Twintig jaar na tragisch ongeval met broers wordt moddercampagne fors opgevoerd: “Het moet properder én veiliger”

De ouders van de overleden Valentijn Labaere, samen met broers Roman en Laurens. © Thijs Pattyn
Redactie KW

Landbouwverkeer kost elk jaar het leven aan één West-Vlaming. “Nog één te veel”, stelt gouverneur Carl Decaluwé, die de herfstcampagne tegen modder op de weg stevig uitbreidt. De campagne bestaat 20 jaar en werd opgestart na een tragisch ongeval, waarbij KSA-leider Valentijn Labaere overleed. Zijn broers “zweefden tussen hemel en aarde”, maar kunnen het nu nog navertellen, met een duidelijke waarschuwing. “Sensibilisering en signalisatie alleen zijn onvoldoende.”

Na het voorbereiden van cadeautjes voor het Sint-Maartensfeestje vertrokken de broers Roman (18), Laurens (20) en Valentijn (21) Labaere op 4 november 2000 vanuit het KSA-heem in Kemmel richting Nieuwkerke om een medeleider af te zetten. Rond 3.30 uur verloor Laurens de controle op de Kemmelstraat, die plaatselijk besmeurd bleek met slijk en maisresten. De wagen belandde tegen een boom en Valentijn overleed ter plaatse.

“Zijn broers zweefden dagenlang tussen hemel en aarde”, herinnert vader Ludo (73) zich. “Zij hebben het gelukkig overleefd, maar onze familie blijft getekend voor het leven. Fysiek en emotioneel. Het is nu 21 jaar geleden, even lang als Valentijn mocht leven. Nog élke dag denken we aan hem. Als we op bepaalde plaatsen al die modder zien zonder waarschuwingsbord, dan kookt het vanbinnen. Te weinig tijd, te kostelijk… Maar die argumenten tellen niet.”

Gouverneur Carl Decaluwé toont een bord dat waarschuwt voor modder op de weg.
Gouverneur Carl Decaluwé toont een bord dat waarschuwt voor modder op de weg. © Thijs Pattyn

Ook voor bouwwerven

Een rechter gaf de familie jaren later gelijk en veroordeelde de verantwoordelijke vervuilers. Sinds het ongeval werd elk najaar een campagne gelanceerd tegen modder op de weg. De twintigste West-Vlaamse ‘herfsteditie’ wil gouverneur Carl Decaluwé nu uitbreiden. “Naar heel het jaar, want door het veranderende klimaat kunnen de herfstmaanden relatief droog zijn en de zomermaanden zeer nat, zoals we nu meemaken. Daarnaast trekken we de campagne open naar alle modder-veroorzakers, zoals bij bouwwerven.”

Sensibilisering en signalisatie alleen zijn onvoldoende

Roman, intussen 39, vindt borden op zich niet genoeg. “Sensibilisering en signalisatie alleen zijn onvoldoende. Zulke borden worden vaak nog onverlicht en te dicht bij de modder geplaatst”, aldus Roman, die enkele plaatjes in zijn bekken overhoudt aan het ongeval. “Er moet meer en strenger gecontroleerd worden. En van zodra het donker wordt, moeten boeren de weg schoonmaken. Zeker als er regen voorspeld wordt.”

Rijstijl aanpassen

“Dat doe ik zeker,” zegt de Heuvellandse boer Bert Hanssens (34). “Tijdens de werkzaamheden houden we het zo proper mogelijk en achteraf spuiten we desnoods met water om alle aangereden aarde weg te krijgen. Wij als landbouwers vragen ook begrip van de andere weggebruikers: geef ons tijd en ruimte om het wegdek te reinigen.”

Landbouwer Bert Hanssens vraagt ook tijd en ruimte om het wegdek te kunnen reinigen.
Landbouwer Bert Hanssens vraagt ook tijd en ruimte om het wegdek te kunnen reinigen. © Thijs Pattyn

De gouverneur roept de politiezones op tot “actief toezicht en adequate reactie”, en hoopt op meldpunten in zoveel mogelijk gemeenten. “Momenteel hebben we in 28 van de 64 West-Vlaamse gemeenten duidelijke contactpunten. Dit is te weinig. We willen ook de meldingsbereidheid verhogen. Modder zonder verkeersbord en incidenten kan gemeld worden via 1700 en www.meldpuntwegen.be. Bij een ongeval zijn er de nummers 101 en 112 of de app 112. Ik vraag alle weggebruikers om hun snelheid en rijstijl aan te passen. Dit blijft een gedeelde verantwoordelijkheid. Het moet properder én veiliger”, besluit Carl Decaluwé.

(TP)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier