Stad Menen en politie Grensleie schroeven toezicht tijdens eindejaarsperiode fors op

Preventieadviseur Thomas Allegaert, veiligheidscoördinator Luc Claeys en preventieadviseur van Grensleie Christophe Van Cleven lichtten maandag de plannen voor het verhoogde toezicht toe. © CLL
Christophe Lefebvre
Christophe Lefebvre Medewerker KW

De handelaars van Menen bereiden zich voor op de commerciële piekperiode van het jaar: de feestdagen. Koopzondagen, kerstacties en verschillende projecten trekken de klanten naar de grensstad voor hun aankopen. Traditioneel staat deze periode ook gelijk aan een toename van het aantal winkeldiefstallen en inbraken. Net daarom trekt het stadsbestuur, samen met preventiediensten en de politie, alle registers open om de eindejaarsperiode in 2019 zo veilig mogelijk te houden.

“Het aantal pogingen tot inbraken en diefstallen stagneert, maar het aantal daadwerkelijke feiten daalt”, steekt Grensleie-commissaris Stefaan Vannieuwenhuyse meteen van wal. “Dat wil zeggen dat heel wat pogingen ook daadwerkelijk pogingen blijven, waarbij de dief zonder buit afdruipt. Het is daarom van belang dat we blijven inzetten op ontrading en preventie en daar kan iedereen zijn of haar steentje aan bijdragen.”

Een steentje die vooral in de vorm van camerabeelden wordt gestimuleerd, zo blijkt uit de plannen van stad en politie. “Almaar vaker zijn camerabeelden een cruciaal onderdeel van opsporings- en identificatieopdrachten”, gaat de commissaris verder. “Wie beelden van een misdrijf ter beschikking heeft, kan die steeds overhandigen zodat we hiermee aan de slag kunnen. Ook de alertheid van de handelaar en zelfs de burger kan ons altijd helpen. De politie is 24/7 in het straatbeeld maar we kunnen niet overal aanwezig zijn. Een paar extra ogen op het terrein is dus steeds goed meegenomen.”

Gemeenschapswachten

Die extra ogen zullen ook door de gemeenschapswachten worden geleverd. Thomas Allegaert, preventiemedewerker van de stad, is blij om deze extra mankracht onder de aandacht te brengen. “Gedurende zeven weken zullen we twee avonden per week, met onze gemeenschapswachten, extra toezichten uitvoeren”, legt hij uit. “Die toezichten zullen zich vooral concentreren op de winkelstraten en moeten ervoor zorgen dat we zichtbaar in het straatbeeld aanwezig zijn. Mensen die kwade bedoelingen hebben, hechten waarde aan hun anonimiteit. Wanneer ze weten dat ze in de gaten worden gehouden, kiezen ze vaak eieren voor hun geld en zoeken ze andere oorden op. Onze gemeenschapswachten vormen ook een algemeen aanspreekpunt voor de burger, een soort van voorbode van de politie. Samen met Luc Claeys, onze veiligheidscoördinator, beschikken ze over een directe lijn naar de politie en kan op die manier snel en efficiënt worden gereageerd in geval van verdachte handelingen of criminele feiten.”

Naast een aangepast beleid vanuit de gemeentelijke diensten en de politie, worden ook handelaars gestimuleerd aandachtig te zijn en kregen ze een korte handleiding die vooral preventief opgesteld werd. “Het is voor iedereen erg belangrijk te beseffen dat er niet zoiets bestaat als ‘de typische winkeldief'”, aldus Thomas nog. “Maar vaak kan een handelaar aan kleine dingen, zoals een lichaamshouding of de manier waarop men door een winkel loopt, al meteen opmerken dat iets niet helemaal pluis is. Dan volstaat het om preventief op te treden om een eventueel misdrijf te voorkomen. Onze handleiding legt ook de nadruk op het detecteren van vals geld en het belang van elektronische veiligheidsmaatregelen. Het is een stevige boterham maar via de stedelijke preventiedienst kan iedere ondernemer gratis advies op maat krijgen.”

Drie keer op een jaar tijd

De handelaars zelf verwelkomen de steun van de lokale overheid maar hebben ook enkele bemerkingen. Dirk Deleye, zaakvoerder van de gelijknamige multimediazaak op de Grote Markt, was vorig jaar tot drie keer toe het slachtoffer van een inbraak en verloor zo meer dan 60.000 euro. “Ik heb een degelijk camerasysteem maar omdat het donker was en omdat de inbrekers gemaskerd waren, konden die niet meteen dienen tot identificatie”, vertelt hij. “En hoewel ik bewondering heb voor de inzet van zowel de gemeente als de politie moet ook de communicatie met het gerecht veel vlotter verlopen. Als slachtoffer staan we vaak alleen in onze zoektocht naar antwoorden.”

Dirk Deleye was eerder drie keer slachtoffer van diefstal.
Dirk Deleye was eerder drie keer slachtoffer van diefstal. “De inspanningen zijn positief, maar vooral de communicatie met het gerecht moet beter”, zegt hij.© CLL

Een Buurt InformatieNetwerk, kortweg BIN, kan volgens Dirk al heel wat ellende verhelpen. “Als handelaar zijn we tijdens de drukke eindejaarsperiode vooral bezig met onze zaak. We promoten onze producten en verzorgen onze klanten. Echt veel tijd voor allerlei beveiligingsmaatregelen hebben we niet. Een BIN is dan weer een goede zaak want dat gaat snel en is vaak erg efficiënt. Vlug je collega’s op de hoogte brengen wanneer je iets louche opmerkt, een schitterende methode als je het mij vraagt. De gemeente zou hierin ook het initiatief kunnen nemen door zelf de aanzet te geven.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier