“Vrije handel moet een prioriteit blijven”

Redactie KW

Volgens Jolyce Demely, de verantwoordelijke voor internationaal ondernemen bij Voka, zijn de voedings- en textielsectoren het meest gevoelig voor de gevolgen van de Brexit. Het Harelbeeks bedrijf Agristo produceert frieten en is voor 30 procent van zijn export afhankelijk van Groot-Brittannië. “Hopelijk stijgen de invoerheffingen niet in het nieuwe handelsakkoord”, zegt Filip Wallays, de verkoopdirecteur van Agristo.

Deze reportage maakt deel uit van ons dossier Brexit.

Volgens Jolyce Demely, de verantwoordelijke voor internationaal ondernemen bij Voka, is op vlak van handelswetgeving tussen Europa en Groot-Brittannië nog niets veranderd. “Eerst moet binnen de twee jaar een uittredingsakkoord onderhandeld worden. Daarin zullen al de grote lijnen van het nieuwe handelsakkoord uitgetekend zijn, maar de details zullen na die twee jaar nog verder besproken worden. De ondernemers zullen waarschijnlijk ook een transitieperiode nodig hebben om zich op de uitstap van het Verenigd Koninkrijk voor te bereiden en het hele proces zou waarschijnlijk vier tot vijf jaar kunnen aanslepen.”

Daling pondwaarde

In West-Vlaanderen zijn volgens Jolyce de voedings- en textielsectoren het meest gevoelig voor de gevolgen van de Brexit. “Zij exporteren soms voor 30 à 40 procent naar Groot-Brittannië. De reactie op de Brexit zal van bedrijf tot bedrijf verschillen. Sommigen zullen ongetwijfeld kijken om meer te exporteren naar andere landen zoals bijvoorbeeld Scandinavische landen.”

“In het slechtste geval moeten we naar andere markten zoeken”

Agristo is een bedrijf dat frieten en andere aardappelvarianten produceert. 30 procent van zijn totale export gaat naar Groot-Brittannië. “Binnen Europa is Groot-Brittannië de grootste frietconsument”, bevestigt Filip Wallays, de verkoopdirecteur van Agristo. Voorlopig heeft de conclusie van het referendum om de Europese Unie te verlaten nog geen al te zware gevolgen voor het bedrijf, maar door de daling van de waarde van de pond maakt Agristo minder winst, omdat exporteren naar Groot-Brittannië daardoor duurder wordt. “De waarde van de pond is in één jaar tijd met 20 procent gedaald, maar alle Europese exporteurs zitten in hetzelfde schuitje.”

Lokale concurrentie

Stefaan Gantois, ceo van het Wevelgems bedrijf Sedac-Mecobel dat systemen produceert om bedden in sofa’s te verbergen, bevestigt dat verhaal. Zijn bedrijf is naar eigen zeggen marktleider en exporteert vanuit België voor 20 procent naar het Verenigd Koninkrijk. “In Groot-Brittannië zijn geen producenten van dergelijke systemen, maar de Brexit zorgt wel voor een remming van onze evolutie. De waardevermindering van de pond maakt onze producten duurder.”

Filip Wallays van Agristo vreest voor een stijging van de invoerheffingen, dat zijn belastingen op producten die Groot-Brittannië uit Europa importeert. “Indien het akkoord tussen Europa en het Verenigd Koninkrijk niet goed zou verlopen en de invoerheffingen een grote stijging hebben, dan is dat een heel slechte zaak voor ons. Wij zullen moeten concurreren met de lokale bedrijven binnen Groot-Brittannië en die zouden bij zo’n akkoord het extra verlies door die heffingen vermijden en een groot voordeel op ons hebben. In het slechtste geval zullen we naar andere markten moeten zoeken.” Toch is dat volgens Filip allesbehalve ideaal. “Het is de bedoeling dat we ons zo vlug mogelijk aan de nieuwe situatie aanpassen, maar we moeten ook niet op de zaken vooruit beginnen lopen.”

“De scheiding mag geen straatgevecht worden”

Filip Wallays had niet verwacht dat het zo ver zou komen. “Europa leek vroeger voor iedereen een veilige thuishaven, maar dat blijkt niet meer te kloppen. Op internationaal vlak kregen we met bijvoorbeeld Brazilië al eerder te maken met stijgingen van de invoertaks.”

Vrije handel

Stefaan Gantois van Sedac-Mecobel hoopt dat Europa en Groot-Brittannië vredig uiteen zullen gaan. “Indien de Europese scheiding een straatgevecht wordt, zal de waarde van de pond verder zakken en zal het Verenigd Koninkrijk een afkeer krijgen tegenover Europese producten.”

Filip Wallays denkt niet dat Europa en Groot-Brittannië een vechtscheiding zullen hebben. “We gaan ervan uit de vrije handel voor beide partijen een prioriteit blijft. Hopelijk worden invoerheffingen vermeden en stopt de waardevermindering van de pond. Als bedrijf moeten we ons echter van de mogelijke gevolgen bewust zijn en dit zien als een uitdaging Niet evident, maar de bedrijven die het snelst reageren, zullen ook het sterkst uit de nieuwe situatie komen.” (MM)