“Het was niet onze bedoeling om een biercafé te worden”: Joeri Devolder viert tienjarig jubileum van Kaffee Bazaar

Speciaal voor het jubileum lanceert Joeri Devolder een eigen bier. © TOGH
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Kaffee Bazaar viert haar tiende verjaardag op dinsdag 30 april met een optreden van Kartje Kilo en de lancering van een eigen bier. Hoe kan het ook anders met een bierliefhebber als Joeri Devolder achter de tapkranen. “Maar een café met alleen speciaalbieren is saai. Een café moet leven, een ziel hebben”, zegt Joeri.

Kaffee Bazaar zag het levenslicht in 2012 in de Elverdingestraat, maar verhuisde tien jaar geleden naar de huidige locatie in de Boomgaardstraat. Reden genoeg voor een feestje en daarvoor pakken cafébazen Joeri Devolder en Nancy Demeester op dinsdag 30 april uit met een optreden van Kartje Kilo als Radio Mano Sport en de lancering van een eigen bier: Kaffee Jubilee, een gerookte stout van 11 procent. Dat het om een stout gaat, hoeft niet te verwonderen. “Wat moet je anders pakken? Een blond bier van zes graden? Dat is toch saai”, zegt bierliefhebber Joeri.

Waar is die passie voor bier ontstaan?

“Op mijn 14de heb ik voor de eerste keer een Jupiler gedronken. Ik was meteen verkocht. In Gent leerde ik dan meer Belgische bieren kennen zoals Cantillon en de trappisten. Dat is niet meer gestopt. Vervolgens leerde ik whisky appreciëren en dan ben je vertrokken voor alles wat drank betreft. Het is een geestige hobby.”

Ben je Kaffee Bazaar begonnen vanuit die passie voor bier?

“Het was vooral omdat we het beu waren om te werken voor een ander. Toen ik vrijwilliger was in het JOC vond ik het wel geestig om achter de toog te staan. Toen we begonnen in de Elverdingestraat botste het wel met de brouwer omdat je niets kon doen rond bier. We wilden een plek waar we vrij waren om alles te tappen wat we maar wilden. In het begin was het niet de bedoeling om een biercafé te worden, maar je groeit daarin. Onze eerste kaart telde honderd bieren. Als ik die nu bekijk, dan denk ik: oei.”

“We blijven in de eerste plaats een café, waar de mensen gewoon met elkaar kunnen praten”

“We zijn nu geëvolueerd en de klanten evolueren mee. Dat vind ik machtig. We verkopen heel speciale en extreme bieren en de klanten vragen ernaar. We hebben als enige in België een stout van 19 procent op vat. Doordat we na al die jaren goeie contacten hebben met importeurs en brouwerijen geraken we aan materiaal dat een ander in België niet kan hebben. Toch speciaal voor een kleine stad als Ieper. We krijgen dan ook bierliefhebbers uit heel België over de vloer, maar bijvoorbeeld ook uit Rijsel, waar je een mooie bierscène hebt.”

Schrikken al die speciale bieren geen klanten af?

“We blijven in de eerste plaats een café, waar de mensen gewoon met elkaar kunnen praten. We bieden ook 550 verschillende bieren aan, maar een café dat alleen maar speciaalbieren aanbiedt is saai. Een café moet leven, moet een ziel hebben.”

Hebben jullie getwijfeld om elders een café te openen?

“Nee, je kent hier iedereen, je bent hier thuis. Naar waar zouden we moeten lopen? Poperinge? Kortrijk? In Kortrijk is er niets. Kortrijk is gewoon goed in zichzelf verkopen als dé stad waar er van alles is. Ben je al eens weggeweest in Kortrijk tijdens de week? Er loopt daar geen volk rond.”

Ben je als cafébaas goed op de hoogte van alles wat leeft in de stad?

“Jazeker, en alle roddels weet je ook het eerst. Als er iets gebeurt, waar zullen de mensen erover praten? Niet bij de boekhouder alleszins. De mensen komen ook daarvoor. Onze stamgasten komen graag naar hier omdat ze dezelfde mensen zien achter de toog met wie ze kunnen babbelen. Als je tien jaar komt, dan gaan we je kennen. Van honderden stamgasten weten we waar ze op reis gaan, of ze kinderen hebben… Op den duur weet je alles. Mensen vinden dat geestig.”

Vind je het zelf ook geestig om cafébaas te zijn?

“Je bent je eigen baas, je hebt veel contact met mensen, het is nooit saai… Geen enkele dag is hetzelfde. Je weet nooit wie er door je deur zal stappen. Minpunten? Het kan wel eens saai zijn als er niemand aan de toog zit en voor je benen is het ook wel lastig, zeker tijdens het terrasseizoen. We zetten dan veel stappen en dan voel je dat je geen dertig meer ben.”

Het werken tot een gat in de nacht en in de weekends steekt niet tegen?

“Dat is verminderd. Sinds corona gaan mensen vroeger uit en vroeger naar huis. Vroeger bleef men plakken tot 3 uur, nu gaan ze om 1 uur naar huis. Het is een beetje verschoven naar zoals ze in Nederland, Engeland en Italië doen. Ik vind dat zeker niet erg. Dat was dan toch één iets positiefs aan corona.”

Ik zie in het café veel verwijzingen naar Ieper. Ben je trots om Ieperling te zijn?

(wijst naar een plakkaat van Brouwerij Central, een verdwenen Ieperse brouwerij, red.) “Als ik zo’n emaille zie liggen op een rommelmarkt, dan kan ik dat niet laten liggen. Ik ben opgegroeid in Zonnebeke, maar woon als de helft van mijn leven in Ieper. Ik zeg wel geen enni, maar voor de rest… Ieper is een schone stad, er is veel te doen. De huizen zijn nog min of meer betaalbaar. Het enige wat ik wel zie, is dat het toch een oudere bevolking is. Wij gaan graag eens naar Rijsel en ik zie daar veel meer jong volk in de straten.”

Privé: Joeri werd geboren op 13 november 1981 in Ieper. Hij heeft al meer dan twintig jaar een relatie met Nancy Demeester.

Loopbaan: Na zijn studies boekhouden-informatica werkte hij voor Stad Diksmuide als IT’er. In 2012 begon hij samen met zijn partner Kaffee Bazaar in de Elverdingestraat. Anderhalf jaar later verhuisden ze naar de Boomgaardstraat. Zeven jaar geleden werd het zijn fulltime job.

Vrije tijd: Reizen, bier – hij is lid van de Bierorde van Vauban – en uit eten gaan.