“Er is iets aan het borrelen”

© Benny Proot
Hannes Hosten

Het aantal restaurants in Oostende bleef de jongste jaren ongeveer op hetzelfde peil, maar we staan aan de vooravond van een serieuze opwaardering. Dat is de verwachting van Luc Deklerck van Bistro Mathilda, ook dit jaar goed voor 13 op 20 in de Gault & Millau. De kwaliteitslijst van Toerisme Oostende is dit jaar aangegroeid van 12 naar 25 adresjes.

Dit artikel maakt deel uit van ons Dossier Horeca in West-Vlaanderen.

Vier Oostendse restaurants kregen deze week een vermelding in de nieuwe Gault & Millau: naast Bistro Mathilda zijn dat Bentley’s en nieuwkomer Mange Tout, alle drie met 13 op 20, en de Marina met 14 op 20. “Ik ben vragende partij om er in Oostende nog wat degelijke collega’s bij te krijgen”, zegt Luc Deklerck van de Mathilda. “Enkele toppers van het klassiekere genre, zoals de Grillon en het Vistrapje, vielen weg. Er zijn wel enkele tapas- en fingerfoodverhalen bijgekomen. En binnenkort gaat de Savarin weer open.”

“Ik voel een zekere vibe in Oostende. Er is iets aan het borrelen”, vindt Luc Deklerck, ook ondervoorzitter restaurants bij HoReCa Middenkust. “We zullen op korte termijn iets zien, ook dankzij de inspanningen van Toerisme Oostende. Grote gastronomie hebben we nog niet, maar meer en meer slagen we erin om zaken hot te maken. In het zog daarvan moet het lukken om nog enkele toppers naar Oostende te halen.”

Michiel Rabaey

Nu vrijdag 17 november mogen we alvast nieuws verwachten van Michiel Rabaey. De leraar aan de hotelschool van Koksijde stond afgelopen zomer aan het fornuis van een pop-uprestaurant op de Hendrik Baelskaai. Hij kondigt nu een ‘nieuw culinair project voor Oostende’ aan. Dat gebeurt met steun van Toerisme Oostende, dat sinds vorig jaar fors inzet op het promoten van kwaliteitsvolle restaurants. Om op de kwaliteitslijst van Toerisme Oostende te komen, moet je zowel door een restaurantcommissie als door een ‘mystery team’ een positieve beoordeling krijgen.

De kwaliteitslijst ging begin dit jaar met twaalf restaurants van start, maar dat zijn er intussen 25 geworden. Enoteca del Berebene verdween van de lijst omdat de zaak intussen gesloten is. Nieuwkomers zijn Le Bassin, La Piazza, Le Chevalier, Jilles Burger, Toi, Moi et la Mer, Lobster, Brasserie Henry, Histoires d’O, Picobello, Ocean, het Prefectenhuis en de tapas- en lunchadresjes ‘t Groote Huys, Baristas no 75 en Mommy’s Bastards.

“De restaurantcommissie doet aanbevelingen en biedt extra ondersteuning”, legt directeur Peter Craeymeersch van Toerisme Oostende uit. “Zo hielpen we Bistro Mathilda bij het sociale-mediaverhaal. We trachten zo stimulansen te geven en proberen wie op kwaliteit werkt, nog meer te promoten. Dat moet ook tot enkele nieuwe locaties leiden. Michiel Rabaey is daar nu de eerste van.”

Totaalverhaal

“Daarnaast bundelen we de marketing rond gastronomie en organiseren we enkele evenementen, zoals het internationaal congres van hotelscholen dat deze week loopt, de 33 Meesterkoks die over enkele weken in Oostende bijeenkomen, A l’Ostendaise, de Boulevard de Champagne komend weekend en ‘Met kunst aan tafel’ in het kader van de tentoonstelling Het Vlot. Het is een totaalverhaal”, aldus Peter Craeymeersch.

“Ik weet niet of Oostende het publiek heeft voor een sterrenzaak”

Een nieuw restaurant dat op 30 november van start gaat, is Chez Paulette in de Madridstraat 6, op de vroegere locatie van Enoteca del Berebene. Frederic Lamquet wil er zijn gasten een easy chic gevoel geven. De 49-jarige Oostendenaar noemt sterrenchef Danny Horseele zijn grote leermeester. “Ik werkte bij hem in ‘t Molentje in Zeebrugge en kreeg daar de liefde voor het vak mee”, vertelt hij. “Later werkte ik vier jaar in het Andromeda Hotel onder Marcel Friederichs, 16 jaar in het restaurant van de Royal North Sea Yacht Club en de laatste jaren in de brasserie Albert in het Thermae Palace Hotel.”

“Mijn restaurant moet kwalitatief zijn en iets aparts bieden, zonder daarom te duur te zijn”, vertelt Frederic Lamquet. “Ik breng vooral de Franse en internationale keuken, maar met een heel beperkte kaart: zes degustatiegerechten, vijf onmisbare gerechten, één dagsuggestie en drie nagerechten. En dat alles kan je krijgen in tapasvorm, als voor- of hoofdgerecht. Je kan dus zelf je menu samenstellen.”

“Vrienden en kennissen hebben me altijd gepusht om zelf iets te beginnen, maar het is er door omstandigheden nooit van gekomen. En nu dus Chez Paulette. De naam van het restaurant is een ode aan mijn mama, die 17 jaar geleden veel te jong gestorven is en hield van lekker eten en een glas goede wijn. Haar portret krijgt een mooie plaats in het restaurant. Voor mij zijn de details erg belangrijk, maar dan zowel details die de kwaliteit benadrukken als details die de speelse richting uitgaan.”

Ster wordt moeilijk

“Oostende heeft een ruim aanbod aan restaurants, waarvan sommige kwalitatief en heel verdedigbaar zijn”, vindt Frederic. “Maar er zijn ook bepaalde dingen tekort. Daar probeer ik op in te spelen met Chez Paulette. Ik denk niet dat Oostende echt vatbaar is voor een sterrenzaak. Het kan altijd hé, maar het zal moeilijk zijn. Als iemand een ster verdient, is het volgens mij Luc Deklerck. Maar het is hem tot nu toe niet gelukt. En ook de Ostend Queen, die Oostende gastronomisch op de kaart moest zetten, slaagde er niet in een ster te versieren.”

“Ik weet niet of wij het potentiële publiek hebben voor een sterrenzaak. Oostendenaars gaan graag exclusief eten in het binnenland in plaats van in hun stad te blijven. Vroeger was het mijn ambitie om een sterrenchef te worden, maar nu niet meer. Ik ben wel ambitieus om mijn eigen keuken aan te bieden, maar in een ster moet je zwaar investeren. Je hebt er ook veel personeel voor nodig. Daar wil ik op mijn leeftijd de energie niet meer in steken. Ik kies nu de iets simpeler weg”, geeft hij nog mee.