Europese primeur voor de haven van Oostende, want daar werd voor het eerst op het continent een windturbine van maar liefst 400 ton via een roll-on-roll-off systeem in een tijhaven aan land gebracht.
Deze operatie wordt mogelijk gemaakt dankzij een investering van Haven Oostende in een drijvende laad- en losinstallatie die het gemiddelde verschil van 4,5 m tussen de twee getijden kan opvangen, waardoor er dus onafhankelijk van eb en vloed kan gelanden en gelost worden.
Met de aankomst van de Siemens 7 MW turbine (20m lang, 9m breed, 7m diep, 400 ton) was het technische team van Haven Oostende toe aan één van de grootste uitdagingen uit haar geschiedenis. Sinds in 2008 de activiteiten in de offshore wind sector begonnen, werd er immers nooit een groter onderdeel van een windturbine aan land gebracht. Dit zorgde voor spectaculaire beelden, die evenwel even snel weer voorbij waren. De voorbereidingen van deze roro-operatie mogen dan al een uur duren, het eigenlijke aan land brengen duurt slechts tien minuten. Voor het afrollen worden SPMT’s gebruikt, zelf-aangedreven modulaire trailers uitgerust met twaalf assen en 48 wielen, die het enorme gewicht van de gigantische onderdelen meester kunnen. Deze SPMT’s kunnen via een drijvend ponton met aansluitende verbindingsbrug van 60m lang die een maximum gewicht van 650 ton kunnen torsen tot bij de schepen raken.
Met deze nieuwe en unieke laad- en losinstallatie, die nu dus voor het eerste voor een dergelijke capaciteit werd gebruikt, is Haven Oostende een stap voor op andere Europese tijhavens. Zo blijft het haar marktpositie in de offshore windmarkt bewaken, en is de verdere uitbouw van het windmolenpark voor onze kust verzekerd.
(JG)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier