Roland Desnerck pent Oostendse liedjes neer

Roland Desnerck brengt deel één van zijn trilogie met Oostendse liedjes uit. (Foto ML)
Redactie KW

Zoveel anonieme markt- en ander zangers, zoveel toondichters en auteurs tekenden ooit voor een schat aan Oostendse liederen. Maar het is uiteindelijk Roland Desnerck die zich aan het conserveren zette van die muzikale erfenis vanaf 1600 tot 1945.

Met zijn Oostends woordenboek als stevige stam vertakte Desnercks interesse zich in de voorbije decennia taalkundig naar onder andere volkse vertellingen, Kuifje-albums, de visserij en nu dus zijn oude liederen (deel 1).

971 liedjes

“Thuis heb ik mijn vader en moeder altijd weten zingen en in hun spoor sloot ik mij later ook aan bij de folkloregroep ‘Het loze vissertje’. Via mijn zoektocht naar bijna verdwenen woordenschat kwam ik ook vaak in contact met oude liedjes. Een groot aantal kende ik uit het hoofd, andere nam ik op, of schreef de tekst over, ging op zoek in oude liedjesschriften, vliegende bladen en archieven.”

Die oogst van vier eeuwen leverde hem 971 liedjes op. Maar dan begon het pas. “Want hoe orden je zo’n immense aanbod? Volgens datum, tekstschrijvers, melodie, vormgelijkheid, inhoud? En meng je de historische gebeurtenissen als rampen, oorlogen, kaperij, politiek, sociale strijd , feesten, de zee… met de daarbij gepaard gaande vreugde en verdriet?” Bij de keuze van de liederen lijkt de tijdsafbakening alvast makkelijker dan een geografische begrenzing: “Mijn criteria waren uiteindelijk: liedjes in Oostende of door Oostendenaars geschreven, ooit in deze stad gezongen of liedjes met de stad (of directe regio) als inhoud.”

Hels werk

Verder koppelde Desnerck feiten en emoties los en spreidde zijn collectie over drie boeken: deel 1 ‘Noch klachten noch kluchten’. Deel 2 en 3 respectievelijk ‘Klachten’ en ‘Kluchten’. Gezwoegd is er ook op de partituren: “Mijn broer René heeft de meeste noten op de balken gezet. Zodat je in de drie delen samen ongeveer 500 partituren aantreft. Een hels werk want veel partituren zijn moeilijk of helemaal niet meer te achterhalen. Er waren teksten met verschillende partituren of vice versa. Ik ben er hem erg dankbaar voor. Net als de velen die me op het spoor brachten van nieuwe vondsten: mijn vrouw Marie-Jeanne, wijlen Ary Sleeks, Richard Verbanck en Jef Klausing, Emile Smissaert van De Plate, Roger Hessel…”

Zelf kiest hij ”t Spaensche gedrocht met haer gespuys’ uit 1626 als één van zijn favoriete ‘songs’ over het Beleg van Oostende. “Ik hoor er zo het klaroengeschal en de roffelende trommen bij” zegt Roland Desnerck. “Veel van die liederen waren de ‘gazette van de werkmens'”, besluit de auteur.

Woordzee vzw organiseert een avondvullend muzikaal programma in De Grote Post op zondag 3 juni. Op het podium onder andere de auteur zelf, Dirk Ooms, Bernard Dewulf, Mieke Goetghebeur, Giedo Vanhoecke en Noël Warmoes, Bart Plasschaert en Herr Seele, Ier & gunter, Johan Vande Lanotte en Peter Vanslambrouck. Kathelijn Vervarcke en José Vandekerckhove presenteren. De avond wordt meteen een hommage aan de taalerfhoeder die in juli 80 wordt. Toegang 11 euro. Reserveren 059 33 90 00, in De Grote Post of via uit@oostende.be.

‘Muzikaal erfgoed van Oostende’ ligt in de boekhandel en kost 45 euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier