Windmolenparken krijgen Vlaamse steun

© (Foto Belga)
Redactie KW

Vlaamse bedrijven die personeel tewerkstellen op zee betalen minder sociale bijdragen. Dat heeft de Vlaamse regering beslist. Dat schrijft De Tijd vandaag.

Windmolenparken zijn booming business. De bouw ervan versnelde afgelopen jaren sterk door technologische vernieuwing. Zo investeerde het Aalsters baggerbedrijf Jan De Nul onlangs in installatieschepen voor de bouw van grote windturbines op zee. Ook de Belgische wereldleider in baggerwerken DEME innoveerde dit jaar, met een zeeboor voor de plaatsing van funderingen aan offshorewindparken.

Om de sector sterk te houden tegen de internationale concurrentie voert de Vlaamse regering een korting op de RSZ-bijdrage door. De bestaande regelgeving voorziet al in lagere bijdragen voor personeel dat werkt op vracht- of passagiersschepen. Die korting wordt uitgebreid naar de bemanning van schepen voor installatiewerken in volle zee, zoals voor offshore windmolenparken. “De maritieme sector, die zulke schepen gebruikt, creëert een toegevoegde waarde van ruim 1,8 miljard euro voor de Vlaamse economie”, zegt Vlaams minister van Werk Hilde Crevits (CD&V).

Crevits wil met de korting de tewerkstelling in de sector bevorderen. Ze maakt 3,6 miljoen euro vrij. De werkgeversbijdrage van 27 procent vervalt bijna volledig. Voor de werknemersbijdrage is er een vermindering van het basisbedrag waarop de sociale bijdrage berekend wordt. Bedrijven die in Vlaanderen of in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte (EER) gevestigd zijn en socialezekerheidsbijdragen in België betalen, kunnen van de korting gebruikmaken.

120 zeelieden komen in aanmerking, maar Crevits hoopt door de maatregel en nieuwe investeringen 200 jobs te creëren. “Vlaanderen is toonaangevend op het vlak van installatie en onderhoudswerken op zee’, zegt Crevits. ‘Het is belangrijk dat die sector in de toekomst verder kan groeien, zich internationaal kan meten en extra tewerkstelling schept. We willen een positieve bijdrage leveren aan de Vlaamse tewerkstelling en economische groei.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier