Maak kennis met modefotografe Anila Coba: “Met mijn foto’s ga ik terug tot de essentie”

“Beelden zijn soms zo vluchtig, zeker op sociale media”, aldus Anila Coba.©Davy Coghe Davy Coghe
“Beelden zijn soms zo vluchtig, zeker op sociale media”, aldus Anila Coba.©Davy Coghe Davy Coghe
Gillian Lowyck

Anila Coba vond enkele jaren geleden haar grote passie. Fotografie liet haar niet meer los en sindsdien is ze er voltijds mee bezig. Modefotografie is helemaal haar ding. “Beelden zijn soms zo vluchtig, zeker op sociale media. Mensen beseffen niet hoeveel tijd en werk er vaak in één zo’n foto zit.”

Het is eindelijk lente en dat betekent dus geen Mercatorinterview aan boord, maar wel buiten, in de zon. “Ik heb niet echt een band met de Mercator, maar wel met Oostende”, zegt Anila Coba terwijl we ons op een bankje zetten met zicht op het zeilschip. “Natuurlijk is de Mercator het eerste wat je ziet als je de stad binnenrijdt, op dat vlak is het dan weer heel herkenbaar.”

Heb je een sterke band met de stad?

“Ja, toch wel. Ik woon ondertussen al een paar jaar in Oudenburg, maar dat is Groot-Oostende hé (lacht). Oostende voelt voor mij als thuiskomen. Ik denk dat Oostendenaars het gevoel wel zullen begrijpen: het is bijzonder om van hier afkomstig te zijn. Het heeft iets speciaals. Mijn roots liggen in Albanië. Toen ik twaalf jaar was, zijn we naar Oostende verhuisd. Ik heb heel goede herinneringen aan mijn jeugd en ga nog regelmatig op bezoek bij vrienden en familie. Maar ondertussen woon ik al veel langer in België dan ik ooit in Albanië heb gewoond. Mijn roots blijven belangrijk voor mij, maar ik voel me meer Belg.”

Hoe ben je gestart als fotografe?

“Ik was aan de slag als payroll-adviseur en was op zoek naar een hobby. Iets waarin ik me creatief kon uitleven, want met een bureaujob lukte dat niet echt. Mijn papa en opa waren altijd al fanatiek bezig met fotografie. Ik heb een goede band met mijn papa, dus besloot ik om eens te kijken of het ook iets voor mij was. Ik heb een jaar avondschool gevolgd in Oostende, dat was goed om de basis te leren. Na die opleiding volgde ik ook nog twee jaar les aan Syntra. De fotografie liet me ondertussen niet los en van het een kwam het ander. Ik kreeg de vraag om foto’s te nemen en die vraag kwam meer en meer. Maar het was nooit de bedoeling om er professioneel mee bezig te zijn.”

Uiteindelijk waagde je toch de stap om zelfstandig te worden?

“Ja, eerst in bijberoep, maar ik ben vrij snel fotograaf in hoofdberoep geworden. Ik vond dat het iets was dat ik moest proberen. En het is me direct goed bevallen: ik heb veel meer tijd om helemaal in mijn flow en vibe te zitten. Voor iedereen die twijfelt over zelfstandig worden: niet twijfelen, gewoon de sprong wagen.”

Wat voor foto’s neem je?

“Modefotografie is helemaal mijn ding, daarin wil ik echt verder gaan. Ik vind het heel leuk om een wereld te creëren en helemaal conceptueel te werken. Een trouwfeest fotograferen is uiteraard ook leuk, maar daar is iedereen beïnvloed door die dag. Alle mensen op de foto’s zijn gelukkig. Ik hou van het pure, niet beïnvloed, het naturelle, de essentie. Ik neem dus het liefst portretfoto’s.”

Vanwaar de interesse in modefotografie?

“Ik ben zelf met mode bezig, het is een fijne manier om jezelf uit te drukken. Een van mijn allereerste opdrachten was voor een winkel. Dat was misschien wel een eerste aanzet, want ik vond dat superleuk om te doen. Vandaag doe ik ook nog altijd huwelijksfoto’s hoor. Bedrijfsfotografie en personal branding doe ik ook. Het is dat evenwicht dat mijn job zo fijn maakt.”

Waar haal je je inspiratie?

“Vooral van een offday. Even naar buiten gaan wandelen. Musea bezoeken, films bekijken… Ik hou vooral van buitenlandse, alternatieve films. Ik hou ook heel erg van magazines en kan ervan genieten om er een hele dag in te bladeren. Ik hou alles bij. Of soms ook gewoon iets dat er gebeurt, iemand die je ontmoet, een foto… Op het moment zelf heb je het niet door, maar achterliggend blijft dat dan sluimeren. Ik ben heel visueel ingesteld en er blijft veel hangen.”

Heeft de coronacrisis een grote invloed op je werk?

“Dat valt vandaag goed mee. Tijdens de eerste lockdown was dat toch anders, toen was het heel lastig. Nu mag ik gelukkig blijven werken. Huwelijken zijn wel geannuleerd of verplaatst. Als ik een week geen foto’s kan nemen, dan word ik daar ambetant van. Het kriebelt direct. Ik krijg energie van andere mensen rond me, maar ik kan even goed op mezelf zijn. De eerste lockdown was voor mij ook een periode om te herbronnen, na te denken welke richting ik uit wil met mijn fotografie.”

Grote modecampagnes zoals je vaak in het straatbeeld ziet, is dat iets voor jou?

“Goh, ik denk het niet. Ik wil dat mijn fotografie uniek en authentiek blijft, niet iets voor de massa. Ik denk dat ik daar ongelukkig van zou worden. Als ik heel veel opdrachten in een keer heb, dan zou ik overrompeld worden en zou de passie wat weg zijn. Dat wil ik absoluut vermijden. Beelden zijn soms zo vluchtig, zeker op sociale media. Mensen beseffen niet hoeveel tijd en werk er vaak in één zo’n foto zit.”

Waar droom je nog van?

“Ik zou me graag meer toeleggen op analoog fotograferen. Ik denk ook na over film. In feite ben ik op zoek naar manieren om fotografie trager te maken. Verder droom ik ook over mijn eigen stijl: alle elementen uitschakelen en het pure menselijke tonen. En reizen, van zodra het weer kan.”