Xavier Taveirne: “Gek hoe snel we van verdriet willen weglopen”

Xavier Taveirne: "Ik ben zowat de Cher van Radio 1. Ik blijf maar comebacks maken" © Christophe De Muynck
Bert Vanden Berghe

Xavier Taveirne was vorig najaar niet van het scherm en de radio weg te branden. Hij last nu even een mediastilte in. Maar niet voor hij nog één keer zijn hart op tafel legt in De Krant van West-Vlaanderen. We hebben het met hem over zijn stevig werkritme, de balans met thuis en hoe de dood hem fascineert. “Verdriet moeten we gewoon wat meer durven benoemen.”

Het is het eerste en meteen ook het laatste interview dat Xavier Taveirne (38) dezer dagen geeft. De journalist, radiomaker en nieuwsanker van VRT heeft naar eigen zeggen de laatste maanden zo’n 36 interviews gegeven over het gesmaakte Eén-programma Eenzaam. Daarbij kwam hijzelf ook vaak ter sprake. “Eerlijk, ik heb het wat gehad met over mezelf te spreken. Als mensen vragen hoe het gaat, dan zeg ik meteen: Hoe gaat het met u? Sorry, ik heb vooral gewerkt de laatste tijd.”

Nochtans oogt hij bijzonder ontspannen. Xavier is beroepsmisvorming, gokken we een spraakwaterval. Het type man dat over alles wel iets weet en met wie een babbel alle kanten kan uitgaan. Zo hebben we het, don’t ask, over… pinguïns. En grapt hij hoe het beest zowat zijn spirit animal is. “Ze zijn zo heerlijk lomp, maar je kan hen dat ook niet kwalijk nemen. Het heeft ook iets heel aandoenlijks. Het is een eigenschap die ik in zekere zin ook tof vind bij mensen. Er huist vertedering in. Bovendien zijn Bas (zijn man, red.) en ik daar wel fan van. Het eerste wat ik ooit gekocht heb voor hem, was een T-shirt met pinguïns op. Wist je trouwens dat een homokoppel pinguïns in de dierentuin van Berlijn een jong aan het opvoeden is? Cool!”

Ben je een wat romantisch type?

“Het is een soort overcompensatie, denk ik. Met het nieuws en de actualiteit is het soms al heftig en ernstig genoeg. Af en toe heb ik zo’n shot nodig: een goeie chicklit of een Vijf-film. Dat toont hoe simpel het kan zijn: je komt elkaar tegen in de supermarkt en anderhalf uur later ben je getrouwd. Heerlijk vind ik dat.”

Wie is er thuis de romanticus?

“Oh, dat ben ik, zonder twijfel. Ik ben hoogsensitief, terwijl Bas eerder laagsensitief is. (lacht) Hij kan zich heel goed afsluiten. Hij heeft een handvol mensen die écht belangrijk voor hem zijn en voor de rest maalt hij er niet om. Wat ik heel sterk vind, omdat hij duidelijke keuzes kan maken, terwijl ik hyper empathisch ben. Ik moet dat wel leren, om neen te zeggen. Maar ik vind veel mensen interessant door mijn werk. Zelfs als ik ze niet leuk vind, vind ik het net nog boeiend om te weten waarom ze zo zijn of doen. Ik moet enkel opletten dat ik in mijn privé niet te veel de interviewer uithang. Het helpt ook dat mijn man een complete aversie heeft voor alles wat media is, wat mijn werk enorm in perspectief plaatst. Als ik praat over het werk wanneer ik thuiskom, wil hij vooral weten hoe het met mij gaat. Ik heb best wat vrienden in de sector, maar ik ben heel content dat mijn man mij… Tja, mentaal gezond houdt of zo.”

Iets zegt me dat je je zo’n hard nieuws wel makkelijk aantrekt.

“Ik kan net makkelijk loslaten. Ik heb er toch geen controle over. Het hangt een beetje af van het nieuws op zich, al heb ik wel een dik vel gekweekt, ja.”

Kan je die knop makkelijk omdraaien?

“Beter dan vroeger, maar nog altijd niet zo goed. De laatste tijd ben ik zowat overprikkeld. Eenzaam op tv, fulltime het journaal doen en De Ochtend op de radio, daarnaast nog lesgeven, goeie vrienden die best met wat shit zitten… Ik heb zo het gevoel dat ik in september onder water ben gegaan en nu efkes bovenkom. Ik heb er ook wel zin in om even terug boven te komen. Zo zijn we gaan eten in Hostellerie Saint-Nicolas in Elverdinge. Dat kost best veel geld, zo’n tweesterrenrestaurant, ja. Maar we zijn ook maar één keer tien jaar samen. Bovendien is er zo weinig dat wij samen doen, dat die korte periode samen dan ook écht van ons is.”

(lees verder onder de afbeelding)

Xavier Taveirne:
Xavier Taveirne: “We zijn opgegroeid met een katholiek schuldgevoel. Dat alles wat genot is, niet mag. Dikke bullshit.”© Christophe De Muynck

Zeker als je net uit een verbouwing komt. Hoe zit het daarmee overigens?

“Het is voor zo’n 70 procent af. Dat zal de komende 15 jaar ook zo blijven, denk ik. Ik weiger nog tegels te gaan kiezen. (lacht) Nee, ik heb op dat vlak een crème van een vent, die veel doet in huis en waar ik ongelooflijk dankbaar voor ben. Het is gewoon… veel. Ik slaag er ook niet altijd in om keuzes te maken. (snel) Maar ik wil ook niet te veel zagen, want het is allemaal wel leuk en tof wat ik doe.”

Het is wel positief dat je de grens kan trekken voor jezelf.

“Ik heb voor mezelf een PlayStation 4 gekocht voor onder de kerstboom. Ik kan op die manier even verdwijnen in de wereld van games. Ik heb ooit een Nintendo Wii gehad, maar na een lange werkdag nog veel bewegen… Geef mij dan maar iets waarbij ik schaamteloos in de zetel kan liggen. (grijnst) Dan speel ik vooral sportspelletjes: voetbal, tennis… Met schietspelletjes heb ik ook niets, dan is het gewoon op de knopjes duwen en hopen dat je iets raakt.”

Zoals bij Fifa dus…

“Ja, maar ik maak mezelf dan wijs dat ik als een volleerde Mourinho een tactiek heb uitgedokterd.”

Ben je anders een sportieveling?

“Wat denk je nu zelf? (lacht) Ook dat zou ik moeten gaan inplannen en dan gebeurt er niéts meer spontaans in mijn leven. Passief interesseert het mij wel heel hard. Ik ben opgegroeid met Nederlandse televisie, dus veel voetbal, schaatsen, hockey… Ik heb ooit nog getennist, maar ik ben op mijn twaalfde gestopt na een zware blessure. Ik maak mezelf dan wijs dat er een grote tennisser in mij zat. Wie weet was ik nu al binnen of had ik een huis op elk continent.”

Je hebt al een studiootje in Brussel, dat is een aardig begin.

“Dat appartementje is zeer functioneel, een soort kantoor bijna. Ik gebruik het ook om te slapen. Als het al te laat is om nog naar Brugge te rijden, en ik heel vroeg terug op de VRT moet zijn. Voor veel mensen lijkt het alsof we veel geld hebben, maar we hebben gewoon niet al ons geld in één huis gestopt. Het is een misverstand dat je als presentator van het journaal bakken geld verdient. Mensen hebben daar een heel verkeerd beeld van. Pas op, ik verdien niet slecht en ik vind dat ik loon naar werken krijg, maar zeker ook niet meer. Je hoort al eens Ja, op onze kosten. Daar heb ik me bij neergelegd. Ik ga ook moeten werken tot mijn 67ste, hoor.”

In Brussel blijven wonen was geen optie?

“Ik heb die keuze aan mijn man overgelaten. Hij werkt van thuis uit, terwijl er weken zijn dat ik 80 of 90 uren op mijn werk doorbreng. Dan vind ik het ook maar normaal dat hij bepaalde of het Brussel of Brugge werd. Hij geeft ook veel op voor mij. Hij creëert de optimale omstandigheden waardoor ik voor de volle 150 procent kan gaan. Hij is ‘s nachts ook wakker als ik thuiskom, of weet dat ik er vaak niet ben in de weekends. Het is soms echt gaatjes zoeken in de agenda om gewoon samen wat te eten. Maar de quality time ligt voor ons niet in de momenten na zeven uur ‘s avonds, eerder op gestolen momentjes.”

(lees verder onder de afbeelding)

Xavier Taveirne:
© Christophe De Muynck

Zelf woon je ook graag dicht bij je familie, een familiemens zijnde…

“Ik probeer elke week mijn ouders te bezoeken. Ze wonen vlak aan de afrit van Oostkamp.”

Ik las dat je ma intussen aan de beterhand is?

“Inderdaad. In november 2017 kreeg ze de diagnose borstkanker. Het was gelukkig een goeie kanker, al vind ik dat geen gepaste uitdrukking. Elke kanker is verschrikkelijk.”

Zorgt dat er dan niet voor dat je niet plots zelf op de rem gaat staan?

“Integendeel. Dan denk ik: het kan rap gedaan zijn. Ik heb nog meer de neiging om alles mee te pakken. Het scheelde ook veel dat mijn ma uitstraalde dat het wel okee was, zodat ik me geen zorgen hoefde te maken.”

Typisch West-Vlaams.

“Typisch een moeder ook. Het gaat wel, hoor. Ik heb het vaak gevraagd, maar je raakt daar niet doorheen. Ik wilde haar dat ook niet afpakken. Dat is alsof ik haar smeek om te zeggen dat het niét gaat. Wij probeerden haar te omringen met waar zij nood aan had. Maar vaak wilde ze het er niet over hebben. Het moest geen huis worden, waar we alleen maar over die ziekte babbelen, zo zei ze.”

Heeft dat sterfelijke je blik op de zaken veranderd?

“Nee. Ik ben mijn schoonvader acht jaar geleden aan kanker verloren. Je weet dat het bij het leven hoort, hoe erg het ook is. Ik wil ook niet te voorzichtig beginnen leven. Te bewust van alles. Ik heb wél een paar keer gedacht: als het hier stopt, dan mag ik heel content zijn met wat ik nu heb. Ik mag professioneel veel doen, ik heb een familie waar het goed mee gaat, maten die er zijn als ik ze nodig heb… Ik ben een zondagskind op dat vlak. Ik heb niet het gevoel dat alles moet veranderen omdat het morgen gedaan kan zijn.”

Een gezonde midlifecrisis, heet zoiets.

“Ik zit veel in mijn auto, ik heb veel tijd om na te denken. Er is weinig ondoordacht in mijn leven. Dat vind ik soms wel jammer. Het zou soms wat spontaner mogen. In mijn hoofd ben ik vaak al bezig met het volgende in plaats van te genieten. Ik kan me rotslecht voelen als ik drie minuten te laat ben. Als radioman is elke seconde waardevol.”

(lees verder onder de afbeelding)

Xavier Taveirne:
© Christophe De Muynck

Je kan wel hard zijn voor jezelf.

“Daarom probeer ik op die zeldzame momenten echt wel te genieten. Als we gaan eten, dan mag het heel lekker zijn en ja, breng maar die fles wijn. Ik vind dat we ook lief mogen zijn voor onszelf. Daar is niets fout mee. We zijn allemaal opgegroeid met een katholiek schuldgevoel. Dat alles wat genot is, niet mag. Dikke bullshit. We lopen hier toch niet rond om 80 jaar af te zien?”

Met wat kunnen ze je nog plezier doen, los van lekker eten?

“Reizen. Liefst in de buurt van water. Als ik in België ben tijdens mijn vakantie, dan ben je onrechtstreeks toch altijd bezig met het werk. Dan denk je altijd: hoe zouden wij dit of dat nieuws brengen? Als je je in een andere tijdszone bevindt, is het ideaal. Ik reis supergraag, maar mijn lief niet zo. Met mijn beste vriendin probeer ik elk jaar op reis te gaan, zoals naar Lanzarote of Ibiza. Ik heb wel afgeleerd om trofeeën te verzamelen op reis. Je hebt de tien hotspots gezien, hier een medaille! (lacht) Als het tof is op restaurant, blijf dan gewoon even zitten. Heb je dat museum dan niet gezien? Geen nood.”

Je leeft toch wat in het nu, hé.

“Ja, ik heb nooit beweerd dat ik consequent ben. (grijnst) Ik laat het gewoon wat afhangen van het moment. Wat wel moeilijker geworden is, is dat herkend worden. Meer dan ten tijde van De Slimste Mens. Als mensen naar mij kijken, word ik mij daar heel bewust van. Ik word er wat ambetant van. Ik weet dat het erbij hoort, maar ik weet mezelf dan geen houding te geven. Moet ik naar de mensen knikken of niet?”

Als je te vriendelijk bent, dan zijt ge een blaaskaak. Te afstandelijk…

“Dan denken ze: wat een eikel. Je kan niet winnen. Maar nogmaals: ik wil daar zeker niet over neuten. Maar als het je privé binnenkomt, dan is dat wel even schrikken. Wanneer je op een terras op Ibiza zit en je hoort opeens een tafeltje met vrouwen iets te luid je naam fluisteren… First world problems, zeker?”

Over wat word je het meest aangesproken?

“Toch wel Eenzaam. Onlangs in het Concertgebouw – mijn schoonmoeder speelt viool bij Artis Dulcedo – kwamen zeven of acht mensen elk apart mij aanspreken erover. Hele warme reacties overigens.”

Is je visie over eenzaamheid veranderd?

“Wat ik vermoedde, werd alleen maar bevestigd. Maar waar ik wel van schrok is dat het mij kan overkomen, jou, iedereen eigenlijk. Ik ben geen grote fan van inspirational quotes, maar ik heb nog maar eens geleerd dat iedereen wel een strijd levert.”

Zijn er nog taboes die je televisiegewijs onder de aandacht wil brengen?

“We hebben een vijftal ideeën, maar ik kan daar nog niets over kwijt. Al denk ik wel dat we er iets waardevols mee kunnen doen. Levenseindes boeien mij ongelooflijk, omdat we daar allemaal zo bang voor zijn. Dat hoeft niet. Het is geen feest, nee, maar laat er ons op zijn minst niet bang voor zijn.”

Televisie is op dat vlak allicht een makkelijker medium dan radio?

“Ik heb gemerkt dat de beelden van Eenzaam onder meer door de cadrages, een zekere sterkte uitstraalden. Er zit zoveel in ogen, in stilte ook. Op radio is die stilte helemaal anders. Mijn grote liefde is en blijft radio, maar ik denk dat je zulke gevoelens op tv net iets sterker kan doen overkomen.”

Maar het is niet genoeg om radio op te geven.

“Niets zal ooit genoeg zijn om radio op te geven, vrees ik. Ik ben een paar keer gestopt en teruggekomen. Ik ben zowat de Cher van Radio 1, ik blijf maar comebacks maken.”

Zonder PlayStation, maar wel een pak andere knopjes. Bedankt!


“Verdriet wordt zwaarder en zwaarder, en uiteindelijk ontploft het in je gezicht”

Xavier Taveirne heeft een fascinatie voor levenseindes. Hij snapt niet goed waarom we er zo bang voor zijn. “We zeggen altijd dat sterven een onderdeel is van het leven, maar we gedragen ons er niet naar. Het is gek om te zien hoe snel we van verdriet willen weglopen. Als je er niks mee doet, blijf je dat meepakken. Het wordt zwaarder en zwaarder, en uiteindelijk ontploft het toch in je gezicht. Ik heb dat ook gezien bij mijn moeder. Durf je het benoemen? Dan kijken ze vreemd op. Bijvoorbeeld toen ik vroeg hoe het met haar kanker was. Heb je nu het woord kanker gebruikt? Helaas wel, ja. We gaan het makkelijk uit de weg als het ongemakkelijk wordt. Onlangs begroette ik enthousiast onze studiomeester die ik al een tijdje niet meer had gezien. In de make-upruimte hoorde ik achteraf dat zijn zoontje van vijf maanden gestorven was. Ik ben mij gaan excuseren na de uitzending, maar hij was oprecht blij dat er hem eens iemand niét begroette met alleen maar medelijden. Eigenlijk gaat het vooral om luisteren. Ben je eenzaam? Ja? Dat is kut. Mensen vragen echt niet dat je hun leven overneemt of alles oplost. Maar doe iets.”