Gerard Holmens’ Hulde aan Léon Spilliaert

Het monumentale werk van Gerard Holmens staat wat verloren in het plantsoen tussen Leopold II-laan en Hendrik Serruyslaan. (foto ML)
Redactie KW

Wat verloren midden het groen van een plantsoen tussen de drukke Leopold II-laan en de Hendrik Serruyslaan rijst monumentaal in witsteen het kunstwerk ‘Hulde aan Léon Spillaert’ van de hand van Gerard Holmens op

Het beeld werd in 1964 aan de stad geschonken door de Vlaamse Toeristenbond. In dat jaar vierde Oostende haar 1000-jarig bestaan (sic). Voor dit feestelijk millennium, dat burgemeester Jan Piers erg groot had opgevat, kwam ook het voormalige opleidingsschip Mercator, toen nog maar pas een paar jaar uit de vaart genomen, vanuit zijn thuishaven Antwerpen voor het eerst aanmeren in het gelijknamige Oostendse dok.

Eenzame wandelaar

Oostendenaar Léon Spilliaert (1881-1946) is een van de belangrijkste Belgische kunstschilders uit de eerste helft van de vorige eeuw. Als erg productief kunstenaar maakte hij meer dan 4500 werken, meestal in een gemengde techniek van potlood, aquarel, gouache, Chinese inkt en krijt op papier. Hij valt moeilijk binnen een kunstrichting te vatten en wist als geen ander de sfeer van het nachtelijke Oostende te vatten. Erg gevoelig voor slapeloosheid ging hij, als gepassioneerd flaneur, vaak in zijn eentje ’s nachts wandelen langs dijk, kaai en strand.

In het monument zie ik een zekere koude die bij nader inzien toch warm aanvoelt

“In het monument zie ik Spilliaerts eenzaamheid, maar ook zijn zin voor het sierlijke en een zekere koude die voor mij bij nader inzien toch warm aanvoelt”, zo omschreef beeldhouwer Gerard Holmens (1934-1995) zijn vier meter hoge creatie van lijnen, holtes, holle en bolle vormen in taille directe.

Stad van schilders

Na zijn studies aan de Gentse Academie voor Schone Kunsten en een lessencyclus bij Osyp Zadkine in Parijs vestigde de jonge Oostendse kunstenaar zich in de Fortuinstraat op het Hazegras. Later woonde hij nog in Slijpe en in een kasteeltje nabij Lourdes.

“Gerard Holmens staat synoniem voor het begin van de actuele beeldhouwkunst in onze stad”, zegt kunsthistoricus en ereconservator Norbert Hostyn. “Toch is Oostende in de eerste plaats een stad van kunstschilders en niet echt een stad van beeldhouwers. Alhoewel er heel wat sculpturen in het straatbeeld te vinden waren of zijn. Denk aan de vroegere hotel- en villagevels uit de belle epoque, de St.-Petrus en Pauluskerk. Er zijn de beelden in de openbare ruimte van Jacques de la Laing, Alfred Courtens, Pieter Braecke, Willy Kreitz, Oscar Jespers, Georges Grard, Paul Perneel, Fernand Vanderplancke, Livia Canestrano, Stefaan Depuydt en de Oostendenaren Gust Michiels, Hubert Minnebo, Jacky De Maeyer, Josiane Vanhoutte en anderen.”

Sculpturen op strand

In 1961 kreeg Holmens een eerste expo in het Kursaal. In 1969 organiseerde Frans Aerts op 14 augustus een spraakmakende tentoonstelling van Holmens’ sculpturen op het strand en in 1990 is er in het Museum voor Schone Kunsten op het Wapenplein een omvangrijke overzichtstentoonstelling.

In zijn geboortestad blijft Gerard Holmens aanwezig met twee monumentale realisaties langs de Leopold II-laan. Naast ‘Hulde aan Spilliaert’ is er ook ‘Ruimtelijke zelfstandigheid’ in het Leopoldpark. (ML)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier