Martine Vandermaes neemt afscheid als bibliothecaris: “Werken in de bib was een echte roeping”

Martine Vandermaes: "Sommige mensen werken graag in de tuin of gaan wandelen, ik lees." (Foto Davy Coghe) © Davy Coghe
Gillian Lowyck

Martine Vandermaes wist al heel snel dat werken in een openbare bibliotheek haar droomjob was. Vandaag zwaait ze af na 43 jaar werken in de bibliotheeksector, waarvan de laatste twaalf jaar als bibliothecaris van de openbare bib in Oostende. Maar de angst voor het zwart gat is er niet, want verhalen blijven centraal staat in haar leven.

Martine had haar afscheid als bibliothecaris helemaal anders voorgesteld. De bibliotheek moest de deuren sluiten tijdens de coronacrisis. “Het werd een Covid-uitzwaai”, lacht de voormalige bibliothecaris. “Wie dat wilde, kon online even een babbeltje komen doen. Ik had ook voor iedereen een Oostendse attentie gemaakt met onder meer Poppolou-pralines, een biertje van ‘t Koelschip… Op mijn laatste dag kwam de directeur en de schepen eens langs, maar het was natuurlijk niet hetzelfde. Er was geen publiek in de bib. Ach, die knuffels zullen we wel een latere keer geven, wanneer het weer kan.”

Hoe heeft de bib de coronacrisis beleefd?

“We moesten natuurlijk heel snel schakelen. Er was veel onduidelijkheid voor ons, zeker in het begin van de crisis. In feite zaten we op een schip: je begint te varen en weet niet naar waar. Er was geen draaiboek voor wat er gebeurde. We besloten om een ophaaldienst in het leven te roepen. Een succes, want we leenden 2.000 boekenpakketten uit. Daar kregen we veel waardering voor van het publiek. Na een tijdje begon het wel te wegen op onze personeelsleden, die het contact met de klanten erg misten.”

Je bent een echte Oostendse. Heb je een bijzondere band met de Mercator?

“Als kind kwam ik hier wel eens. Het schip maakt ondertussen deel uit van de Oostendse skyline. Als het er niet is, dan mis je het. Ik vind het even bepalend als een markant gebouw. Of ik iets met het maritieme heb? Ik heb roots in de visserij: mijn grootvader aan moeders kant was visser.”

Je hebt je hele leven in de bibliotheeksector gewerkt. Wist je als kind al gauw dat dat was wat je wilde?

“Ik was een veellezer als kind en ging elke week mijn voorraad leesvoer inslaan in de bib (lacht). In het middelbaar werd al snel duidelijk dat de openbare bibliotheek was waar ik wilde werken. Je kan zelfs spreken van een stukje roeping.”

Hoe ben je in de Oostendse bib beland?

“Ik heb uiteindelijk 43 jaar in de bibliotheeksector gewerkt. Mijn eerste stappen zette ik in de bibliotheek van het Koninklijk Belgisch Filmarchief, nu Cinematek. Nadien werkte ik ook in de Koninklijke Bibliotheek van België. Dat waren fantastische kansen.

Ik zei vaak tegen mijn collega’s: wij kunnen het verschil maken in een mensenleven

Toen ik mijn man leerde kennen, verhuisde ik terug van Brussel naar Oostende. Ik begon met werken in de Astridbibliotheek. Toen ik kinderen kreeg, zette ik even een stapje terug en combineerde dat met lesopdrachten. Sinds 2008 was ik aan de slag als bibliothecaris.”

Wat trok jou zo aan in de bibliotheek?

“De bibliotheek is méér dan boeken alleen. Je werkt voor mensen. Een goede collectie is belangrijk, maar de connectie maken met je publiek is de uitdaging. Als bibliotheek ben je niet alleen de boekenkast van je stad, maar ook de huiskamer, studeerkamer… Het is een plek waar mensen kansen krijgen. Er wordt wel eens gezegd: you can’t fail at library. Er kan veel mislukken in je leven: je job, studies, relatie… Maar de bibliotheek niet (lacht). Je kiest zelf wat je oppikt. Ik zei vaak tegen mijn collega’s: wij kunnen het verschil maken in een mensenleven. Ik denk bijvoorbeeld aan een oma die een vegetarisch kookboek komt zoeken voor de vriendin van haar kleinzoon. Of iemand die Nederlands komt oefenen in de bib.”

De bib is ondertussen meer dan enkel boeken, maar ook een ontmoetingsplaats.

“Klopt. Mensen hebben soms een gedateerd beeld van de bib. Dat hangt vaak samen met jeugdherinneringen van gezinsuitstappen. Daar is niets mis mee, maar er zijn natuurlijk veel meer aspecten aan de bib. Een openbare bibliotheek is er voor de bevolking, staat er ten dienste van. Ik wil dan ook de oprechte hoop uitspreken dat ons bestuur investeert in de bib. Enkel met voldoende middelen kunnen we een sterke werking uitbouwen. Vooral nu is dat nóg belangrijker. Zeker met het huidige bibliotheekteam: zij kunnen het verschil maken, maar dan wel als ze er de kans toe krijgen. Een van mijn dada’s was connectie maken met kwetsbare groepen, zorgden dat zij ook een plekje vonden in de bib. Mensen zeggen me dat dat gelukt is. Zelf vind ik dat niet zo vanzelfsprekend (glimlacht).”

Blijf je bezig met boeken?

“Ik kan niet zonder mijn portie letters, klopt. Sommige mensen werken graag in de tuin of gaan wandelen, ik lees. Verhalen en mensen verbinden vind ik interessant. Dat is wat ik nog wil doen. Goede fictieverhalen zijn zó belangrijk: ze leren je om empathie te hebben, eens in andere schoenen staan. Dat hoeft niet per se via een boek: er zijn goede podcasts, er bestaan samenleesgroepen… Ik was een actieve voorleesmama en zal nu voorleesoma worden, ik ben actief in de samenleesgroep in het Leeshuus… Verhalen blijven mijn passie.”

Wie is Martine Vandermaes?

Privé

Martine (62) is een geboren en getogen Oostendse. Ze is getrouwd met Dirk Verstraete. Samen hebben ze twee kinderen, Maaike en Marijn, en vier kleinkinderen Lex, Emiel, Luca en Floris.

Studies en loopbaan

Gegradueerde bibliotheekeconomie in Brussel. Nadat ze onder meer in de bib van Cinematek, de Koninklijke Bibliotheek van België werkte, kwam Martine naar Oostende. Ze ging er aan de slag in de toenmalige Astridbibliotheek. Sinds 2008 is ze hoofdbibliothecaris. In mei ging ze met pensioen.

Vrije tijd

Tijd spenderen met de familie, lezen en projecten en acties uitwerken die verhalen en mensen verbinden met elkaar.