (voor TV Limburg) en Gazet van Antwerpen (voor ATV).”

“Enkel in de Kempen en Mechelen zouden lokale vzw’s zelf instaan voor de reclame-inkomsten. Samen met de collega’s van de dagbladpers werd een nationale reclameregie in het leven geroepen om alle regionale zenders te bundelen. De inkomsten werden verdeeld in functie van de reële kijkdichtheid, gemeten door Telenet.”

Moeilijke opdracht

Hoe boeiend het ook was, Meneer Rik omschrijft het project regionale televisie toch als een moeilijke opdracht. “Steun vanuit de overheid was er niet. Vlaanderen kwam met geen enkele vorm van subsidie over de brug. Er waren wel enkele West-Vlaamse (kust-)steden die randprogramma’s met stadstelevisie sponsorden, maar daar bleef het ook bij.”

“We waren volledig afhankelijk van reclame en telkens een grote lokale adverteerder de weg naar televisie had gevonden, werd hij weggekaapt door de nationale zenders. Bovendien was de samenwerking met de vzw’s niet evident.”

Negen jaar na de start zette Roularta een stap terug. “De vergunningen en exploitatiecontracten moesten vernieuwd worden en we besloten ons terug te plooien op West-Vlaanderen en Ring TV. Voor die laatste verzorgen we trouwens nog altijd de reclameregie. Verrassend genoeg bleek de Vlaamse regering toen plots wél bereid om de zenders financieel te steunen. Zolang wij sponsorden, was dat onmogelijk.”

In 2020 trok Roularta zich ook terug uit de Regionale Mediamaatschappij (RMM), de West-Vlaamse joint venture boven Focus&WTV. “Ik kijk op televisie enkel naar het nieuws en Focus&WTV maakt daar vast onderdeel van uit. De meerwaarde is duidelijk en dertig jaar na de opstart blijft regionaal televisienieuws mensen boeien. We hadden het destijds bij het rechte eind”, besluit Rik De Nolf.