Dames uit het schepencollege over hun shopgedrag en de Izegemse Koopjesdagen: “Handelaars en horeca tonen zich creatief”

De dames uit het schepencollege met v.l.n.r. Ann Van Essche, Lisbet Bogaert en Caroline Maertens kunnen het goed met elkaar vinden. (foto Frank)© Frank Meurisse
De dames uit het schepencollege met v.l.n.r. Ann Van Essche, Lisbet Bogaert en Caroline Maertens kunnen het goed met elkaar vinden. (foto Frank)© Frank Meurisse
Wouter Vander Stricht

Het klinkt wellicht stereotiep, maar als we aan koopjesdagen denken, gaan onze gedachten in eerste instantie uit naar de dames. Het Izegemse schepencollege telt drie vrouwen en met hen wilden we wel eens aan de gesprekstafel om het te hebben over shoppen, de Batjes, dames in de politiek,… Het werd een leuke babbel met Ann Van Essche, Caroline Maertens en Lisbet Bogaert.

Caroline Maertens (52, N-VA) is al aan haar tweede termijn bezig als schepen, Ann Van Essche (56, CD&V) en Lisbet Bogaert (44) zijn sinds deze beleidsperiode mee aan zet en zitten dus nu in hun derde jaar als schepen.

Caroline: “Ik heb dus al negen jaar als schepen op de teller. Als schepen van onder meer openbare werken, zit ik meer in de harde materie. Corona had op mijn beleidsdomein het effect dat we besloten om nu net meer werken uit te voeren, gezien er toch minder verkeer de baan op was. Het was dus extra druk.”

Ann: “Ik heb meer de thema’s die aansluiten bij mens en zorg en ook daar was het alle hens aan dek natuurlijk. Er was iedere dag overleg met de woon-zorgcentra.”

Op de Batjes teken ik ieder jaar drie dagen present – Schepen Lisbet Bogaert

Lisbet: “De evenementen staan natuurlijk op een laag pitje. In het eerste jaar leer je alles en iedereen kennen, maar in 2020 moesten we veel afgelasten. Ook dit jaar was dat al het geval, waardoor we op zoek gingen naar alternatieven. Het was iedere keer opnieuw schakelen. Voor de horeca en de economie hebben we met de Izegembon en vervolgens de Izegemse Kadobon toch mooie initiatieven op poten gezet. We zijn ook veel gaan luisteren naar de handelaars.”

Kunnen jullie je mannetje staan in het schepencollege?

Caroline: “We doen elk op onze eigen manier ons ding, maar het schepencollege is één groep. Zonder onderscheid tussen mannen en vrouwen.”

Lisbet: “We houden misschien wel meer rekening met de gevoelige zaken…”

Ann: “Maar daarom beslist een vrouw niet emotioneler.”

Ann, jij zit als enige CD&V’er in het schepencollege. Hoe voelt dat aan?

Ann: “Ik voel me er niet alleen. Ik ben er deel van het team.”

Caroline: “Het is ook niet zo dat wij daar op onze woorden letten, omdat er iemand ‘van een andere partij’ bij ons zit. We werken samen aan de ontwikkeling van onze stad. En op recepties geven we vaak samen acte de présence.”

Ann: “Het zal wellicht wat vreemd aanvoelen bij de volgende verkiezingen. Dan staan we weer elk op onze eigen lijst.”

De zomer wordt vooral een vakantie in Izegem – schepen Caroline Maertens

Jullie combineren je schepenambt ambt allemaal nog met een deeltijdse job. Doenbaar?

Ann: “Ik werk nog drie vijfden bij Markant. Maandag en dinsdag ben ik in principe thuis, maar je werk en de taken voor je schepenambt lopen wat door elkaar. Je bent wel constant bezig natuurlijk.”

Caroline: “Ik ben ook in de Sint-Jozefskliniek blijven werken. Al zijn dat in totaal niet zo heel veel uren meer, omdat ik nog wat ben verminderd gezien het zware pakket aan bevoegdheden deze legislatuur.”

Lisbet: “Ik ben zelfstandig logopediste. In principe werk ik halftijds, maar ik zie dat het ondertussen ook al weer wat meer geworden is. Maar ik werk ook samen met een collega, met wie ik dus kan afspreken.”

Niet enkel een job, maar ook nog een gezin en een partner om rekening mee te houden!

Ann: “Ik hoor zowat tot de ‘sandwichgeneratie’. Er zijn mijn ouders die al wat zorgen vergen. Mijn zonen Ruben (29) en Seppe (27) staan ondertussen op eigen benen. En met Poppie is er een eerste kleinkindje en er is al een tweede komst. In de eerste lockdown waren mijn partner Jef ( Maeseele, red.) en ik ook veel samen thuis, we zijn dat niet gewend. Anders hebben we allebei veel avondlijke vergaderingen.”

Caroline: “Onze dochter Maxine (24) is ook al het huis uit en woont samen met haar vriend, maar Mathieu (22) studeert nog geneeskunde in Gent. Al trekt die uiteraard ook zijn plan. En thuis komt het er vooral op aan om afspraken te maken. En ik heb het geluk dat mijn man me 100 procent steunt en mijn ding laat doen.”

Lisbet: “Met Viktor (19), Raf (17) en Remi (10) heb ik drie zonen. Het is inderdaad veel plannen, maar dat lukt wel. Ook al omdat ik van geluk mag spreken dat mijn partner veel zaken thuis overneemt en mij daardoor onvoorwaardelijk volledig steunt.”

Schepenen Caroline Maertens, Lisbet Bogaert en Ann Van Essche op wandel in de Marktstraat.© Frank Meurisse
Schepenen Caroline Maertens, Lisbet Bogaert en Ann Van Essche op wandel in de Marktstraat.© Frank Meurisse

In de lockdowns stortte de horeca zich op de takeaway. Deden jullie daar gretig aan mee?

Caroline: “Uiteraard hebben we ook wel afhaalgerechten besteld, maar je ervaart toch de niet sfeer als wanneer je je voeten op restaurant onder tafel mag schuiven. Dus ben ik blij dat ze nu weer open mogen zijn.”

Ann : “In de eerste lockdown bestelden wij meer dan in de tweede.”

Lisbet: “Om de horeca te steunen, hebben wij ook veel takeaway gegeten. Na een drukke week gun je jezelf dan eens om niet zelf te koken, maar zo’n maaltijden opwarmen in de microgolfoven is toch anders dan genieten op restaurant. Maar ik doe wel mijn petje af voor wat die mensen allemaal uit hun hoed toverden. Ook hier legden ze weer heel wat creativiteit aan de dag.”

Caroline: “Het is inderdaad opvallend hoe creatief die horeca-ondernemers uit de hoek komen.”

De terrassen openden op zaterdag 8 mei, op woensdag 9 juni de binnenhoreca. Waren jullie dan als eersten van de partij?

Ann: “Ik ben daar wat terughoudender in, maar uiteraard deden we al een terrasje. En met Markant vergaderden we al eens op het terras van het Cultuurcafé. Het was die avond wat frisjes, maar het was fijn weer eens samen te zijn.”

Caroline: “Wij kijken vooral uit om eens iets binnen te gaan eten, maar we aten ook al op een terras.”

Met CD&V hadden wij ook een standje op de Batjes – schepen Ann Van Essche

Lisbet: “Als schepen van Horeca was ik op 8 mei uiteraard present. Dat viel ook net samen met onze zaterdagmarkt. Je voelde dat de mensen er echt nood aan hadden. Die dag begon qua weer niet al te best, maar toch zat er al volk op die terrassen. Nog maar eens het bewijs dat Izegem ook echt wel een horecastad is, de Pekkersstad dus. Heel wat horecazaken hebben ook serieus geïnvesteerd.”

Caroline: “Ook een bewijs dat dat sterke ondernemers zijn. En de uitbreidingen die ze plaatsen, mogen ook best gezien worden.”

Mogen we jullie even terug in de tijd katapulteren? Welke horecazaken frequenteerden jullie in jullie ‘uitgaansjaren’?

Ann: “De Tiger Pub in Aalst. Maar toen ik 20 jaar was, leerde ik ook Izegem kennen. En toen arriveerde ik in de Metropol bij ‘Vis’. En ‘Vis’, die ik recent tegen het lijf liep, is altijd mijn maatje gebleven. Maar soms bleven we ook in Kachtem en daar was Hoornaerts de place-to-be. En andere avonden gingen we ook eens naar ’t Doolkruydt waar we dan bij Jimke ’s nachts uiensoep dronken.”

Caroline: “Ik stam uit de tijd dat de Bel Epok floreerde. Maar ook de Olympia heb ik nog levendig meegemaakt.”

Lisbet: “In de Antheus heb ik heel wat uren gesleten, maar ook in de Portico en later de Cottage waren we vaak te vinden.”

Voor het tweede jaar op rij geen Batjes zoals we die gewoon zijn. Waren jullie in precoronatijden fervente Batjesgangers?

Caroline: “Ik ga het liefst op vrijdag. Je vermijdt dan wat de drukte en er lopen dan veel Izegemnaars rond.”

Ann: “Door mijn partner Jef ( vroeger voorzitter Unizo Izegem, nu provinciaal voorzitter, red.) was ik vaak van de partij. Bij de opening, maar ook het vergezellen van groepjes en zo. En ik kon dan ook genieten om op een terras te zitten en mensenmassa gade te slaan.”

Lisbet: “Ik ga altijd drie dagen. Op vrijdag woon ik de opening bij, maar ga ik kort na de middag ook al kijken waar er interessante koopjes te doen zijn. Op zaterdag doe ik de toer met mijn moeder en op zondag met de menage . Het toffe is dat je er ook altijd mensen tegen het lijf loopt die je in tijden niet gezien hebt.”

Ann: “Met de partij hadden wij ook nog een standje op de Batjes.”

Lisbet en Caroline: “Wij ook. Bedoeling was om dat opnieuw te doen, maar dat lukt nu al twee jaar niet.”

Geen Batjes dit jaar, maar wel koopjesdagen.

Lisbet: “Ik zie dat wel aanslaan. Het is niet voor niks dat er al een vierde dag toegevoegd is aan het weekend. Een mooi initiatief dat ook uitgebreid is naar de handelaars buiten het centrum. Veel handelaars hebben ook veel stock over. Er zullen dus wel koopjes te doen zijn. En hopelijk voor de handelaars kunnen ze zo toch nog iets recupereren na een moeilijk seizoen.”

Ann: “Er waren geen feesten, geen communies,… Mensen hadden minder reden om zich op te dirken.”

Caroline: “Dat heeft mij niet tegen gehouden om toch iets te kopen.” ( lacht )

Waar gaan jullie wel eens shoppen? Tot welke categorie shoppers horen jullie?

Caroline: “Zonder namen van zaken te noemen, gebeurt dat eigenlijk het meest in Izegem. Ik ben eigenlijk een snelle shopper en hou niet zo van snuisteren. Ik heb meestal al in gedachten wat ik wil kopen voor ik de winkel binnenstap. Als ik er in een grote stad eens een dagje erop uit ben, dan flaneer ik wel eens door de winkelstraten.”

Ann: “Ik ga het liefst alleen shoppen en ik ben een praktische shopper. In een winkel heb ik ook niet graag dat ze me helpen, ik zoek het liever zelf uit. En ik koop ook zelden zaken waarvan ik later spijt heb. Ik doe dus weinig miskopen. En ik koop ook bijna nooit online, behalve dan bij Izegemse handelaars.”

Lisbet: “Ik hou er dan wel weer van om eens van winkel naar winkel te gaan en in de rekken te snuisteren. Maar ik ga zelden alleen, meestal ben ik op pad met mijn moeder. Noem mij gerust een funshopper. Ook mijn partner gaat vaak mee, die shopt even graag als ik. En terwijl ik in het pashokje sta, brengt hij al andere zaken waarvan hij denkt dat ik die mooi vind.”

Ann: “Als Jef mee is, gaat hij in de zetel van de winkel zitten en wacht tot ik klaar ben.” ( lacht )

Hoe ziet jullie zomer uit?

Caroline: “We zullen in de zomermaanden in Izegem blijven, maar gaan in september een weekje naar het buitenland. We hebben het geluk geen rekening te meer te moeten houden met de schoolvakanties. Maar in de zomer zullen we dus vaak in Izegem te zien zijn.”

Ann: “Wij gaan graag eens een weekendje weg, iets wat we toch gemist hebben door corona. In juli trekken we naar Extremadura en Andalusië, twee Spaanse regio’s en zullen net op tijd terug thuis zijn voor het tweede spuitje van Jef.”

Lisbet: ”Deze zomer zullen we ook opnieuw genieten van eigen stad, maar een weekendje in de Hoge Venen en een weekendje met de motor staan wel al gepland. En in september wordt het dan een weekje Malaga.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier