Cafébaas met neus voor muzikaal talent in De Nachtwacht: “Guinness van ’t vat, dat vind je nergens elders in de regio”

Terwijl een klant De Krant van West-Vlaanderen leest, bekijkt Brecht de soundcheck van een op til zijnd optreden. (foto WME) © WMe by Wouter Meeus
Wouter Vander Stricht

Corona zit nog wat in zijn kleren. Of is het de aanpassing naar het cafébazenbestaan zonder sluitingsuur? Uitbater Brecht Taghon vierde donderdag zijn 33ste verjaardag. Als cadeau krijgt hij een pagina in De Weekbode. “Een feest zal er niet echt aan te pas komen”, zegt de kroegbaas van De Nachtwacht. En ondertussen bereidt hij zich ook al volop voor op Melkrock dat na twee geannuleerde edities op 14 augustus weer van Watewy een festivalweide zal maken.

De Nachtwacht is een café dat door de jaren heen al enkele keren van naam veranderde. “Het vroegere volkscafé werd tot de Melkweg omgedoopt door Stefaan Lambert, vandaar ook de naam Melkrock. Later ging het café Talternatief noemen en vervolgens maakte James Vervenne er De Nachtwacht van”, doet Brecht Taghon nog eens kort uit de doeken.

Brecht Taghon was aan de slag als ‘web developer’ tot hij de kans kreeg om De Nachtwacht over te nemen. “Ik kwam hier af en toe al een handje toe steken bij James. Ik had hem ook kenbaar gemaakt, dat ik wel zou zien zitten om het café over te nemen. En in 2016 was het zover. Of het gebracht heeft wat ik ervan verwachtte? Mocht het tegengevallen zijn, dan was ik er al mee gestopt. Maar dat is dus niet het geval.”

Tot de vroege uurtjes

Ook De Nachtwacht moest dicht tijdens de lockdowns en daarna was er het sluitingsuur. “Tijdens de week zijn we een gewoon café met aandacht voor muziek, maar door de optredens op zaterdagavond zijn we op die momenten eerder een muziekcafé. En dat lokt volk van buiten de stadsgrenzen. We liggen ook niet pal in het centrum, maar we hebben ook onze vaste klanten. En een erg gevarieerd publiek. Twintigers zitten hier overigens te keuvelen met zeventigers, de verschillende generaties begrijpen hier elkaar.”

Ik heb nul ritmegevoel en geen zangstem, maar muziek is wel mijn ding

Brecht had ook zelf af te rekenen met corona en voelt daar toch de naweeën van. “Van vrijdag tot en met dinsdag open ik de deuren vanaf 16.30 uur tot sluitingstijd. En sinds het sluitingsuur opgeheven is, durft het wel eens laat te worden. Ja, soms tot 6 of 7 uur. Het café noemt niet voor niks De Nachtwacht. En onze klanten weten dat ze hier nog terecht kunnen als het elders al gesloten is. Maar ik ben dus vermoeider dan voor de lockdowns. Ofwel is het corona dat nog wat in mijn kleren hangt, ofwel verteer ik moeilijker die late uren. Woensdag en donderdag, mijn sluitingsdagen, noem ik mijn weekend. Maar het gebeurt soms dat ik heel de woensdag nodig heb om te recupereren, dat had ik vroeger niet.”

Brede muzieksmaak

Brecht is uit Ruiselede afkomstig, maar woont nu boven het café. De zaak runt hij in zijn eentje, op drukke momenten krijgt hij uiteraard wat hulp. En die drukke momenten zijn ook vaak de optredens. Het café heeft zelfs een uitklapbaar podium, een technicus helpt de cafébaas met geluid en licht. Maar Brecht beschikt ook echt over een neus voor muzikaal talent. “Je moet ook wat geluk hebben”, tempert hij zijn eigen verdienste. “Maar ik luister enorm veel naar muziek. Ik stop daar dus ook heel wat uurtjes in. Mijn eigen muzieksmaak is erg breed, van blues tot hardrock. Zelf bespeel ik geen instrumenten, ik heb nul ritmegevoel en beschik niet echt over een zangstem. Maar muziek is wel mijn ding.”

Zo strikte hij al Meskerem Mees die voor de luttele 50 euro kwam optreden en op zaterdag 21 mei komt Bluai. “Ik had ze al geboekt voor ze De Nieuwe Lichting wonnen, daarna zegevierden ze ook nog in Humo’s Rock Rally. Maar ze lagen hier dus al vast”, lacht minzame Brecht.

Backstage op Melkrock

Ook bij Melkrock is Brecht betrokken. “Zondag 14 augustus is het na twee jaar opnieuw zover. Onze affiche is er al, maar we communiceren daar eerstdaags over. Ik mag nog geen namen lossen.” Op Melkrock is Brecht mee verantwoordelijk voor het backstage gebeuren. “We zorgen dat de groepen goed ontvangen worden, dat alles op wieltjes loopt en ze niets te kort komen.”

Hebben die bands dan vaak niet de zotste verwachtingen? “Dat valt eigenlijk heel goed mee, muzikanten zijn ook maar gewone mensen waar je gewoon kan tegen babbelen.” En van wie was hij dan het meest onder de indruk. “Misschien wel Het Zesde Metaal. Dat is een bende van 15 man sterk, een geoliede machine. Echt professioneel!”

In de lockdown werd het terras van De Nachtwacht wat opgesmukt en in het café kan ook voetbal gekeken worden. “Ik hoor er zelf niet bij, maar Tielt telt nogal wat Club Brugge-fans. Dus zenden we die wedstrijden ook steevast uit”, aldus Brecht die een korte carrière had als jeugdvoetballer en daarna zijn gading vond in het tennis.

In De Nachtwacht zijn Stella en Jupiler van het vat te verkrijgen, maar Brecht tapt er ook Guinness. “We zijn allicht het enige café in de regio die dat doet. Er komen wel mensen speciaal naar hier om dat te drinken. En op 28 mei houden we ons GuinnessFest. Dan komt McBee’s Brewery, een Tieltse band die Ierse Folkrock brengt, hier optreden.”

Brecht heeft het dus naar zijn zin op de hoek van de Kasteelstraat en de Wittestraat. “We zitten hier goed. Ook onze buren zijn begripvol, er loopt hier bij optredens immers nogal wat volk rond. We hebben onze vaste klanten en ook gelegenheidsvolk bij de optredens. En ik amuseer me nog altijd in wat ik doe. Dus gaan we nog wel een tijdje door.”