Als ‘Oostende voor Anker’ de lente inluidt, dan is ‘TAZ’ de hoogzomer.

Redactie KW

Onze medewerker Marc Loy maakt zijn analyse van TAZ.

Wat is de beste voorstelling die je ooit zag?

Na 21 edities een venijnig vraagje. Er zijn natuurlijk de herinneringen aan passages, tekstflarden, auteursprestaties, decors en locaties. Maar namen van voorstellingen… . Of zoals Michaël Decock nog schreef in De standaard donderdag jl.: “Theater is een monster dat zijn eigen kinderen opeet. Het is een cliché maar als de lichten doven aan einde van de voorstelling, dan verdwijnt het gespeelde eerst naar de herinnering, daarna naar de vergetelheid.”

Maar de verrassende locaties (Ken je stad!) blijven me des te sterker bij: stationsloodsen, havenhangars, een fort, het ruim van een binnenschip, een truck, ‘t Bosje en Den Hof, de serres van de groendienst, een ondergrondse parking, een verkoopzaal, het kursaalpodium, het Atheneum, zelfs de tweemastsloep Nele op een (rustige) zee.

Dit jaar wel erg genoten van ‘Witroodzwart: de wederopbouw van het Westen’ van Compagnie De Koe en ‘Zingarate’ van Compagnie Cecilia Maar dus ook erg veel gemist. ‘Ne Swarte’ van en met Jan Decorte viel zwaar tegen omdat de man ondanks aandringen van het publiek de moeite niet deed zich verstaanbaar te maken tot op de laatste rijen. Een geluidsinstallatie in de NMBS-loods is geen luxe in een omgeving waar passerende treinen en vooral krijsende meeuwen nog voor het publiek de toneeltekst meepikken.

Wat betekent TAZ voor jou?

Als ‘Oostende voor Anker’ de lente inluidt, dan ‘TAZ’ de hoogzomer. Het kantelen van het kalenderjaar. Al in januari in de agenda een gemarkeerde periode die vrij wordt gehouden. Eens gestart, dan domineren de gemaakte keuzes de rest van de dagindeling. Naast de dijk- en stranddrukte ontstaat een tweede epicentrum van gezellige zomerse gemier rond De Grote Post en Café Koer: aan en af, vertrekken en toekomen, ontmoeten en weerzien. Hert jaarlijkse reünie van Oostendenaars, vrijwilligers, academiestudenten, bekende gezichten… .

In de loop van de jaren toch wat gesnoeid in het aantal voorstellingen per dag. Uiteindelijk gerantsoeneerd tot één of twee per dag. Een voorstelling moet nog de tijd van bezinken krijgen. Op café Koer ben ik hoogstens een passant. Nooit de zon zien opkomen boven de bomen of TAZ als letterwoord van achter naar voor beleefd!

Waarom is TAZ zo belangrijk voor Oostende?

Zou er een Oostende bestaan, zonder de zee? TAZ is Oostende. De idee voor het festival komt ook van twee Oostendenaars: toenmalig schepen Dries Vermeesch en aangespoelde directeur voor toerisme Geert Declerck. En als libertijnse stad kon het festival in de voorbije 2 decennia met veel organisatorisch talent, een leger aan vrijwilligers en trouw aan de oorspronkelijke, soms bijgestuurde, bedoelingen uitgroeien tot wat het vandaag nog altijd is. In diezelfde dynamiek zijn in de stad aan zee ook Oostende voor Anker, de Paulusfeesten en het Filmestival ingebed.

(ML)