100 jaar geleden was Oostende decor voor Olympisch zeilen

De Antwerpia V in de achtervolging passeert een stoomboot met genodigden. (reproML)
Redactie KW

Honderd jaar geleden mocht ons land voor de eerste en wellicht ook enige keer de Olympische Spelen organiseren. Gaststad in 1920 was Antwerpen, maar… de zeilwedstrijden vonden plaats voor de kust van Oostende. Meer zelfs, twee Oostendenaars wonnen toen goud.

We schrijven 1920. Oostende kwam zwaar geteisterd uit de Eerste Wereldoorlog. Haveninstallaties zijn verwoest, hotels op de dijk vernield, de binnenstad platgebombardeerd. Maar het leven gaat verder. Visserij en toerisme trekken zich voorzichtig weer op gang en naast de vele aangespoelde oorlogsvluchtelingen keren op de zeedijk ook alweer mondaine gasten terug om te genieten van het kuuroord. Terwijl overal puin wordt geruimd en het wrak van de Vindictive nog in de havengeul ligt, is de stad gastheer voor de Olympische discipline zeezeilen waarvoor de haven en de rede het decor vormen.

Voetbalgoud

In de zomer van dat jaar vinden van 14 augustus tot 12 september de zesde Olympische Spelen plaats in gaststad Antwerpen, de eerste en enige keer dat de Spelen in ons land neerstrijken. Het zijn sportieve hoogdagen voor ons land en de Belgen halen een ongeziene medailleoogst van 42 stuks binnen: 16 gouden, 12 zilveren en 14 bronzen plakken in de disciplines zwemmen, boogschieten, wielrennen, touwtrekken, schermen, voetballen (goud!) en, jawel, zeilen.

Aan deze Spelen, de eerste na de Eerste Wereldoorlog, nemen 29 landen en 2.668 atleten deel. Duitsland, Oostenrijk, Hongarije en Monaco zijn na de lange oorlogsjaren niet uitgenodigd. De meeste competities vinden plaats in Antwerpen en omgeving, maar voor de zeilwedstrijden wordt uitgeweken naar Oostende. Het wordt geen onverdeeld succes, maar blijft toch als een memorabel sportief gebeuren in de Oostendse geschiedenis geboekstaafd.

12 voetsjol

De zeilwedstrijden vinden al in juli plaats op de Noordzee, en bij te zwaar weer in de haven zelf. Geen sinecure, want twee jaar na de oorlog ligt er nog aan een aantal wrakken waaronder dat van de opgeblazen Vindictive in de havengeul. Voor het eerst is er ook een eenheidsklasse in het zeilen en al op 7 juli is er een eerste wedstrijd met een zogenaamde 12 voetsjol. Een primeur.

De 6 meter lange Edelweiss wint goud met stuurman Emile corneillie. (reproML)
De 6 meter lange Edelweiss wint goud met stuurman Emile corneillie. (reproML)

De organisatie voor de zeilwedstrijden werd toevertrouwd aan de Royal Yachting Club d’Ostende (RYCO), de oudste club van ons land overigens, maar bijna alle medaillewinnaars zijn lid van de Antwerpse club RYCB. Toch winnen ook twee Oostendenaars goud: Emile Corneillie, die ook bestuurslid is van de RYCO en oud-commandant van het schoolschip L’Avenir, behaalt samen met zijn broer Florimond en Frédéric-Albert Bruynseels goud met hun Edelweiss II, een zeilboot in de 6 meter klasse. Léon Huybrechts, Charles van den Bussche en John Klotz kapen zilver weg. Raymond Bauwens, zoon van de vermaarde Oostendse reder en ondernemer John Bauwens, grijpt in die klasse samen met Willy Valcke en Louis Depiere net naast een bronzen medaille.

Een denderend succes is het zeilen evenwel niet. Er staan in het totaal zestien disciplines op het programma, maar er komen te weinig deelnemende teams en boten aan de start. Soms blijven de zilveren en bronzen medailles zelfs op de ceremoniële kussens liggen, omdat er slechts één deelnemer opdaagde. In twee disciplines komt er zelfs geen enkele ploeg aan de start. De Noren kapen 7 gouden medailles weg. De Belgen behalen goud en zilver in de 6 meter klasse en brons in de 8 meter klasse.

Herdenking uitgesteld

Komend weekend 11 en 12 juli was de ‘Centennial Olympische Spelen Zeilen 2020’ met 12 voetsjollengepland op de Spuikom, maar door het coronavirus zijn de festiviteiten uitgesteld tot 2021, net als de Spelen in Japan. “We wilden terugblikken op de Olympische zeilwedstrijden in 1920 voor de kust van Oostende”, zegt voorzitter en bezielende kracht Philippe Royaux van het Marina Yachting Center en voorzitter van de 12-voetsjollenclub. “Het opschorten gebeurde na ruggen-spraak met de Oostendse overheid, de zeilclubs en de International 12 Association. Het evenement zal nu wellicht plaatsvinden op 10 en 11 juli 2021 als ‘Centennial 2020 NE’. Zo krijgen we extra tijd om er nog een groter succes van te maken. Wij hadden al meer dan 40 ingeschreven deelnemers uit Europa, Turkije en Canada. Een Japanner had zelfs al zijn vliegtuigtickets en zijn Oostendse hotelkamer gereserveerd.”

Het goud lag voor het grijpen in de disciplines waarvoor maar één deelnemer opdaagde

“In tegenstelling met Nederland is de 12 voetsjol of de International 12 Foot Dinghy in ons land niet zo populair. Veel van die boten zijn gebouwd in het interbellum. Het zijn houten pareltjes om te koesteren”, zegt Philippe die zelf een replica heeft. “Alleen zijn het geen boten om de zee mee op te trekken zoals in 1920. Na de eerste competitiedag toen moest men al uitwijken naar de haven en de Spuikom, omdat de bootjes te veel water schiepen en op zinken na nog net konden binnenlopen in de haven”, weet Royaux. (Marc Loy)

Zeilkampioene Emma Plasschaert: “Intrigerende geschiedenis”

Precies een eeuw na de Olympische zeilregatta’s voor onze kust snijdt Emma Plasschaert met haar Laser Radiaal de golven in datzelfde vaarwater. Ze is in volle voorbereiding op de uitgestelde Olympische Spelen in Japan in 2021 en kijkt uit naar de heropstart van de zeilwedstrijden overal ter wereld.

“Philippe Royaux vertelde me over die Olympische zeilwedstrijden van 1920 in Oostende. Ik wist daar niets van af, maar het intrigeert me wel. Ik heb ook met veel plezier het meterschap van de ‘Centennial 2020 NE’ aanvaard”, zegt Emma Plasschaert (26), wereldkampioene Laser Radiaal 2018.

Emma traint momenteel in dezelfde wateren waar 100 jaar geleden die Olympische regatta’s werden betwist, voor de Spelen in Japan volgend jaar. “Toch wel een rare speling van het lot”, lacht ze. “Het is ook lang geleden dat ik nog zoveel tijd in mijn geboortestad en bij mijn familie heb doorgebracht. Normaal zou ik nu aan de andere kant van de wereld de wereldbekerwedstrijden moeten varen om daarna deel te nemen aan de Spelen in Japan. Covid-19 heeft er anders over beslist. Van die competitiestop heb ik ook gebruik gemaakt om in Gent een aantal examens voor mijn eerste master industrieel ingenieur af te leggen, anders was me dat dit jaar niet gelukt.”

“De Noordzee is een optimaal vaarwater om te trainen”, geeft Emma nog mee. “Het is een zee met meer karakter dan bijvoorbeeld de Middellandse Zee. Er is meestal genoeg tot zelfs veel wind en er zijn sterke stromingen, dat maakt de trainingsessies pittig”, besluit Emma voor ze weer de haven uit laveert. (ML)