Pedro Ameel en Wendy Neuville zoeken overnemers voor hun bakkerij

© (Foto RVL)
Redactie KW

Op zondag 4 oktober houden Pedro Ameel (46) en Wendy Neuville (47) voor het laatst hun brood- en banketbakkerij open. “Met erg veel pijn in het hart”, zegt Pedro, “Maar het gaat echt niet meer. Ik sukkel enorm met mijn gezondheid, vooral met diverse hernia’s. Twaalf operaties heb ik achter de rug. Al drie jaar zijn we alleen nog in het weekend open.”

Op 1 oktober 1997 openden Pedro en Wendy hun brood- en banketbakkerij op de Kortekeer 4, aan het kruispunt bij de molen. “Ik ben afkomstig van Elverdinge, maar ik stam af van de gekende marktkramerfamilie Ameel uit Woesten. Daar was het ouderlijk huis van mijn vader. Ik volgde de lagere school in Woesten, en trok naar het zesde leerjaar in het Poperingse college. In het Ieperse VTI volgde ik het oriëntatiejaar, en daarna ging het richting bakkerschool Ter Groene Poorte in Brugge. Ondertussen werd de legerdienst gelukkig net afgeschaft”, vertelt Pedro Ameel.

Vanaf mijn 12 jarige leeftijd werkte ik reeds tijdens de vakanties en de weekends bij bakkerij Storme in Boezinge, op mijn 14de bij Patisserie Dehaeck in Ieper (nu Patisserie Het Belfort). Later op 16-jarige leeftijd bij Bakkerij Niville eveneens in Ieper tot mijn 21. Om als laatste plaats in loondienst nog anderhalf jaar bij wijlen Bakkerij Koen Goes in Oostduinkerke te werken”, aldus nog Pedro.

“Ik ben afkomstig uit Westvleteren, waar ik de Patersschool volgde. Daarna behaalde ik mijn diploma Etalage-Verkoop aan de Ieperse H. Familie. Eigenlijk werden Pedro en ik aan elkaar gekoppeld door een gemeenschappelijke vriendin. Maar we leerden elkaar beter kennen in dancing Colombo in Esen. Wat niet evident was, want als bakker kon Pedro weinig weg tijdens het weekend”, lacht Wendy.

“We zijn (nog steeds niet) getrouwd, maar wel al 28 jaar samen. We hebben een zoon Jelle (17) die een opleiding Hout volgt, en een dochter Britt (15) die in de bakkersschool zit. Zij moet nog vier jaar naar school, jammer genoeg is zij dus nog te jong om mij nu op te volgen. Ondanks alles, doen wij nog steeds alles alleen. Men vraagt mij soms waarom ik geen hulp aanvaard, maar een geschikte medewerker vinden is voor mij erg moeilijk”, zegt Pedro.

Sinds vier jaar kampt Pedro met een bloemallergie (stoflongen, red.) en een ‘gesprongen’ hernia. “Ik heb ondertussen al twaalf operaties achter de rug, en begin oktober moet ik weer onder het mes. Ook ben ik constant moe (chronisch vermoeidheidssyndroom), ik heb slaapapneu en hartproblemen. Mijn fysiek is beneden alle peil, ik ben totaal versleten, en het kan dus echt niet verder zo”, zucht Pedro, die zich tijdens ons gesprek soms moet verplaatsen van de zetel naar een stoel om de pijn te verbijten.

“In 1997 namen we dus de bakkerij Vandenbulcke over, die toen reeds bekend was in de hele regio voor haar schuimtaarten. Maar onze grote innovatie was om er schuimtaarten met het beroemde patersbier van Westvleteren 12° van te maken. Het trappistenbier zit in het schuim. Dronken kan je er niet van worden, want de alcohol verdampt bij het bakken. Maar de smaak van de trappist blijft wel hangen in het schuim. Tijdens de Zoetemarkt in Kemmel verkochten we er zo’n 400 grote van. Ondertussen werd de taart erkend als Westhoek Streekproduct. Eerder pakten we al uit met een mousse (bierdessert) en marshmallows op basis van trappist”, aldus nog Pedro, die nog steeds voorzitter is van de Bakkersbond Poperinge en Omliggende en ondervoorzitter van de West-Vlaamse Bakmeesters voor Brood en Banket.

“We zijn druk op zoek naar opvolgers, die de zaak willen overnemen en eventuele recepturen willen overnemen. Maar de kandidaten zijn dun gezaaid, en de banken doen erg moeilijk bij jonge starters. Het zou bijzonder jammer zijn indien de bakkerij hier verdwijnt. Wij hebben een enorm trouw klantenbestand. Voor zowat 70% leven wij van de passanten. Met Nieuwjaar bijvoorbeeld maakten we steeds 300 schuimtaarten. Maar het bijzonderste voor mij is dat ik eerst goed kan rusten en recupereren. Wat de toekomst brengt zien we wel: een tearoom uitbaten? Een job in het bakkersonderwijs? Later onze dochter begeleiden? Het blijven vraagtekens”, besluit Pedro Ameel.

(AH)