Eva Lesage (25) schrijft opmerkelijke kortverhalen: “Ik wil dat horror meer gewaardeerd wordt”

“Dat mensen iets kunnen creëren dat mensen angst kan doen voelen, gewoon met woorden, vind ik echt een kunst”, vindt Eva Lesage. (foto TOGH)
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Al toen ze zeven jaar was, schreef Eva Lesage verhaaltjes over monsters en vampieren. Nu heeft ze op 25-jarige leeftijd haar eerste volwaardige boek met horrorkortverhalen af. In de Ieperse bibliotheek is ze ondertussen ook al een jaar een bekend gezicht achter de balie.

Op donderdag 29 september nodigen Bibliotheek en Davidsfonds Ieper zes Ieperse auteurs, die recent nieuw werk publiceerden, uit in de bib. Naast Marc Debuysere, Elodie Foulon, Peter Lacante, Riane Malfait en Ann Pype, vertelt ook Eva Lesage (25) over het boek dat ze geschreven heeft. “Het is een horrorboek”, vertelt Eva. “Horror interesseert me heel hard. Al van kinds af, want de eerste verhaaltjes die ik schreef toen ik zes of zeven was, waren ook horrorverhalen. Dat was toen over monsters en vampiers, met zelfgemaakte tekeningen. Nu is het iets subtieler. Hoe mensen soms vreemde interesses kunnen hebben, psychologische metamorfoses, onderliggende strubbelingen… Het enge van het menselijk zijn.”

Van waar komt die fascinatie voor horror?

“Ik weet het echt niet. Het is niet dat mijn ouders daarmee bezig waren of zo. Het is gewoon zo gekomen. Ik denk dat het gevoelsmatig is: die adrenaline… Dat mensen iets kunnen creëren dat mensen angst kan doen voelen, gewoon met woorden, vind ik echt een kunst. Vooral in een boek. Ik hoop dat ik dat ook kan. Ik lees ook veel non-fictie over horror, bijvoorbeeld over sektes. Alles wat een beetje met de donkere onderwereld te maken. Horrorfilms kijken doe ik zelfs om mij te ontspannen, als ik me niet zo goed voel of verdrietig ben. En dan voel ik me echt opgevangen. Niet dat ik zelf donker ben. Ik lach wel veel en ben vriendelijk… Ik snap niet vanwaar het komt. Misschien is dat interessant voer voor een psycholoog.”

Wie zijn jouw voorbeelden?

“Stephen King vooral, maar ook Shirley Jackson, zeg maar de vrouwelijke Stephen King. Mariana Enriquez is een van de redenen dat ik aan mijn boek begon. Het boek Dingen die we verloren in het vuur van Mariana Enriquez is een van de redenen dat ik aan dit boek begon. Pas drie jaar geleden heb ik haar ontdekt en ik dacht: zo wil ik ook kunnen schrijven. Dat zijn ook allemaal kortverhalen, net zoals bij mij. Het is ook niet dat ik alleen horror lees, maar ik voel wel dat ik altijd naar dat genre terugkeer.”

Horrorfilms kijken doe ik om mij te ontspannen

Waarom koos je de titel ‘Thuis voor het donker’?

“Dat is iets dat ouders zeggen tegen hun kinderen, je hoort het ook vaak in films. Het is precies alsof alle mayhem losbarst als het donker wordt, alsof uit alle krochten van de stad monsters zullen komen. De verhalen staan allemaal los van elkaar, maar wat ik wel merk is dat ik vaak naar vrouwelijke personages grijp. Vaak verbeeld ik de dingen eerst in mijn hoofd en dan zie ik vaak meisjes of vrouwen. Dat is onbewust. Pas bij het nalezen heb ik dat gemerkt.”

Speelt Ieper een rol in jouw verhalen?

“Niet echt, al kunnen de verhalen zich wel in Ieper afspelen. Ik had ook eens een verhaal geschreven over een kat, maar kreeg het niet over mijn hart om er een horrorslachtoffer van te maken. Met mensen vind ik dat minder erg. Ook in verhalen en films heb ik moeite met dierenleed. Zelf heb ik ook drie toffe katten: Bill, Butch en Buffy. De eerste twee zijn genoemd naar personages uit films van Quentin Tarantino, Buffy verwijst dan weer naar de serie Buffy The Vampire Slayer. Ik ben dan ook trots dat ik van de kattenstad ben.”

Zou je jezelf omschrijven als een bibliofiel?

“Zeker. Mijn doel was om dit jaar 44 boeken te lezen en nu zit ik aan 31. Ik ben iemand die boeken koopt en vervolgens vergeet dat ze daar liggen. Dan stapelen ze zich op. Ik kan het niet laten. Zelfs al heb ik een boek gelezen in de bib, dan nog zou ik het kopen als ik het een mooi boek vind. Niet dat ik er nog in kijk, dat moet gewoon in mijn kast staan. Hoeveel boeken ik heb, weet ik niet precies, maar het zijn er zeker duizend. Ik heb zelfs een hele kast met Stephen King-boeken.”

Is werken in de bibliotheek dan jouw droomjob?

“Absoluut. Je leert nog meer ontdekken, je bent de hele tijd omringd door boeken, door mensen die boeken nodig hebben… Ik vind het heel tof om met al die verschillende mensen in contact te komen en ik help ook graag om mensen boeken aan te raden of te vinden. Aangezien ik in mijn studies cultuurwetenschappen ook letterkunde en literatuur kreeg, kan ik er wel iets over vertellen.”

Je hebt nog geen uitgever voor je boek. Hoe graag wil je dat het gepubliceerd wordt?

“Supergraag. Mijn droom is echt om auteur te worden. Ik doe het niet voor het geld, want om je brood te verdienen met schrijven moet je echt wel Herman Brusselmans zijn. Voor mij is het gewoon belangrijk dat ik iets kan bereiken, met iets dat ik graag doe. Vooral met die horror, ik wil dat dit meer gewaardeerd wordt. Ik wil horror meer op de kaart zetten.”

Is het niet de ultieme droom om verfilmd te worden?

“Ik denk dat ik het nooit goed genoeg zal vinden. Het zal nooit zijn zoals ik het zie in mijn hoofd. Dat hoeft dus niet voor mij. Zeker ook omdat je weet dat mensen het dan zullen bekritiseren. Dat zou ik moeilijk vinden. Ik heb daar wel mijn energie, tijd en een stukje van mezelf in gestoken. Ik sta wel altijd open voor feedback als het op een respectvolle manier gebeurt.”