Reders slaken noodkreet: “Nog nooit zo’n lage prijzen voor onze vis”

Reder Bruno Decordier en zijn motorist François aan de Z67 RUBENS die langs de kade ligt. © Peter Maenhout
Hannes Hosten

Ook de visserijsector heeft zwaar te lijden onder de coronacrisis. Sinds de lockdown daalden de prijzen die de vissers krijgen voor hun vis met 40 tot 50 procent. De Vlaamse regering zal gebruik maken van de Europese ‘stillegregels’ om een deel van de vloot tijdelijk gesubsidieerd stil te leggen. Zo komt er minder vis op de markt en stijgen de prijzen weer. “Begin dit jaar leek het erg goed te gaan met de visserij. Je ziet hoe snel het kan draaien”, zucht de Blankenbergse reder Bruno Decordier.

De Rederscentrale spreekt van een prijsdaling van 33 tot 50 procent sinds het uitbreken van de coronacrisis. “De vraag naar Belgische vis stortte in doordat de restaurants en de markten gesloten zijn en omdat een deel van de export naar het zuiden van Europa wegviel, verklaart directeur Emiel Brouckaert van de Rederscentrale. “We zien de prijsdaling voor alle soorten: rog, platvis, inktvis… Ik heb al 14 dagen stilgelegen”, zegt Bruno Decordier, wiens schip, de Z.67 Rubens, deze week aan de kaai lag in Oostende. “Dan voeren we toch weer uit. Op de Noordzee, dat leek haalbaar met de gezakte mazoutprijzen. Maar na drie dagen gaven we het op. We haalden maar de besomming die we anders in één dag halen. Dat is de moeite niet.”

“Er is nog heel veel quotum in de Noordzee. Ik wou het wel proberen, vooral voor het inkomen van de bemanning. Als we break-even speelden, kon ik daar wel mee leven. Maar het lukte niet. Dan is aan de kant blijven de enige oplossing. Dat kost ook geld, want in de verzekeringspolissen zijn geen stillegperiodes meer voorzien. Maar het kost me minder dan te varen.”

Faire regeling

Vlaams minister van Visserij Hilde Crevits (CD&V) had maandag in Oostende een overleg met de Rederscentrale. “Vorige week kregen we een noodkreet van de sector”, aldus de minister. “De verliezen zijn erg groot. Europa laat toe dat de vissersschepen in extreme omstandigheden een tijd worden stilgelegd en de reders steun ontvangen. Er moeten wel afspraken gemaakt worden om dat fair te organiseren.”

Ons eerste idee was voortdoen. Maar het duurt te lang – Geert De Groote

De Rederscentrale is nu gevraagd om deze week nog een regeling uit te werken om de vissersschepen – onze vloot telde er eind 2019 nog 69 – volgens een beurtrol elk een tijdje aan de kaai te houden. De Vlaamse regering zal die regeling dan deze of volgende week goedkeuren. Europa laat zo’n stillegregeling toe, maar stelt geen extra centen ter beschikking. Wel is het mogelijk om het bestaande Europese budget voor de ondersteuning van de visserij anders te verdelen en zo de reders financieel te steunen als hun schepen worden stilgelegd. “Er start binnenkort een campagne van de VLAM om de consument aan te zetten om lokale vis te kopen”, vertelt minister Crevits. “Dat zal werken, maar het kan niet beletten dat het zonder steun voor de vissers onrendabel is om uit te varen. Het is de allereerste keer dat we op de stillegregeling een beroep doen om zo te vermijden dat de prijzen in elkaar storten. Ook Frankrijk, Nederland en Duitsland werken plannen in die richting uit.”

“Donderslag”

“De meningsverschillen zullen groot zijn, maar we moeten tot een consensus komen”, beseft Bruno Decordier. “Best zou een tijdlang de helft van de schepen stilliggen en de andere helft varen. Maar ook dat mag niet te lang duren. Ons financieel plan is niet opgemaakt om de helft van het jaar stil te liggen, ook al krijgen we steun. Ik had nooit kunnen denken dat het nog zo erg zou worden. Begin dit jaar zag het er erg goed uit voor de visserij. Ik was zelfs bezig met de aankoop van een tweede vaartuig. Ik heb me al afgevraagd of ik dat gedurfd zou hebben, had ik het geweten. Het was een donderslag bij heldere hemel. Je ziet hoe snel het allemaal kan draaien.”

“In februari en maart lagen wij twee maanden stil voor verbeteringswerken aan het visruim”, vertelt Willy Lepeire, reder van de O.154 Wilmar. “Door corona liepen de werken ook nog uit. Dan voeren we weer voor vijf dagen uit, maar de prijzen waren nooit zo laag. 500 kg rog ging gewoon naar de kupe, zoals wij zeggen, omdat er niemand op bood. Dat is hoogst uitzonderlijk. Ik zit sinds 1961 in de visserij. Een situatie als deze maakte ik nog nooit mee.”

“Het duurt te lang”

“Ons eerste idee was voortdoen. Dat zit in de genen hé”, zegt Geert De Grote, voorzitter van de Rederscentrale en reder van de Z.98. “We zagen het ook als een morele plicht om te blijven aanvoeren. Maar het duurt te lang. We raken er niet meer aan uit. De prijzen zijn zwak en we komen nu ook in een periode van het jaar waarin de vangsten verminderen. Dan liggen we beter enkele weken stil. Maar liefst niet te lang. Vijf reders, onder wie ikzelf, besloten onlangs om een nieuw schip te laten bouwen. Maar dan gebeurt dit. We kunnen nu niet meer terug, alles gaat door. We maakten al veel mee in de visserij, hopelijk komen we ook deze crisis door.”

Ook lagere prijzen in de winkel: “Iedereen wil nu lotte, tarbot of tong”


De prijzen die de reders ontvangen voor hun vis, zijn uiteraard niet dezelfde als wat de consument in de winkel betaalt. Iedere schakel in de keten moet er iets aan verdienen. Toch voel je de gedaalde prijzen ook in de winkel. “Absoluut”, zegt Diederik Eggers van de bekende Vishandel Luk op de Groentemarkt in Oostende. “80 procent van wat wij verkopen, komt van onze visveilingen. Voor lotte betaal je in de winkel nu 11,50 euro per kg, terwijl dat anders makkelijk 18 tot 24 euro is. Een tarbot van 3 tot 5 kg kost nu in de winkel 18,50 euro per kg, dat is minder dan wat je anders op de veiling betaalt. Grote tongen kosten nu 20 tot 25 euro per kg, anders 35 tot 38 euro. De garnaalprijs verschilt niet zo veel, de garnaalvissers spelen wel in op mogelijke prijsdalingen. Er is plots geen vraag meer naar minder bekende soorten. Iedereen wil nu tarbot, lotte of tong”, ervaart Diederik. “Er wordt nog behoorlijk wat vis gekocht, maar we missen de tweedeverblijvers en toeristen. We draaien nu op 40 tot 65 procent in vergelijking met anders.” Ook bij Andy Janssens van Fish@Home, die vis aankoopt op de Oostendse vismijn en aan huis levert wat online is besteld, zijn de prijzen gedaald. “Voor slibtongen vraag ik nu 13 euro per kg, anders 16 euro. Lottefilet kost nu minder dan 20 euro per kg, anders makkelijk 30 euro.”

“Het is goed dat de vissers met veel minder tegelijk in zee zullen gaan. Er is nu te veel aanvoer en daardoor storten de prijzen in elkaar. De soorten die veel in de horeca worden aangeboden, zoals griet en tarbot, gaan echt geen geld meer. Als de vissers nu minder uitvaren, zullen ze meer verdienen en meer thuis zijn.” (HH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier