In Gent worden 9 burgers terechtgesteld wegens (vermoedelijk) spionage. Onder hen drie West-Vlamingen. Het zijn Alfons Verscheure, leraar in Deerlijk; Oscar Verscheure, gemeentebediende en schoenenverkoper in Waregem en Cyrille Vandevelde, wegenisbeambte in Kortrijk.
Alfons Verscheure, schrijft een laatste brief aan zijn zoontje (zijn vrouw is reeds overleden) vanuit zijn Gentse cel nummer 181 en dit op 14 september om 22 uur. ‘Mijn zeer lief Karelken, Mijn laatste uur is geslagen, mijn genadevraag verworpen. Morgen vroeg moet ik sterven, maar ik sterf vol moed en betrouwen; ik heb geen laffe daad begaan en daarom moet gij u over mij niet schamen Ik zeg u dus vaarwel en tot in de eeuwigheid. Mijn zeer lief Manneke, wees altijd braaf en neerstig, bemin uwen nonkel en uwe tante. Blijf bij hen gansch uw leven, eer, help en vertroost ze en ge zult gelukkig zijn. Bid veel voor uwen vader en voor uwe moeder; denkt veel aan hen en de Heer zal u helpen en bijstaan….”.
In Bellegem, Deerlijk, Waregem en andere gemeenten breken ‘s nachts een drietal personen in huizen in. Ze stelen horloges, ringen en geld. Ze zijn gekleed in Duitse uniformen, maar ze spreken Vlaams!
De Belgische verpleegster Jane (Jeanne) De Launoy vlucht tijdens de nachtelijke beschieting in de kelder van het hotel L’Océan. Ze ontdekt er heel wat wijnflessen van voor de oorlog. ‘Veuve Cliquot, G.H. Mumm, Edseik, Pommery-Grenot…’ Als iemand haar vraagt: ‘Geïnteresseerd?‘, antwoordt ze: ‘Ik heb een extra voorkeur voor extra-dry.’.
De Groote Oorlog Dag op Dag
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier