“Leven zonder auto is weldaad”

Isabelle Deroey met haar zoontjes Daan en Arne bij vbs De Revinze, waar laatstgenoemden schoollopen. (Foto JS)
Johan Sabbe

De meesten onder ons kunnen het zich niet voorstellen: leven zonder auto. Voor de Torhoutse Isabelle Deroey is dat nochtans al anderhalf jaar realiteit. Niet van moeten, maar van willen. “Een bewuste keuze”, zegt ze. “Dit is weliswaar geen definitieve beslissing, maar op dit moment van mijn leven is een bestaan zonder auto een weldaad. De nadelen wegen niet op tegen de voordelen.”

Dit artikel maakt deel uit van ons Dossier Auto.

Isabelle (39) is oorspronkelijk uit Blankenberge afkomstig, maar woont al sinds 2006 in Torhout, momenteel in de Rijselstraat. Ze is de moeder van twee zoontjes, Daan (8) en Arne (5), maar na een echtscheiding is ze alleenstaand. Ze werkt al zeventien jaar als verpleegkundige in het AZ Sint-Jan in Brugge, waar ze op de dienst Intensieve Zorgen actief is.

Flexibiliteit is noodzaak

“Halfweg 2016 hoorde ik van een collega in het ziekenhuis, die in Aalter woont, dat die al een tijdje met de trein en de bus naar Brugge kwam en ik begon erover na te denken om mijn auto aan de kant te schuiven”, vertelt ze. “Want die kostte handenvol geld aan verzekering, onderhoud, brandstof, enzovoort. Plus: ik heb altijd groene ideeën gehad. Ik informeerde me, stelde vast dat het ziekenhuis me als werkgever mijn abonnement op de trein en De Lijn terugbetaalde en startte met een proefperiode: vier maanden mijn auto opzijzetten en bijgevolg te voet, met de fiets, met de step, met de bus en met de trein op pad. Waarom? Omdat mijn leven zich in zijn huidige fase heel lokaal afspeelt en ik dus weinig verre verplaatsingen maak. Ik ondervond dat ik het inderdaad zonder auto kon rooien en een dik jaar geleden heb ik hem verkocht. Ik heb intussen een fietskar, die ik ook als buggykar voor de kinderen gebruik. Die fietsen weliswaar dikwijls zelf met me mee naar vrije basisschool De Revinze op Don Bosco, waar ze schoollopen, maar soms is de overdekte buggykar de betere oplossing voor hen, zeker bij regen of erg koud weer. Ik wil hen met een gerust hart op school kunnen afleveren en hen ook weer veilig ophalen. Maar naar school fietsen, vinden ze de max. Ik duw de buggy trouwens ook wel eens voort terwijl ik skeeler. Dan heb ik heel wat bekijks, want vreemd genoeg is zoiets nog lang niet door iedereen aanvaard. Sommigen bekijken je niet alleen als een raar wezen, maar helaas ook… scheef figuurlijk dan.”

“Je moet sterk in je schoenen staan, want zonder auto stuit je op veel onbegrip”

Af en toe is het wat improviseren om alles zonder het gebruik van een auto voor mekaar te krijgen, maar Isabelle beleeft het gevoel van herwonnen vrijheid. “Sowieso moet je flexibel zijn”, zegt ze. “Als je iemand bent die volgens een vast en nauwkeurig voorbereid stramien leeft en moeilijk met onverwachte gebeurtenissen kan omgaan, dan moet je mij voor je verplaatsingen niet navolgen. Want ja, soms hebben de trein en de bus vertraging en af en toe begint het pijpenstelen te regenen zonder dat je het verwacht. Plus sporadisch heb je geen zin om te fietsen. Maar ik vind de voordelen van mijn keuze veel groter dan de nadelen. Ik heb een plooifiets, een racefiets, een stadsfiets, een step, skeelers en mijn voeten (lacht). Plus de genoemde fiets- en buggykar. Keuze genoeg om me te verplaatsen. Met als voordelen een enorm gevoel van vrijheid, uitstekend voor mijn gezondheid en het milieu, nooit in de file, nooit ijs van de voorruit van de auto krabben, met de fiets genieten van de natuur, een flink pak geld besparen en anders omgaan met de tijd. Ik heb altijd iets bij de hand om te lezen. Is de trein te laat, dan verveel ik me geen moment. Overigens: op de trein kan ik ‘s morgens van mijn ontbijt genieten.”

Mensen met oogkleppen

Of velen de keuze van Isabelle toejuichen? “Mijn moeder heeft me altijd gezegd dat een goede soldaat zijn plan trekt en mijn vader is sportief. Hij heeft destijds als renner samen met Roger De Vlaeminck gekoerst. Mijn ouders hebben me geleerd dat waar er een wil is, ook een weg is.”

“Maar jammer genoeg ondervind ik dat vele mensen oogkleppen op hebben. Je moet écht wel sterk in je schoenen staan om te doen wat ik nu doe. Want zonder auto stuit je op veel onbegrip. Je vóelt gewoon dat ze je een apart geval vinden. Maar ik trek me daar niets van aan. Misschien heb ik later ooit weer behoefte aan een auto en dan zal ik die ook kopen. Zo radicaal in mijn ideeën ben ik nu ook weer niet, Maar als ik die nieuwe auto dan koop, zal dat zijn omdat ik dat zélf wil en zeker niet omdat de maatschappij me die opdringt. Vrijheid van denken is me bijzonder dierbaar.”