Riskeren rebelse burgemeesters hun sjerp in terrasdiscussie? In theorie kan het

Jean-Marie Dedecker is van plan om op 1 mei terrassen toe te laten in zijn Middelkerke.© Davy Coghe
Jean-Marie Dedecker is van plan om op 1 mei terrassen toe te laten in zijn Middelkerke.© Davy Coghe
Olaf Verhaeghe

De discussie over het heropenen van de terrassen aan horecazaken blijft in verschillende gemeenten nazinderen . Enkele rebelse burgemeesters leggen zich niet zomaar neer bij de 8ste mei van het Overlegcomité en willen koste wat kost vasthouden aan zaterdag 1 mei. In theorie kan hen dat hun sjerp kosten, maar volgens experten is de kans miniem. “In het ergste geval roept de gouverneur hen even op het matje.”

“De terrassen in Middelkerke mogen opengaan op 1 mei. Ik ben het beu om als een ezel achter een wortel aan te lopen.” Voor burgemeester Jean-Marie Dedecker (LDD) is het zonneklaar: vanaf zaterdag 1 mei zullen de horecaterrassen in zijn gemeente mogen openen, een week vroeger dan wat het Overlegcomité woensdag besliste. Ook in een aantal andere gemeenten , binnen en buiten West-Vlaanderen, kondigden burgemeesters en zelfs gouverneurs aan te rebelleren tegen de beslissingen van de federale regering en de deelstaten.

Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) was bij VTM Nieuws en in Terzake niet de spreken over de aankondiging van burgemeester Dedecker. “Bijzonder laf”, noemde Vandenbroucke het Middelkerkse standpunt. “Dit is een zeer gemakkelijke houding om je sympathiek te maken, maar als iedereen morgen zijn goesting doet, dan is het hier de Far West .” Ook Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) was niet opgezet met de rebelse houding en roept burgemeesters op om de afspraken te respecteren. “1 mei of 8 mei, dat is geen wereld van verschil”, zei hij.

Zijn er sancties?

Of het effectief tot een vroegere heropening zal komen, moet nog blijken. Het is nog meer dan twee weken tot 1 mei en voorlopig blijft het in alle gemeenten enkel bij woorden. Vraag is echter of effectieve daden voor ‘burgerlijk ongehoorzame’ burgemeesters ook consequenties hebben. Riskeert een burgemeester zijn of haar sjerp indien men zich radicaal kant tegen de besluiten van de federale regering?

“In theorie kan het want je houdt je als burgemeester in dat geval niet langer aan je mandaat”, stelt Herwig Reynaert, professor politicologie aan de Universiteit Gent en expert op vlak van lokaal bestuur. “Maar ik acht de kans echt wel heel miniem. Zeker zolang het bij aankondigingen blijft en er niets op papier staat – een burgemeestersbesluit bijvoorbeeld – doen ze eigenlijk niets fout.”

 © Foto Kurt
© Foto Kurt

“Zonder de expliciete rugdekking van het lokaal bestuur zou ik het als horecabaas niet riskeren” – Herwig Reynaert, professor politicologie UGent

Ook Brecht Warnez, niet alleen Vlaams Parlementslid voor CD&V, maar ook professor bestuursrecht aan de Universiteit Gent, neemt een gelijkaardig standpunt in. Hij schreef zijn doctoraat over de bevoegdheden van burgemeesters en kent de complexe materie als geen ander. “De gemeentelijke autonomie, verankerd in de Grondwet, is een heel belangrijk principe. Een burgemeester is in die zin vrij autonoom”, zegt Warnez. “Maar ze moeten zich wel conformeren aan de hogere regelgeving. Neemt een burgemeester toch een beslissing die daar tegenin gaat, dan kan de minister van Binnenlandse Zaken (vandaag Annelies Verlinden, CD&V, red.) die vernietigen. Dat is bijvoorbeeld wat in Deinze is gebeurd rond de mondmaskers een paar maanden geleden.”

Noodrem

Die vernietiging betekent echter niet dat je in de plaats van een burgemeester komt en sluit een nieuw lokaal besluit niet uit. Een juridisch gevecht tussen de lokale en de hogere overhreid is daarvan mogelijks het gevolg. “Er is slechts één specifieke uitzondering waarin de Vlaamse of federale overheid wel de burgemeester (tijdelijk) vervangt: het dwangtoezicht”, zegt professor Warnez nog. “Na een formele ingebrekestelling komen dan regeringscommissarissen in de plaats van het gemeentebestuur en die zorgen ervoor dat de hogere regels uitgeoefend worden.”

“Uiteraard is dat een zeer, zeer uitzonderlijke situatie. Op een discussie over taalfaciliteiten in Wezembeek-Oppem begin jaren 2000 na, is dat de voorbije twintig jaar nergens gebeurd. Theoretisch kan het, maar het is een absolute noodrem”, benadrukt Brecht Warnez.

Brecht Warnez, professor bestuursrecht aan de UGent.©Davy Coghe a-DC
Brecht Warnez, professor bestuursrecht aan de UGent.©Davy Coghe a-DC

“Er is één uitzondering waarin de hogere overheid de burgemeester vervangt, maar dat is een absolute noodrem” – Brecht Warnez, professor bestuursrecht UGent

Noch professor Warnez, noch professor Reynaert zien de terrasdiscussie tussen burgemeesters en de federale regering zover ontsporen. “Een klacht kan, zowel vanuit politieke organen als van burgers. Dan is de gouverneur belast met een onderzoek”, stelt Herwig Reynaert. “Het ergste wat er in mijn ogen kan volgen, is dat de rebelse burgemeesters even op het matje worden geroepen bij de gouverneur.”

Andere controles

“Maar ik denk dat ze allemaal wel slim genoeg zullen zijn om niets op papier te zetten. Een gedoogbeleid waarbij horeca-uitbaters door de lokale politie niet gesanctioneerd zullen worden, is in mijn ogen gevaarlijk”, oppert Reynaert nog. “Mochten er dan federale politiecontroles of inspecties gebeuren, dan zijn de horecabazen zelf de dupe. Zonder officieel burgemeestersbesluit en de rugdekking van het lokaal bestuur zwart op wit zou ik het als cafébaas alleszins niet riskeren.” Gouverneur Carl Decaluwé geeft alvast aan dat het draaiboek voor controles klaarligt.

Koenraad Degroote van Dentergem, vindt dat de burgemeesters met 1 mei-plannen hun horecauitbaters niet het volledige verhaal vertellen. “Door zoiets te zeggen, geef je de indruk zomaar te kunnen beslissen waar de politie moet verbaliseren en waar niet. Maar wij kunnen ook opdracht krijgen van het parket om ambtshalve inbreuken op te sporen. Hoezeer we allemaal zouden willen dat de horeca kan heropenen, we moeten er in eerste instantie voor zorgen dat onze ondernemers niet in de problemen kunnen komen door onvolledige informatie.”

Politieke revolutie

De soep zal dus niet zo heet gegeten worden als ze wordt opgediend, daar zijn de experten het over eens. Maar het dossier staat volgens professor Reynaert wel symbool voor de groeiende wrevel tussen de verschillende bestuurslagen. “Er borrelt hier en daar een soort van politieke revolutie. Beslissingen van de ene laag waar de andere het niet mee eens is, leidt tot ongenoegen. Tot nu toe was het vooral Jean-Marie Dedecker, maar hij staat niet langer alleen. Met dit soort aankondigingen toont hij vooral dat hij tegengas durft geven, tegen de stroom in durft zwemmen. Het is een middel om druk te blijven zetten, en zich ook wat te profileren.”