André Vermeulen: “Eurovisiesongfestival had vroeger veel meer impact”

André Vermeulen: “Sinds die avond in april 1967 bij tante Cecile in Brugge ben ik weg van Eurosong.” (foto Davy Coghe)©Davy Coghe Davy Coghe
André Vermeulen: “Sinds die avond in april 1967 bij tante Cecile in Brugge ben ik weg van Eurosong.” (foto Davy Coghe)©Davy Coghe Davy Coghe
Hannes Hosten

Vlaanderens grootste songfestivalspecialist is een West-Vlaming: André Vermeulen (65) groeide op in Brugge en Torhout. Sinds de VRT-journalist op 1 november – een beetje tegen zijn zin – na 36 jaar dienst met pensioen ging, kon hij zich wijden aan zijn grote liefde. Het boek ‘Van Canzonissima tot Eurosong’, over 65 jaar Belgische preselecties voor het Eurovisiesongfestival, is daarvan het resultaat.

We spreken af in Ruddervoorde, in het biotuinbouwbedrijf van Andrés broer Philip, tegen de grens met Torhout. Voor de voormalige VRT-journalist is het echt back to the roots . Wat verder, op de Torhoutse wijk Maria Assumpta, hadden zijn ouders ook een tuinbouwbedrijf. André was acht jaar toen het gezin met vijf kinderen van Sint-Andries-Brugge naar Torhout verhuisde.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Het is goed toeven in de serres van Philip, maar André heeft er niet zulke vrolijke herinneringen aan. “Op een tuinbouwbedrijf kan veel werk door kinderhanden worden gedaan. Tomaten plukken, wegen, triëren, in bakjes doen, de sla plukken… Ik deed dat allemaal niet zo graag. Ik verlangde altijd naar het einde van de vakantie, zodat ik weer naar school mocht. Maar mocht ik niet in Brussel wonen, ik zou hier wel nog eens komen helpen hoor.”

Destijds niet belangrijk

André was 36 jaar VRT-journalist, presenteerde het journaal, maakte reportages over de meest diverse onderwerpen en specialiseerde zich in Latijns-Amerika, Spanje, Italië en het Vaticaan. Maar zijn grote stokpaardje is natuurlijk de showbizz in het algemeen en Eurosong in het bijzonder. Een guilty pleasure ? Néé, zegt hij stellig. “Daar is niets stiekems aan. Ik kom ervoor uit dat ik iets leuk vind. Maar op de redactie werd daar destijds niets aan gedaan. Dat was geen serieus nieuws. Toen ik toch eens naar Torhout/Werchter mocht, drukte mijn hoofdredacteur me op het hart dat het niet om de artiesten ging, maar om de mensen die er naartoe gingen.”

“Toen Sandra Kim in 1986 het songfestival won in het Noorse Bergen, was daar geen ploeg van het BRT-journaal aanwezig. En geen enkele Franstalige journalist, wel wat Vlaamse krantenjournalisten. Het volgende jaar vond het festival in Brussel plaats en toen hebben we dat wel rechtgezet. Sindsdien is de songfestivalberichtgeving nooit meer weggegaan. Ik kon ook heel snel als commentator naar het festival. Dat deed ik van 1991 tot 2013.”

Tante Cecile

De liefde van André Vermeulen voor de jaarlijkse Europese liedjeskermis is al veel ouder. “Ik weet nog exact wanneer het begon. In april 1967 logeerde ik in de paasvakantie bij mijn tante Cecile, die een tabakswinkel uitbaatte op het Simon Stevinplein in Brugge. Daar keek ik voor het eerst naar het songfestival. Simonne, die daar werkte, had me al helemaal in de stemming gebracht door te vertellen over Canzonissima , het Belgische selectieprogramma.”

“Ik vond dat dus ongelooflijk! Zeventien landen deden mee en iedereen zong in zijn eigen taal. Het stoorde me niet dat ik niet alles begreep. Je kan van een liedje genieten zonder alles te begrijpen. Als kind schreef ik al schriften vol over het songfestival. En ik had natuurlijk het ongelooflijke geluk dat ik het festival later ook professioneel mocht volgen. Al hield ik wel van de combinatie met ander nieuws. Daardoor ben ik in geen van beide ooit fanatiek geworden.”

Preselecties

In het lijvige en rijk geïllustreerde werk Van Canzonissima tot Eurosong biedt André een overzicht van alle Belgische preselecties, met alle – dikwijls nooit eerder gepubliceerde – verhalen die daarbij horen. De Belgische inzendingen, zelfs al deden ze het slecht, bleven dikwijls langer hangen dan de winnaars van het songfestival. In de jaren 60 en 70 gebeurde de selectie van de Vlaamse inzendingen via Canzonissima , een vier maanden durende tv-show waar heel Vlaanderen over praatte. Later volgden nog veel spraakmakende selecties, zoals die van Pas De Deux met Rendez-vous ( maar de maat is vol, en mijn kop is toe, red. ) in 1983. “De vakjury koos voor Pas De Deux, maar het publiek op de finale protesteerde luid… en het nummer haalde in München een 18de plaats op 20 deelnemers”, weet André.

“De preselecties waren voor velen interessanter dan het festival zelf”

“De mooiste Vlaamse inzending vond ik Liliane Saint-Pierre met Soldiers of Love in 1987. En bij de meer recente inzendingen vond ik Tom Dice heel goed, met Me and my guitar in 2010. Een preselectie enthousiasmeert het publiek, maar leidt niet noodzakelijk tot het beste resultaat op het festival zelf. Tom Dice daarentegen, door de VRT intern gekozen, zonder preselectie, werd zesde. De RTBF leverde doorheen de jaren betere resultaten af dan wij, maar koos zijn kandidaten ook meer intern. De VRT heeft niet altijd even goed gekozen. Al profiteerden de Franstaligen ook van het taalvoordeel. Nederlands begrijpt bijna niemand.”

Vroeger meer impact

“Het Eurovisiesongfestival had vroeger veel meer impact dan nu, daar kan je niet omheen. De kijkcijfers zijn nog altijd heel hoog, maar het is niet meer zo dat iedereen daags na het festival naar de platenwinkel snelt. Er waren toen ook veel minder tv-zenders, waardoor één programma een enorme impact kon hebben. Ook voor mij lag het hoogtepunt in de jaren 60 en de eerste helft van de jaren 70. Het waren mijn jeugdjaren, dat speelt ook mee, maar toch. Toen was het songfestival muzikaal iets aparts, nu loopt het vooral de muziek van het moment achterna.

“Hooverphonic maakt zeker kans”

André Vermeulen pleit al 20 jaar om Hooverphonic als Belgische inzending naar het songfestival te sturen. Vorig jaar zou dat eindelijk het geval zijn en wou hij er de laatste songfestivalreportages van zijn loopbaan draaien, maar corona sloeg die droom aan diggelen. Het festival ging niet door. André is dan ook maar wat blij dat hij, ondanks zijn pensioen, toch mee mag met de VRT-delegatie naar Rotterdam. Hij schat de kansen van Hooverphonic hoog in.

“Ze zijn niet voor één gat te vangen. Hun muzikale input komt niet enkel uit de pop, maar ook uit de variété. Er zit zelfs wat Gainsbourg in. En hun muziek is sierlijk, wat altijd scoort op het songfestival. Dus ja, voor mij zijn ze zeker kanshebber. Ze worden wel niet getipt, maar de avond zelf zal blijken hoe hun nummer contrasteert met de anderen. En daar komt het op aan. Hooverphonic blijft altijd zichzelf. Ze maakten niets speciaal voor het songfestival, maar een normaal Hooverphonic-lied. En Geike Arnaert kan dat goed brengen.” (HH)

‘Van Canzonissima tot Eurosong. 65 jaar Belgische preselecties voor het Eurovisiesongfestival’ van André Vermeulen is uitgegeven bij Kritak.