Moeder voor rechter nadat ze beelden verspreidde van Oostendse politie die zoontje (10) aan handen en voeten bij haar weghaalt

© BELGA
Redactie KW

Een 46-jarige vrouw uit Zedelgem riskeert voor de Brugse strafrechtbank een veroordeling voor privacyinbreuken en lasterlijke aangifte nadat ze via sociale media beelden verspreidde van de Oostendse politie die haar tienjarige zoontje bij haar kwam weghalen. De vrouw stelt dat de agenten brutaal tekeer gingen, maar volgens het parket is dat een leugen. “De agenten deden hun job correct en werden ten onrechte afgeschilderd als kinderbeulen.”

Eind 2019 veroorzaakte een filmpje van een politieoptreden in Oostende de nodige ophef op sociale media. Op de beelden was te zien hoe agenten een tienjarig jongetje aan handen en voeten weghaalden bij de moeder. Die had de jongen een viertal jaar geleden vanuit Benidorm meegebracht naar Oostende waarop de vader, een Spanjaard, klacht had ingediend wegens parentale ontvoering. De familierechtbank gaf hem gelijk en beval dat de jongen terug moest naar de vader.

Omdat de moeder de uitspraak negeerde kwam de politie de jongen op 4 december 2019 op school ophalen. Toen bleek dat hij daar niet was, ging een andere politieploeg aan de woning van de moeder tot actie over. “De beklaagde weigerde evenwel elke medewerking”, verduidelijkte de procureur. “Ook het zoontje was duidelijk opgestookt om zich te verzetten. De politie toonde heel wat geduld maar kon uiteindelijk niet anders dan de jongen aan handen en voeten mee te nemen.”

Kinderbeulen

Moeder M.D. verspreidde achteraf beelden van de interventie op sociale media en bezorgde die ook aan kranten- en nieuwswebsites. Nadat het Comité P haar klacht seponeerde, werd M.D. voor de rechter gedaagd wegens lasterlijke aangifte. De procureur vroeg een principiële veroordeling. “De agenten werden volledig ten onrechte afgeschilderd als kinderbeulen”, stelde ze. “Ze deden hun werk nochtans correct. Ze waren bovendien herkenbaar op de beelden die verspreid werden. Dat was er zwaar over.”

Vier agenten stelden zich burgerlijke partij in de zaak. De verdediging drong aan op de vrijspraak. “De uithaling van de jongen moest gebeuren door een gerechtsdeurwaarder en een maatschappelijke werker”, pleitte advocaat Pieterjan Dens. “Dat was niet het geval. Die beelden waren hallucinant en ik kan goed begrijpen dat mevrouw flipte. Ze legde haar klacht ter goeder trouw neer, want ze was ervan overtuigd dat de agenten onrechtmatig hadden gehandeld. Van lasterlijke aangifte was geen sprake.”

Na twee maanden mocht de jongen terugkeren naar zijn moeder. De rechtbank doet uitspraak op 14 december. (AFr)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier