“Ook hier blijft het knokken”

Hannes Hosten

Louis Van Belleghem (53) leidde 25 jaar herenkledingzaak Coventry in de Alfons Pieterslaan. In maart startte hij een nieuwe zaak pal in het centrum, Louis Gentlemen Shop, in de Ensorgalerij. “In de Alfons Pieterslaan waren er te weinig nieuwe passageklanten. De dagen duurden me er te lang”, vertelt hij. “In het centrum komen wel veel toevallige klanten, maar ook hier is het knokken. En het Centrummanagement mag wel wat meer luisteren naar de mensen in het veld.”

“Coventry was al meer dan 40 jaar in de Alfons Pieterslaan gevestigd. Mijn ouders hadden de zaak nog opgestart”, vertelt Louis. “Maar na de braderie in september 2016 was voor mij de maat vol. Er kwamen te weinig passageklanten als gevolg van de leegstand. De steden zijn te groot geworden. Vroeger begon iedereen een boetiekje, maar dat is voorbij. Heel wat zelfstandige commerçanten in de Alfons Pieterslaan hadden geen opvolging. Met leegstand tot gevolg. En ook minder klanten. Ik kon wel rekenen op mijn vast cliënteel, maar daar valt ook eens iemand van weg. Nieuwe klanten kwamen er te weinig.”

“In de Alfons Pieterslaan doen mensen meer doelgericht boodschappen. Dan is het een voordeel dat ze er kunnen parkeren. Ik had er een eigen pand, terwijl ik hier moet huren. Maar ik vond de troeven alsmaar kleiner worden. Wilde ik gelukkig blijven, moest ik iets ondernemen. In oktober nam ik de beslissing en op 1 maart opende ik mijn nieuwe zaak. Ik ben blij met de nieuwe winkels op de Alfons Pieterslaan. Het lijkt me er wat goedkoper, maar daar is een publiek voor. Ik heb nog altijd zelf een pand op de Boulevard en hoop dat de zaken er goed gaan. Maar komt er echt een revival? Ik weet het niet.”

Meer passage

“In de Ensorgalerij is mijn doelstelling bereikt: meer passage, meer toevallige klanten. Maar ook hier gaat het niet vanzelf. In de Adolf Buylstraat is er ook veel leegstand. Veel jonge mensen zijn niet meer gemotiveerd om een eigen zaak te beginnen. Velen leven van vakantie naar vakantie en werken liever niet in het weekend. Het voordeel van Oostende-centrum is dat veel mensen graag naar zee komen. Het zondagscliënteel blijft een pluspunt. Maar je mag dat niet overroepen. Het is niet omdat alle parkings vol staan en er veel volk rondloopt in de stad, dat het allemaal kopers zijn.”

“In de Alfons Pieterslaan duurden dagen me te lang”

“Een lichte daling van het aantal leegstaande winkelpanden? Mijn indruk is dat het status-quo blijft”, zegt Louis. “Zeker als je de outlet-pop-ups niet meerekent. Maar dat is in andere steden ook zo. Ik zie het aantal winkels niet groeien. Maar ik blijf positief en zie wel een kentering in het aanbod: er komen meer en meer jonge, eigentijdse zaken. Oostende heeft zijn verleden als kuststad: als het goed weer is, komen de mensen toch. Maar ook oudere mensen zitten graag in een hippe brasserie. We moeten jonge mensen met vakkennis overtuigen om een zaak te starten en hen voluit begeleiden in de opstartfase.”

Klemtoon op kwaliteit

“Het Centrummanagement doet veel moeite om de stad in zijn geheel als shopping- en belevingsstad te promoten. Maar er zou nog meer geluisterd mogen worden naar de mensen in het veld. De Herfstoutlet komend weekend vind ik een downgrading van Oostende als shoppingstad. In Brugge is er binnenkort ook braderie, maar daar luidt de slogan ‘Herfst in stijl’. Voor de rest doet Brugge het niet beter hoor. Daar is ook veel leegstand. En je vindt er te veel horeca en chocolatiers.”

“Maar oktober is net het moment waarop we de nieuwe collectie moeten promoten. En dan komt Oostende met een outletweekend! We moeten de mensen de kop niet meer zot maken met batjes, batjes, batjes. We leggen beter de klemtoon op kwaliteit. In de modesector moeten we weer meer seizoensgebonden gaan werken in plaats van alles te forceren. Solden horen aan het einde van het seizoen. En als de winter nadert, hoort de nieuwe wintercollectie. Alles op zijn tijd.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier